Leo Exter

Is een start-up iets voor jonge gastjes?

Leo Exter Leo Exter is de man achter Westartup, een netwerk van meer dan 3.000 ondernemers en investeerders. Hij is ook partner bij HealthStartup, een Europese community van technologiebedrijfjes actief in de healthsector.

Wie een start-up evenement bijwoont (een Startup Weekend is een mooi voorbeeld – de volgende editie vindt plaats in Luik), ziet er bijna niets dan jonge gezichten en jeugdig enthousiasme.

Wie een start-up evenement bijwoont (een Startup Weekend is een mooi voorbeeld – de volgende editie vindt plaats in Luik), ziet er bijna niets dan jonge gezichten en jeugdig enthousiasme.

En als je kijkt naar de media, dan zijn het vooral de frisse gezichten op de tijdschriftcovers die je bij blijven (van Mark Andreessen over Mark Zuckerberg tot Kevin Rose en Drew Houston).

Misschien vraag je je zelfs al af of het voor jou niet te laat is om nog met een start-up te beginnen.

Die vraag is niet eens zo gek. Want oudjes zoals ik (39) zijn duidelijk in het nadeel, toch? Jongeren zijn flexibeler en inventiever. Ze hebben meer uithoudingsvermogen en torsen geen vooroordelen die ze hebben overgehouden aan de vele jaren dat ze aan hun carrière werkten. Bovendien kunnen ze veel beter overweg met computers en met het internet. Ik was 15 toen ik voor het eerst een personal computer zag, en ik kreeg mijn eerste e-mailaccount op mijn 20e – je kan je dus wel voorstellen dat het jonge volkje enkele straatlengtes voorsprong heeft.

En toch. Toch is niets minder waar.

Wij oudjes hebben óók een aantal uitgesproken voordelen.
We begrijpen hoe een bedrijf werkt, bijvoorbeeld. Heel wat start-ups geraken niet verder dan de prototypefase, simpelweg omdat ze niet goed doorhebben dat er meer komt kijken bij een bedrijf dan een goed werkende code. Je hebt marketing nodig. En sales. En financiering. En de capaciteiten om al die dingen te bundelen.

Ja, ik heb heel wat opgestoken tijdens mijn MBA-opleiding aan de Vlerick-hogeschool. Maar ik heb er evenveel baat bij gehad deel te kunnen uitmaken van het managementteam van een bestaand bedrijf. Ik kreeg de kans om te zien hoe alle elementen van een bedrijf bij elkaar komen, om te begrijpen welke rol human resources, financiën, sales en marketing spelen, en om te zien hoe belangrijk het is een goed evenwicht te vinden tussen al die facetten. Zo kan de hele onderneming vooruitgang boeken, in plaats van in elkaar te stuiken wegens een gebrek aan middelen, of uiteen te vallen door een ongecontroleerde groei.

We hebben het vermogen om mensen juist in te schatten en met hen samen te kunnen werken.

Sommige mensen zijn geboren managers. De rest van ons komt er alleen door veel te oefenen.

De eerste werknemer die ik in dienst nam… wel, dat werd een mooie flop. Idem dito wat de tweede betreft – hoewel ik denk dat ik het aanwerven wel stilaan onder de knie had tegen de tijd dat de rest van mijn eerste echte team aan boord was.

Pas als je jarenlang ervaring hebt opgedaan in een groot bedrijf ben je in staat om mensen goed te managen – naar beneden, opzij en naar boven toe – een vaardigheid die echt onmisbaar is voor elke start-up ondernemer.

We beschikken over voldoende kennis om iets te kunnen herdenken (vooral relevant hier in België).

Je kan met succes een B2C-start-up opstarten in de VS op basis van een idee, een werkend prototype en aantrekkelijkheid: het is een enorme markt, er is hopen geld weggelegd voor jonge, innovatieve bedrijven, enz.

Belgische investeerders (business angels, startfondsen of VC’s) schrikken er echter voor terug om te investeren in Belgische B2C-projecten. En om een serieuze B2B-business te kunnen starten, moet je de sector toch vrij goed kennen. Over dit onderwerp heb ik eerder al eens geschreven, dus ik wil niet in herhaling vallen.

Eén en ander betekent eigenlijk dat je jaren moet werken in de sector. Of liefst zelfs in twee of drie verschillende sectoren – zo leer je hoe je ideeën van de ene sector naar de andere kunt overbrengen op een zinvolle (en winstgevende) manier, en hoe er interessante kruisbestuivingen kunnen ontstaan.

Om even een voorbeeld te geven: één van de interessantere en ambitieuzere web-start-ups die ik onlangs ben tegengekomen, is Pervasive Health uit Chicago. Ze doen een aantal zeer baanbrekende dingen op het gebied van gezondheidszorg en big data. Kijk eens goed naar hun team: je zal niemand vinden zonder een beetje grijs in het haar.

Praktische zaken bij het runnen van een bedrijf.

Het zijn misschien kleine dingen, maar ze zijn wel belangrijk. Een van mijn bedrijven heeft net fondsen geworven (en is van plan om dit binnenkort nog meer te doen), en we moeten nu meteen personeel aannemen en ons voorbereiden op de komende groei.

Naast de hoofdzaken (op korte tijd de juiste mensen vinden, hen snel op kruissnelheid krijgen) zijn er een heleboel details (zoals loonadministratie) en kleinere dingen, zoals it-beleid. Bedrijfsapparatuur versus BYOD, hoe worden beide verwerkt in de vergoeding, gedeelde tools, samenwerkingssoftware enz.

Neem het van me aan… het helpt zeker als je eerder in enkele bedrijven hebt gewerkt en dit al eens gezien hebt, zodat beslissingen nemen niet te veel tijd in beslag neemt, tijd die je kan besteden aan het maken van producten, de verkoop er van, of het inzamelen van geld.

Je netwerk en weten hoe je het moet laten groeien.

Het helpt enorm als je beschikt over een groot, goed ontwikkeld netwerk. Een lange lijst van mensen die je zonder boe of ba kan bellen voor advies over je beleid is een ware zegen.

Misschien is je netwerk totaal irrelevant voor je start-up. Maar als je kan netwerken, heb je niet meer dan enkele maanden nodig om iemand te vinden die je kan introduceren bij Frank Maene van Hummingbird Ventures (of bij Mark Andreessen eventueel). Als je hulp nodig hebt, dan vind je hier enkele tips.

Het moet gezegd: er zijn bepaalde vaardigheden die je moet aanleren om een start-up uit te kunnen bouwen (met dank aan Sebastien Arbogast om hierop te wijzen), en je zal die vaardigheden vaker wel dan niet moeten leren door veel te oefenen en door veel vallen en opstaan: fondsenwerving en werken met investeerders, een bedrijfscultuur van nul af aan ontwikkelen, enz.

De leercurve verloopt steil, en als je het goed aanpakt, heb je minstens een jaar voltijds werken nodig om die dingen wat sneller te doen gaan.

Hier komt dus het goede nieuws: als je tegen de veertig (of vijftig) loopt, zit je misschien in een betere positie om met een eigen web-start-up te beginnen dan een puisterige jonge kerel (en daar lijkt wel degelijk bewijs voor te bestaan.

Neen, zoveel haast is er niet.

Maar er is ook geen reden om nog langer te wachten. Begin er dus maar aan!

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content