Ward Peeters

Down the rabbit hole: Een blik op onze gemodificeerde wereld

Ward Peeters Doctoraatsonderzoeker (Universiteit Antwerpen) naar de impact van sociale netwerken op onderwijs.

Het is niet alleen aan Facebook om lessen te trekken uit de recente privacyschandalen, maar ook aan haar gebruikers, vindt Ward Peeters. “Het is aan ons om waarheid te onderscheiden van sensatie, om het hele plaatje te doorgronden en niet anekdotisch een opinie breed uit te smeren die uiteindelijk de waarheid meer oneer aandoet dan dat ze haar verdedigt.”

Aldous Huxley had het in 1932 zien aankomen: een wereld waarin we gelukkig zijn, zorgeloos, warmgemaakt door net dat ene beeld of die ene boodschap die je de file, de lauwe koffie en dat verschrikkelijke functioneringsgesprek even doen vergeten. Nog eentje om het af te leren. Voor je het weet val je in de konijnenpijp, down the rabbit hole, om er na een uur van surfen door Facebook, YouTube, Instagram en Twitter weer vermoeid en een beetje versuft terug uit te kruipen.

Down the rabbit hole: Een blik op onze gemodificeerde wereld

Het konijn met de centen

De konijnenpijp van het internet is een uitlaatklep, een verademing, zelfs een beetje een vluchtweg. Sociale media plezieren ons, en dat mag geen verrassing zijn. Zij zijn er namelijk op gebrand je eerst te leren kennen, om je zo systematisch alles te geven wat je wil. Een gemodificeerde wereld gebaseerd op je likes, je kliks, je netwerk, je politieke en religieuze overtuiging, en zelfs je geaardheid.

Zo mochten jij en ik het ook zelf ervaren enkele dagen geleden bij misschien wel de meest besproken privacy-update uit de online geschiedenis. Onze liefde en overtuiging vormen de smeerolie voor gespecialiseerde content en reclame. Het konijn dat ons naar hier gelokt heeft, is blijkbaar uit op centen, en gebaseerd op de recente verwikkelingen bij de grote techbedrijven, gaat het geen genoegen nemen met de kleine kruimels.

Schandalen rond privacy, gemanipuleerde verkiezingen en gelekte persoonlijke informatie lijken schering en inslag. Maar moet het verbazen dat onze privacy, de data door onszelf gegenereerd, eigenlijk nooit van onszelf is geweest? Het is koopwaar waarmee grof geld te verdienen valt: vijf jaar geleden al goed voor meer dan 150 miljard dollar. En dat heeft een revolutie teweeggebracht in het medialandschap. De gebruikers konden ineens een consumentenprofiel aangemeten worden om zo gericht producten, advertenties, nieuwsitems en online content op ons scherm te laten verschijnen.

De informatie en communicatie die we binnenkrijgen is zo de voorbije jaren altijd al gemodificeerd geweest. We zien voornamelijk wat de algoritmes willen dat we zien. En dat geldt niet enkel voor de video’s van kleine diertjes, reisblogs of Instagram Stories, ook voor nieuwsitems of opinies is dat niet anders. Zelfs dit artikel is tot bij jou gekomen via sociale media omdat je het net wel, of net niet onder ogen wilde krijgen. Je profiel verraadt dat, omdat jouw interesses en online gedrag aantonen dat je aan dit soort artikels meer tijd en kliks spendeert dan aan andere soorten inhoud.

Het ultieme genotsmiddel

Wanneer het aankomt op het aangeboden krijgen van nieuws, bestaan echte vrijheid en keuze op sociale media dus niet. En die is er eigenlijk ook nooit geweest. Alles wordt doorgeseind naar onze persoonlijke sociale-media-bubbels om zo het meeste kliks te genereren en de gebruiker zo lang mogelijk aan het scherm gekluisterd te houden: de queeste naar waar de klikker van geniet en waardoor we als dusdanig even afgeleid zijn van de dagelijkse sleur.

Met een beetje entertainment is op zich niets mis, maar die drang om ons nieuws te laten consumeren, in plaats van ons kritisch te laten omgaan met informatie, is wel wat sociale media een onbetrouwbare bron van nieuwsfeiten maakt.

Om het met de woorden van historicus Timothy Garton Ash te zeggen, sociale media zijn geen mediaondernemingen die ook maar eender welke verantwoordelijkheid willen dragen over de juistheid van de informatie online. Het zijn meer sorteerstraatjes voor de inhoud die online beschikbaar is. De algoritmes die de techbedrijven het liefst geheim houden zijn niet geënt op het aanbieden van een waaier aan mogelijke informatie, meningen en opinies, maar op consumptie.

Brave New World

In het boek Brave New World (1932) beschrijft Aldous Huxley een soortgelijke gemodificeerde wereld: één met plezier en entertainment, en één met medicijnen om ons dagelijks rustig en relaxed te houden. Onrust wordt bestreden en engagement gebroken door de waas van beeld en boodschap, of met andere woorden, door middel van afleiding. En dat is nu net het gevaar.

Om dat ook nu te kunnen waarmaken, moet je als bedrijf, overheid of organisatie weten wie het publiek is dat je wil bereiken. Het feit dat we allemaal een consumentenprofiel hebben gekregen betekent dat we gemerkt zijn met een bepaalde politieke, levensbeschouwelijke en seksuele voorkeur. Hierover konden we deze week dus ons zegje doen: willen we dat dit doorverkocht wordt, ja of nee.

Of we nu toestemmen of niet, veel verschil zal het niet maken. Volgens de aloude regels van de marketing passen we met ons online gedrag binnen een bepaald stramien, ons hokje. Dat verkoopt beter, omdat er nu een afgebakende afzetmarkt is.

Gaan we ons ook als consumenten gedragen?

Door de toenemende mate waarin we nieuws consumeren via sociale media, is het niet meer onlogisch om de vraag te stellen: wat als we ons ook buiten onze online bubbels zouden beginnen gedragen naar die stereotypen?

Timothy Garton Ash bevestigt dat mensen door eenzijdige berichtgeving vaak in hun vooroordelen bevestigd worden. Online kuddegedrag en polarisatie noemt men dat dan. Het ene extreme roept het andere op, want dat is de informatie die ons pleziert of net tegen de borst stoot en dat is waar we op stilstaan wanneer we door onze wall swipen. Maar wat is extreem tegenwoordig? Van rechtse rat tot linkse rakker, als we de online reacties mogen geloven passen we allemaal wel ergens in een hokje.

Ash merkt fijntjes op hoe ook de traditionele media zich heeft verloren in deze maalstroom, zelf meer en meer begint te polariseren, en vaak zoekt naar wat de meeste kliks en reacties kan opleveren in haar berichtgeving. En dat is problematisch aangezien ze bijdragen tot politieke en maatschappelijke beeldvorming door constant hete hangijzers en dubieuze taal te blijven opnemen in de slipstream.

Licht aan het einde van de konijnenpijp

Maar het hoeft niet zo te zijn. Onderzoek heeft namelijk uitgewezen dat mensen hun mening kunnen nuanceren door meer variatie in hun newsfeed te krijgen. Om niet in extremen te denken moet dat nieuws dan wel gediversifieerd zijn en daar knelt nu net het schoentje in onze sociale mediaconsumptie.

Het nieuws dat je als eerste binnenkrijgt is namelijk datgene wat je volgens de regels van de marketing op zal blijven stilstaan. Het is een berekende zet van het algoritme: meer kliks, meer tijd, meer reclame. De gebruiker vindt daarom online ook constant bevestiging omdat gelijkgestemde ideeën, politieke statements en maatschappelijke standpunten on loop worden afgespeeld in de vorm van artikels, blogs en posts die deel uitmaken van je eigen netwerk of die speciaal voor jou werden geselecteerd en die in een constant doorschuifsysteem in je tijdlijn terechtkomen.

En zo gaat het proces verder. Nuance wordt gefilterd om de gebruiker zo actief mogelijk te houden. Dat ligt ook aan de basis van waarom we na een tijd onze kritische houding tegenover de informatie die onze mening bevestigt, lijken te verliezen. Kort door de bocht: informatie die in de kraam past is waarheid, de rest is fake news. En dat is een jammerlijke en ronduit foute redenering.

Alternatieve feiten en flagrante leugens zijn alomtegenwoordig op het internet, maar worden niet herkend door de bits en bytes van de algoritmes en verschijnen zo in ons dagelijks sociale mediagebruik. Het is aan ons, de gebruiker, om er een berekend oordeel over te kunnen vellen.

Er wordt in de media gepleit voor een debat over onze verwachtingen van sociale media en een ethische leidraad voor de techbedrijven. Terwijl dit meer dan nodig is, kan ook de gebruiker een belangrijke rol spelen. In plaats van alles top-down te reguleren, is het ook aan ons om waarheid te onderscheiden van sensatie, om het hele plaatje te doorgronden en niet anekdotisch een opinie breed uit te smeren die uiteindelijk de waarheid meer oneer aandoet dan dat ze haar verdedigt.

Dit vraagt echter doorzettingsvermogen. De commerciële tussenmotor in onze nieuwsconsumptie op sociale media draait op volle toeren en we moeten actief op zoek naar alternatieve stemmen. Dat is de enige manier om als gebruiker zelf een brede kijk op mens en maatschappij te behouden. Anders nestelen we ons te snel in onze eigen waarheid. Het samenleven met elkaar wordt dan een leven in het grote gelijk op ons eentje, in onze sociale-media-bubbel.

Wees niet bang of boos, maar open je ogen

De wereld die we voorgeschoteld krijgen online, en die we ook in toenemende mate in andere mediakanalen te zien krijgen, lijkt extreem en chaotisch. Het feit dat de jongere generaties plots hun toevlucht lijken te nemen in nostalgie, mijmerend over een tijd waar alles ‘nog simpel was’, is daarom ook niet zo vreemd. Maar het kan anders!

De eerste stap is het besef dat we online voornamelijk worden gesterkt in de boodschappen die ons actief houden. Het vermarkten van nieuws en de mogelijkheid van constante consumptie is een eindeloos schouwspel als we ons niet bewust zijn van hoe feiten en opinie de weg naar onze schermen vinden. Dit geldt zowel voor online nieuws als voor geprinte kranten en journaals. Al die nieuwskanalen zijn immers met elkaar gelinkt.

Wanneer je jezelf nog eens in de konijnenpijp bevindt, hou dan rekening met de gepersonaliseerde info die je binnenkrijgt. En in de echte wereld, steek je hand eens uit naar een boze blanke man. Kijk eens op naar mensen die niet tot je etnische, religieuze of seksuele kringen behoren. Een gesprek zonder commerciële tussenmotor kan wonderen doen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content