De strijd om de eerste 5G-standaard tussen Europa en Azië woedt in alle hevigheid. Tweede eindigen in de snelheidsrace is geen optie, zo blijkt uit een panelgesprek met topmensen uit de telecomindustrie en Europees commissaris Oettinger.
Tijdens een persconferentie op het Mobile World Congress in Barcelona maakte Europees commissaris Günter Oettinger een stand van zaken op rond 5G PPP: het publiek-private partnership rond de ontwikkeling van een Europese 5G-standaard, zeg maar de volgende generatie van mobiele netwerkinfrastructuur. Geflankeerd door een panel aan telecom executives maakte Oettinger duidelijk dat 5G tegen 2020 een realiteit moet zijn en heel concreet enkele verticale industrieën moet ondersteunen.
Connected car
“5G is bijvoorbeeld een duidelijke win-win voor de telecom- en autoindustrie. Ik hoop dat ze snel een gezamenlijk project voorstellen om van de connected car realiteit te maken. Heel wat wagenfabrikanten als BMW, Renault of Mercedes zijn er klaar voor. 5G moet voor de nodige infrastructuur zorgen voor de datadiensten”, aldus Oettinger.
Ook voor andere verticals als openbaar transport, gezondheidszorg, de maakindustrie maar ook media en entertainment ziet Oettinger heel wat kansen die een niet mis te verstane boodschap lanceerde aan alle betrokken spelers in het 5G PPP om er iets van te maken. En snel graag, want de tijd dringt. Ook in Noord-Amerika en Azië wordt ijverig werk gemaakt van een 5G-standaard.
First mover advantage
Europa ambieert een leidende rol, maar dreigt achterop te raken. “Ja, het is belangrijk om eerste te zijn met een 5G-standaard”, zegt Ulf Ewaldsson van Ericsson. “Het ‘first mover advantage’ is belangrijk, want we creëren iets totaal nieuws”, aldus Ewaldsson die de bezorgdheden van Oettinger deelt. “Het moet snel gaan nu, de concurrentie in Noord-Amerika en vooral Azië zit niet stil.”
Een mening die Hossein Moiin (Nokia) volop deelt. “Ik zie 5G als ‘the system of all systems‘: het systeem wwaarop alle andere technologieën en platformen inhaken. De first mover creëert met andere woorden enorm veel voorsprong in tijd. We hebben dat in de digitale sector al veel gezien. Alleen daarom al mogen we als Europa niet pas als tweede een 5G-standaard uitbrengen”, aldus Moiin.
De regio die de race wint kan immers meteen de standaard probereen door te duwen en zo economische voordelen plukken én via licenties en patentrechten de nodige terugverdieneffecten genereren.
5G heeft geen waarde
Alain Maloberti (Orange) wil niet horen dat Europa nu al achterop hinkt. “Je mag niet vergeten dat het 5G PPP het grootste 5G-onderzoeksproject ter wereld is en dat er wel degelijk vooruitgang geboekt worden. Of we echt de eerste moeten zijn? Is ook belangrijk dat de uiteindelijke standaard tegemoet komt aan alle verwachtingen. Maar ik ben akkoord dat we er in ieder geval vroeg bij moeten zijn, zodat we als regio meteen klaar staan voor de grote, massale uitrol”, stelt Maloberti.
De verwachtingen zijn dan ook niet min. 5G moet meer worden dan alleen maar een nieuw radionetwerk. 5G bouwt eerder voort op de bestaande 4G-diensten en krikt de snelheden op tot 10 gigabits per seconde in combinatie met een quasi verwaarloosbare latency. Dat moet de eindgebruiker een gevoel geven dat gegevens ‘instant’ binnenrollen en is ook een functionele vereiste om wagens van connectiviteit te voorzien of om pakweg virtual reality toepassingen te ondersteunen.
Hermann Meyer (Ertico, ITS Europe) vat de uitdaging voor de sector zo samen: “Het moet snel gaan, maar dat is extra moeilijk omdat 5G op zich geen enkele waarde heeft. Het zijn alle toepassingen en diensten die waarde zullen moeten genereren.”
Waarna Europees commissaris Oettinger een ballonnetje opliet: “Misschien heeft Europa nood aan een evenement om 5G voor de eerste keer te tonen. Misschien is het Europees voetbalkampioenschap in 2020 wel een mooie gelegenheid?” Benieuwd of de verzamelde industrie het ballonnetje grijpt.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier