Illegale software kost bedrijf gemiddeld 45.000 euro

Stefan Grommen Stefan Grommen est rédacteur de Data News.

Betrapt worden op illegale software door het gerecht kostte bedrijven in België de eerste helft van dit jaar gemiddeld 63.000 dollar (44.942 euro). Dat meldt de vereniging van commerciële softwarebedrijven BSA.

Betrapt worden op illegale software door het gerecht kostte bedrijven in België de eerste helft van dit jaar gemiddeld 63.000 dollar (44.942 euro). Dat meldt de vereniging van commerciële softwarebedrijven BSA.

Die som omvat de aankoopwaarde van de legale licenties van de ontdekte illegale software en de schadevergoedingen na een minnelijke schikking met de BSA. Alles samen bedroegen de kosten van de gerechtelijke acties voor de Belgische bedrijven 945.000 dollar (674.133 euro). Met andere woorden: de acties in het eerste half jaar van 2010 leverden ongeveer hetzelfde bedrag op als voor het hele jaar 2008.

Een simpele rekensom leert ons dat het dus over 15 acties gaat, 12 procent meer dan vorig jaar. Nochtans zegt de BSA dat er liefst 70 procent meer meldingen van illegale software bij bedrijven binnenkwamen.

Volgens de organisatie is ongeveer een vierde van de geïnstalleerde software in ons land illegaal. Dat cijfer is al 3 jaar stabiel. “Vergelijk het met een autoverkoper wiens toonzaal telkens voor een vierde wordt leeggehaald”, zegt Steven De Coster, de advocaat van BSA. “Die verkoper zou ook iets ondernemen.”

De Coster wil benadrukken dat de BSA-acties “met veel beleefdheid en respect” gebeuren. Het stoort hem enorm dat de BSA-acties op het internet worden bestempeld als ‘Gestapo-praktijken’. “Er is niet veel discussie in deze kwesties: illegaal is illegaal. En in dat geval raak je aan iemands auteursrechten. Veel mensen die betrapt worden, nemen dat sportief op. Maar een kleine minderheid is een slechte verliezer. Die beginnen dan onjuiste informatie te verspreiden op het internet.”

Tips

Steven De Coster legt nogmaals uit dat BSA veelal ageert op basis van tips (van werknemers, ex-werknemers, ontmoedigde verkopers of fabrikanten, …). “Die tip gaan we op een legale manier onderzoeken, onder meer door gebruik te maken van datamining. Indien het reëel lijkt dat een bedrijf illegale software bezit, starten we een procedure.”

Een rechter moet dan bepalen of er op basis van een eenzijdig verzoekschrift een (onverwachte) ‘burgerlijke huiszoeking’ kan gebeuren bij een bedrijf. De rechter zal een gerechtsdeskundige aanstellen, die samen met een gerechtsdeurwaarder, een getuige en (indien toelating van de rechter) iemand van BSA de pc’s, servers en cd-roms die een bedrijf in huis heeft zal onderzoeken op illegale software en andere aanwijzigen (crack files, twilight cd-roms, …). Daarop volgt een inventaris en een verslag. “In ongeveer 95 procent van de gevallen vinden we – volgend op het verzoekschrift – illegale software”, schat De Coster.

Betalen

Nadien volgt de dagvaarding waarbij gevraagd wordt door de BSA om de schade te vergoeden en de illegale software te verwijderen. “Het gaat om de toekomst, het heden en het verleden”, legt De Coster uit. “Bedrijven moeten ervoor zorgen dat ze in de toekomst niet meer in het bezit zijn van illegale software, dus moeten ze de illegale software verwijderen of vernietigen. Eventueel (meestal, nvdr) beslissen ze dan om legale licenties aan te kopen. Voor het heden moeten ze, als de schuld bewezen is, de proceskosten betalen. En voor het verleden moeten ze een schadevergoeding betalen aan de bedrijven wiens intellectuele rechten geschonden zijn.”

Die schadevergoeding is “nagenoeg vast bepaald” op 200 procent van de gewone prijs van de software. “We spreken over ‘nagenoeg’ omdat er nu al 9 uitspraken zijn van Hoven van Beroep waarin die schadevergoeding wordt gehanteerd. Maar het klopt dat dat niet in de Belgische wetgeving staat.” Heel vaak – “in 90 procent van de gevallen” – leidt de procedure in feite tot een minnelijke schikking met de BSA. “De BSA probeert dan rekening te houden met eventuele verzachtende omstandigheden.”

Continuïteit

Bij ondernemersorganisatie Unizo, zo zegt ons ict-adviseur Antoon Schockaert, is de grote zorg vooral dat er bij de BSA-acties vaak beslag gelegd wordt op de ict-infrastructuur (of wordt overgegaan tot verzegeling). “De wet biedt die mogelijkheid, maar technisch is dat volgens ons niet noodzakelijk. Het brengt enkel de continuïteit van het bedrijf in gevaar.”

De Coster betwist dat. “Als illegale software gevonden wordt, is dat bewijsmateriaal. Om manipulatie te vermijden, wil de rechter dat bewijsmateriaal op een ongewijzigde manier bewaren.” Hij onderstreept dat BSA niets zal doen dat de werking van het bewuste bedrijf zal blokkeren. “Hardware kan je vervangen, software ook, maar data niet. We letten er dus altijd op dat als we een server moeten verzegelen, we eerst de data back-uppen voor het bedrijf. Ook een server die bijvoorbeeld een machine in het productieproces zou aansturen, zouden we nooit kunnen stilleggen. Dat is disproportioneel. Dus zeggen dat ‘men het bedrijf platlegt’, dat is gewoon nonsens.”

Antoon Schockaert onderstreept dat Unizo nochtans wel degelijk ‘on speaking terms’ is met BSA. “Ook wij proberen namelijk onze leden verder te sensibiliseren, na de amnestieperiode van begin dit jaar. Zo bieden we via ons ‘ICT Coach’-project ook ict-audits aan, waaronder een luik licentiebeheer, in samenwerking met Microsoft. Ook geven de kmo’s die dat vragen graag toelichting over onduidelijkheden in de licentievoorwaarden van softwarepakketten. Eerstdaags zullen we trouwens nog eens, los van BSA, gaan samenzitten met enkel softwareproducenten om de hele problematiek nog eens verder te bespreken.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content