Moeten Nederlandse kabeloperatoren netwerk openen?

De twee grootste Nederlandse kabeloperatoren UPC en Ziggo moeten straks mogelijk hun netwerk openen voor diensten van concurrenten. Dat wil alvast de regelgever Opta.

De twee grootste Nederlandse kabeloperatoren UPC en Ziggo moeten straks mogelijk hun netwerk openen voor diensten van concurrenten. Dat wil alvast de regelgever Opta.

UPC en Ziggo hebben in Nederland samen een marktaandeel van 81 procent. Regelgever Opta vindt dat ze een te dominante rol spelen en verwacht niet dat daar zonder ingrijpen voldoende verandering in zal komen. Het wil daarom beide kabeloperatoren verplichten om hun netwerk open te stellen voor de concurrentie.

‘Twee aanbieders zijn onvoldoende om een duurzame concurrentie in de elektronische communicatiemarkt te krijgen,’ vindt Opta. Concurrenten zullen dus triple play van internet, telefonie en televisie kunnen aanbieden via het ontbundelde netwerk zonder zelf te investeren in eigen infrastructuur. Telecomoperator KPN mag echter geen gebruik maken van de netwerken van UPC en Ziggo. Omgekeerd ook niet trouwens.

Of het zover komt is nog niet zeker. Tot eind september mogen reacties op het besluit aangevoerd worden bij de regelgever. Daarna moet ook de Europese Commissie het besluit nog bekrachtigen. In het verleden heeft die zich altijd terughoudend opgesteld tegenover het openen van kabelnetwerken. Toch hoopt de Opta dat het besluit tegen begin volgend jaar van kracht wordt.

Ook in België laait de discussie over het openstellen van het netwerk van kabeloperatoren regelmatig op. ICT-minister Vincent Van Quickenborne hekelde eerder al het duopolie van Telenet en Belgacom. Telenet verzet zich uiteraard tegen de openstelling van zijn kabelnetwerk. Ook BIPT-topman Eric Van Heesvelde ziet weinig heil in een dergelijke aanpak en verwees eerder al naar negatieve uitspraken van de Europese Commissie. Het wordt nu uitkijken wat Brussel beslist over de Nederlandse ontbundeling van UPC en Ziggo.