Nog steeds geen akkoord over Europese ‘digitaks’ voor technologiebedrijven

Voorstanders van een digitaks, zoals de Franse president Emmanuel Macron, hopen bij de Europese verkiezingen van mei aan de kiezers te kunnen tonen dat Europa de frustratie over de belastingvoordelen voor techbedrijven aanpakt. © BelgaImage

Ondanks een Frans-Duits compromisvoorstel dat in laatste instantie op tafel werd gelegd, hebben de Europese ministers van Financiën nog steeds geen akkoord bereikt over de invoering van een ‘digitaks’ die ervoor moet zorgen dat ook internetgiganten als Google en Facebook meer belastingen gaan betalen. Er wordt nu gemikt op een akkoord tegen maart 2019.

De Duitse minister van financiën Olaf Scholz zei vorige maand dat hij een bindende deal voor de digitaks wilde op de top van Europese ministers van financiën, maar dat is mislukt.

Het originele Commissievoorstel voor een belasting op digitale activiteiten moest op termijn 5 miljard euro per jaar opbrengen. De taks op advertentie-inkomsten, de verkoop van data en activiteiten op online platformen viseerde ongeveer 180 bedrijven. Maar omdat verschillende landen om uiteenlopende redenen niet konden instemmen met het voorstel, gooiden Frankrijk en Duitsland het over een andere boeg.

Enkel heffing op digitale advertenties?

Dinsdag, op de maandelijkse vergadering van de EU-ministers van Financiën, stelden ze voor om het voorstel te beperken tot een heffing van 3 procent op de verkoop van digitale advertenties. Dat zou volgens Parijs en Berlijn het hoogst haalbare zijn. De facto betekent het dat Facebook en Google belast worden, maar – anders dan in het eerste voorstel – zal de belasting niet langer gelden voor niet-techbedrijven zoals de Duitse autobouwers.

Ondanks die bijsturing kon er op de Ecofin-Raad nog steeds geen (unaniem) akkoord worden bereikt. De Spaanse minister Nadia Calvino zei met zoveel woorden dat het Frans-Duitse voorstel te weinig ambitieus is. Haar collega’s uit Estland, Slovenië en Zweden delen haar bezorgdheid.

Ook de Finse minister maakt zich “grote zorgen” over het voorstel, maar van Finland is geweten dat het samen met landen als Ierland, Zweden en Tsjechië net zeer terughoudend is om een digitaks in te voeren. Onder andere door de sterke aanwezigheid van techbedrijven op hun grondgebied zijn deze landen al jaren belangrijke spelers op technologisch vlak en ze vrezen dat een belasting hun internationale concurrentiepositie zal aantasten.

Mikken op maart

Behalve het belastingtarief en de te belasten activiteiten, is ook de timing belangrijk. De meeste EU-landen zijn het erover eens dat de digitaks een tijdelijk karakter moet krijgen en beter op het niveau van de OESO wordt ingevoerd. Bij die club horen ook de Verenigde Staten en Japan.

Na het nieuwe echec zou er worden ingezet op een akkoord op de vergadering van de ministers van Financiën van maart 2019. Voorstanders van een digitaks, zoals de Franse president Emmanuel Macron, hopen bij de Europese verkiezingen van mei aan de kiezers te kunnen tonen dat Europa de frustratie over de belastingvoordelen voor techbedrijven aanpakt.

Partner Content