Europarlement neemt wazige beslissing over netneutraliteit
Het Europees Parlement heeft een tekst gestemd rond netneutraliteit. Een mijlpaal volgens Europa. Maar in werkelijkheid een kakofonie met ruim interpreteerbare tegenstellingen.
“Deze regels beschermen de rechten van elke Europeaan in toegang tot content naar keuze, zonder tussenkomst of discriminatie. Dit voorkomt fragmentatie in de Europese markt, zorgt voor juridische zekerheid voor bedrijven en maakt het makkelijker om grensoverschrijdend te werken”, zegt Günther H. Oettinger, Eurocommissaris voor Digitale Economie.
Maar hoe helder Oettinger klinkt in zijn persmededeling, hoe vaag de eigenlijke inhoud van de tekst, die naar het einde toe bol staat van uitzonderingen en tegenstellingen waardoor de tekst te veel achterpoortjes open laat.
Wat Europa zegt
Alle providers moeten hun diensten open aanbieden. Het vertragen of blokkeren van legale content mag niet en providers mogen geen extra geld vragen voor bijvoorbeeld Skype. Ook mag verkeer geen prioriteit krijgen. Of eenvoudig gesteld: video’s op de website van de zender Vier mogen niet meer bandbreedte krijgen dan video’s van VTM of RTL of omgekeerd omdat een van de spelers daarvoor bijbetaalt.
Verkeer voortrekken mag niet. Ook niet als het gaat om bepaalde types van verkeer. Bijvoorbeeld P2P-verkeer tegenover e-mailverkeer. Ook zaken als IPTV (televisie via de internetlijn sturen, zoals Proximus vandaag doet) mogen enkel worden aangeboden als er genoeg capaciteit is om dit aan te bieden, zodat de gewone internetverbinding er niet onder lijdt.
Maar…
De schitterende voornemens zijn niet het volledige verhaal. Zo mogen operatoren nog steeds op dagelijkse basis verkeer beheren ‘volgens de juiste technische noden’. Traffic management mag indien het ‘redelijk’ is en objectief en transparant gebeurt om de verbinding te optimaliseren.
Ook mag de toegang worden ontzegd als de inhoud van een website illegaal is of als een provider zo zijn netwerk wil beschermen, bijvoorbeeld van virussen of een DoS-aanval.
Daar komt bij dat het oordelen over maatregelen rond overbelaste netwerken of het uitsluiten van dataverkeer (zero rating, bijvoorbeeld Facebookverkeer niet meetellen in je abonnement) nationaal moet worden beoordeeld.
Mag een fast lane of niet?
Het beste voorbeeld van de vaagheid is de vraag of Europa hiermee een zogenaamde ‘fast lane’ toelaat. Internetverkeer dat sneller wordt bediend dan een ander. “Nee”, zegt de Europese Q&A hierover. Om twee regels lager verder te gaan met “maar meer en meer innovatieve diensten hebben een zekere verzendkwaliteit nodig om degelijk te werken (…) Deze en andere toekomstige diensten kunnen ontwikkeld worden zo lang ze de beschikbaarheid en kwaliteit van het open internet niet schaden.”
Het Europees Parlement zegt met andere woorden ‘het mag niet, tenzij het nodig is’. Wat de deur openzet voor elke mogelijke interpretatie.
“Het Europees Parlement heeft beslissingen over cruciale punten ontweken”, zegt Joe McNamie, hoofd van actiegroep European Digital Rights (EDRi). Hij hoopt dat Berec, de Europese telecomregulator, alsnog de vaagheid uit de regels kan halen om tot duidelijke wetgeving te komen.
Loze dreigementen
Een andere vreemde wending is dat de goedkeuring van deze tekst gekoppeld werd aan het afschaffen van roaming. Iets wat veel parlementsleden niet wilden stopzetten door deze tekst niet goed te keuren. Ook zou, volgens Ars Technica, vicecommissaris Andrus Ansip bij het debat vanmorgen hebben beweerd dat het niet goedkeuren zou leiden tot jaren vertraging. Iets wat wordt tegengesproken door Julia Reda van de Duitse Piratenpartij. Binnen zes weken komt er immers een derde lezing.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier