Hoe de Google-top Hillary Clinton het Witte Huis in wil helpen
Eric Schmidt, voorzitter van Alphabet – het bedrijf boven Google – is een start-up begonnen die ervoor moet zorgen dat Hillary Clinton de volgende president van de Verenigde Staten wordt. De start-up, ‘The Groundwork’ genaamd, zorgt voor de technische ondersteuning van haar campagne – maar is veel meer dan dat.
The Groundwork moet voor een modern systeem zorgen dat data overzichtelijk in beeld brengt. Het zorgt voor integratie van grote bulken informatie in een platform dat Hillary Clinton in staat stelt geld op te halen, de coördinatie van vrijwilligers en evenementen te regelen en meer stemmers voor zich te winnen. Kortom: het zorgt voor de handvatten van de presidentscampagne, schrijft Quartz.
Dé man achter de start-up is Eric Schmidt, de voorzitter van Alphabet (het overkoepelende bedrijf boven Google). Hij financiert het, zorgt voor het juiste personeel én heeft de connecties binnen de Democratische Partij. Eerder was Schmidt al een belangrijk persoon binnen de Obama-campagne, waar hij de juiste mensen voor The Groundwork ontmoette. Schmidt wil ervoor zorgen dat Clinton de technologische kracht heeft om in 2016 het Witte Huis wederom te betreden.
Hij doet dit met het analyseren van data en het vergroten van het digitale bereik van de campagne – de tactiek waar ook Obama groot mee werd.
De beste krachten
Met het beginnen van een start-up tackelt hij een groot probleem bij politieke campagnes: veel goede krachten willen er niet voor werken. Want een presidentscampagne levert geen baanzekerheid op en wordt ook niet zo goed betaald als een werkplek bij Google of Facebook. Een start-up – die ingezet wordt voor een campagne – kan dat wel leveren. Uit cijfers van Quartz blijkt dat de Clinton-campagne al ruim 300.000 dollar betaalde aan The Groundwork. Het bedrijf staat dus op de payroll. Het fortuin van Eric Schmidt zal er bovendien voor zorgen dat de start-up niet zonder geld zal komen te zitten.
Op deze manier heeft Schmidt onder andere Michael Slaby aan zich weten te binden. Hij was de CTO (Chief Technology Officer) van de Obama-campagne in 2008 en was wederom belangrijk in de herverkiezing van Obama in 2012.
Big data en de politiek
Slaby heeft volgens Quartz de reputatie een brug te zijn tussen politiek en technologie. The Groundwork moet ervoor zorgen dat het gat tussen die twee zo min mogelijk is. Hoe zorg je ervoor dat de big data goed gebruikt wordt voor de presidentscampagne? En op de achtergrond speelt er nog iets mee bij de start-up en bij Schmidt: Hoe komt Google zo dicht mogelijk bij de politiek?
Voormalig Google-medewerker Stephanie Hannon is momenteel Clinton’s CTO en een rist ex-Googlers werkt nu in het Witte Huis. Schmidt is op zijn beurt een van de meest vermogende donateurs aan de Democratische Partij – de man zou volgens Forbes zo’n 10 miljard dollar waard zijn. Ter vergelijking, Clinton heeft inmiddels zo’n 60 miljoen dollar opgehaald. Schmidt en zijn miljarden kunnen dus belangrijk zijn voor de mogelijk eerste vrouwelijke president van de Verenigde Staten.
Maar uit The Groundwork blijkt dat zijn geld niet alleen belangrijk is. “Er zijn veel mensen die grote cheques uit kunnen schrijven”, zegt Slaby tegen Quartz. “Maar Eric ziet dat de technologie die hij zijn hele carrière al maakt voor andere doeleinden gebruikt kan worden.”
Technologie is steeds belagrijker
Kijk maar terug naar de Obama-campagne. Elan Kriegel, toen werkzaam voor Obama en nu verantwoordelijk analyticus bij Clinton heeft al eens gezegd dat technologie goed was voor 2 procent van de 4 procent winstmarge die Obama op het eind van de presidentsrace had. In 2012 creëerden ze een ingewikkeld model waarmee 15 miljoen Amerikanen richting het Obama-kamp moesten komen.
Ze maakten gebruik van databases met tal van informatie over potentiele stemmers. Welke Facebookpagina’s ze geliked hadden, naar welke evenementen ze geweest waren, hoeveel geld ze gedoneerd hadden en meer. Op basis van die gegevens gaven ze een potentiele stemmer een score. Op basis van die modellen stuurden ze A/B testen. Een manier waarbij er twee e-mails verstuurd worden naar gebruikers en ze achteraf kunnen zien welke beter scoorde. A/B tests zijn een veelgebruikte manier van testen in de marketingwereld die ook in de politiek bleek te werken. Want Jim Margolis – top media consultant van de Obama-campagne en nu in dezelfde functie actief voor Clinton – denkt dat de technologische aanpak van die campagne zo’n 40 miljoen dollar bespaard heeft.
Zijn start-ups de nieuwe Super PACs?
In de VS mag je maar 2.700 dollar aan een kandidaat geven, of honderdduizenden dollars aan de partij. Daarom wordt er veel gebruik gemaakt van Super PACs, die ervoor zorgen dat bijvoorbeeld reclamespots op tv te zien zijn. Dat mag allemaal, als ze maar niet afstemmen met de kandidaat. Hier wordt dankbaar gebruik van gemaakt in de massamedia, met spotjes die approved zijn door presidentskandidaten. Maar deze manier van werken zorgt er niet voor dat een kandidaat eruit springt op technologisch vlak.
Waar Al Gore in 2000, Howard Dean in 2004 en Obama in 2008 echte digitale kandidaten waren, springt er nu niemand uit. Clinton heeft eerder de schijn tegen, met haar e-mailschandaal. De mails die ze verwijderd had blijken toch weer voor een stuk bovenwater gehaald door de FBI – niet echt een teken van technische bekwaamheid. Bernie Sanders haalt veel geld binnen via het net, Carson aan Republikeinse kant ook. Trump tweet als bezeten, en Carson schrijft elke dag op Facebook. Maar digitaal talent zit er niet tussen de kandidaten. Misschien is dat het voordeel dat Hillary uit Schmidt kan halen, waardoor hij nog belangwekkender wordt.
Een investering, geen donatie
Juist daarom is The Groundwork een slimme manier van steunen: een start-up die in dienst van de campagne werkt die eruitziet als een investering, niet als donatie. Eric Schmidt koopt er bovendien zijn invloed in het Witte Huis mee. Want een president helpen te winnen is handig als je bedrijf bezig is met zelfrijdende auto’s en het wereldwijd nog eens met wetgevers aan de stok heeft.
De strategie van de Obama-campagne was uiteraard succesvol. Obama zit zijn tweede termijn uit tot 2016. Maar ondanks dat die campagne zeer innovatief was, deden ze het met mindere middelen dan nu beschikbaar moeten zijn. 2008 én 2012 waren totaal anders op het gebied van technologie en mediagebruik. Nu moet Clinton eenzelfde – of eigenlijk een betere- tool creëren met behulp van The Groundwork. Het grondwerk is daarvoor al 1,5 jaar geleden gelegd. Want het bedrijfje werd in juni 2014 al opgericht, kort nadat Clinton haar memoires uitbracht en ver voordat ze officieel presidentskandidaat werd in april dit jaar. Nu is het zaak dat Clinton geen grote fouten maakt, zodat de nerds haar – net als Obama – naar het Witte Huis kunnen brengen.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier