“Initiatief moet ook van werknemer komen”

De gemiddelde ict’er kreeg vorig jaar bedroevend weinig opleiding. Onaanvaardbaar eigenlijk in een land dat prat wil gaan op zijn hoogtechnologische bedrijven. We vragen de cio’s, die het voor het zeggen hebben, wat er precies aan de hand is. En of de medewerkers in hún bedrijven wél voldoende getraind worden.

Cio’s kennen ondertussen het belang van opleidingen. “Natuurlijk is het uiterst belangrijk om goed getrainde mensen in huis te hebben”, zegt Marc Vander Schueren, algemeen directeur ICT, Facility & Logistics van Acerta. “Het ligt dan ook voor de hand dat we ons best doen om al onze werknemers de nodige kennis bij te brengen. Zo liggen binnen ons bedrijf een aantal groepscompetenties vast die iedereen moet hebben. Dat zijn dan vooral soft skills, zoals vergadertechnieken, en de daaraan gekoppelde trainingen worden geregeld door de HR-afdeling. Een groot voordeel dat we bij Acerta hebben, is dat we zelf een afdeling hebben die opleidingen geeft. Die gebruiken we dan natuurlijk ook voor interne soft skill trainingen. Dit is goed voor zowat 25 procent van het totaal. Voor de individuele cursussen en dat zijn meestal technische, wordt overlegd tussen de directe chefs en de werknemer. We zullen dus nooit echt trainingen botweg opleggen; alles gebeurt in samenspraak met de ict’er. Soms komt een vraag naar opleiding ook van de medewerker zelf. Die aanvragen zullen we uiteraard eerst bespreken, maar meestal wordt daarmee ingestemd. We zijn er dus van overtuigd dat onze werknemers voldoende opleidingskansen krijgen, maar natuurlijk moet de werkdruk dit toelaten. En dat kan wel eens een probleem zijn”, aldus nog Vander Schueren.Op naar de 5 procentDe Vlaamse Gemeenschap doet het met een gemiddelde van zowat 2,5 opleidingsdagen per jaar per ict’er niet zo schitterend. Luc Chauvin, cio: “Toch moedigen ook wij onze ict’ers aan om zelf trainingen voor te stellen. Anderzijds zijn er natuurlijk ook bij ons de cursussen die de directe lijnmanager uitstippelt, rekening houdend met de lange termijnplanning. Dat zijn bijna uitsluitend technisch georiënteerde trainingen. Misschien scoren we niet zo goed omdat er bij ons niet zoveel generieke en managementgerichte opleidingen gevolgd worden?”Erik Cuypers, it-manager bij Vanbreda International, heeft de opleidingscijfers opvallend snel bij de hand. “Dat is dan ook een statistiek die we heel nauw opvolgen”, verklaart hij. “Het is ons streefdoel om 5 procent van de totale werktijd (ongeveer één dag per maand dus) te besteden aan opleiding. Vorig jaar zijn we daar net niet in geslaagd, maar voor dit jaar ziet het er goed uit. Na de eerste maanden zitten we gemiddeld aan 6,93 procent. Al moet ik eerlijkheidshalve zeggen dat er flink wat nieuwe medewerkers gestart zijn de afgelopen maanden, die meteen 35 dagen training krijgen. Dat kan de statistieken natuurlijk wat vertekenen. We maken trouwens geen onderscheid tussen interne opleidingen, waarin ervaren ict’ers binnen het bedrijf hun kennis doorgeven, en externe trainingen. We hebben vorig jaar trouwens vaak de vraag gekregen van onze informatici om ook wat businesstraining te krijgen over onze onderneming. Een teken dat ze dus zeker in meer geïnteresseerd zijn dan alleen de computerprogramma’s. Ook niet-technische cursussen, zoals taalopleidingen en assertiviteitstraining, zijn behoorlijk populair.”Ook bij Acerta is het enthousiasme om bij te leren opvallend aanwezig. “Zoals elke zomer organiseren we ook dit jaar een summer school, waarin cursussen gegeven worden buiten de werkuren. Op dit moment (begin mei, nvdr) zit alles al zo goed als vol,” vertelt Marc Vander Schueren.Maatwerk of niet?De opleidingstrend is trainingen op maat van het bedrijf. Dat vinden de cio’s een positieve evolutie. Erik Cuypers (Vanbreda): “Het is inderdaad onze ervaring dat maatcursussen een stuk effectiever zijn dan traditionele kalendertrainingen. Dat geldt vooral voor technische opleidingen, waarin de bedrijfsomgeving toch een grote rol speelt. Als er meerdere personen zijn die eenzelfde cursus moeten volgen, dan zullen we steeds proberen om een opleiding op maat te voorzien. Maar als we maar één of twee mensen hebben die een bepaalde vorming moeten krijgen, of als het om de minder kritische soft skills gaat, dan is maatwerk gewoon te duur.”Om opleidingen op maat te voorzien, is het belangrijk dat de opleidingaanbieder het bedrijf goed kent. Daarom wil Acerta zoveel mogelijk trainingen bestellen bij hetzelfde bedrijf. “Het loont om met je partners een goede relatie op te bouwen”, vindt Marc Vander Schueren. “Dat vergemakkelijkt het maken van afspraken.” Erik Cuypers van Vanbreda nuanceert: “Als we tevreden zijn over een opleiding, dan bestellen we de volgende keer natuurlijk dezelfde training bij dat bedrijf. Dat betekent nog niet dat we plots àl onze opleidingen bij dezelfde aanbieder gaan boeken. Als je tevreden bent over een schilder, dan zul je hem wellicht ook vragen om de andere kamers in huis een nieuw laagje te geven. Maar je gaat hem niet de elektriciteit laten nakijken, zelfs al biedt hij die dienst aan. Ieder zijn specialiteit, denk ik zo.”Hoewel de liefde voor certificaten nog niet groot is, begint er een kentering te komen binnen de Belgische bedrijven. Marc Vander Schueren: “Vroeger was ik ook wat afkerig om onze mensen een opleiding te laten volgen waaraan een certificaat vasthangt. Uit angst dat ze zouden weggekocht worden, inderdaad. Je moet de kat ook niet bij de melk zetten. Nu ben ik daar wat van teruggekomen en zie ik de voordelen in van certificering. Het is een soort beloning naar de werknemer toe, wat logischerwijs ontslag ontmoedigt.” Toch deelt niet iedereen die mening. Luc Chauvin van de Vlaamse Gemeenschap laat bijvoorbeeld weten dat certificering niet prioritair is.