Wachten op 5G duurt te lang

. © web
Kristof Van der Stadt
Kristof Van der Stadt Hoofdredacteur bij Data News

Het enige wat écht duidelijk is over 5G, is dat er nog steeds vooral onduidelijkheid heerst. De roep om een standaard voor mobiele communicatie van de vijfde generatie weerklinkt alsmaar luider. Europa wil dat het sneller gaat.

“Europa ambieert voortrekkersrol in 5G”, kopten we ruim twee jaar geleden in Data News. Nog een jaar eerder citeerden we al toenmalig Europees commissaris Neelie Kroes. “Ik wil dat de Europese industrie een pionier wordt in 5G, gebaseerd op Europees onderzoek en met jobs die hierdoor gecreëerd worden in Europa. We will put our money where our mouth is”, zei Kroes toen op het Mobile World Congress. 2020 was de streefdatum. Ondertussen zijn we drie jaar dichter bij 2020 en is er nog steeds geen standaard voor mobiele internetcommunicatie van de vijfde generatie.

5G moet meer dan alleen maar een nieuw radionetwerk betekenen.
5G moet meer dan alleen maar een nieuw radionetwerk betekenen.

Dat baart huidig Europees commissaris Günther Oettinger kennelijk zorgen, want ondertussen zitten Azië en Noord-Amerika niet stil en maken ook zij ijverig werk van een 5G-standaard. Geflankeerd door een panel aan telecom executives maakte Oettinger duidelijk dat 5G tegen 2020 wel degelijk een realiteit moet zijn en heel concreet enkele verticale industrieën moet ondersteunen. “5G is bijvoorbeeld een duidelijke win-win voor de telecom- en auto-industrie. Ik hoop dat ze snel een gezamenlijk project voorstellen om van de connected car realiteit te maken. Heel wat wagenfabrikanten als BMW, Renault of Mercedes zijn er klaar voor. 5G moet voor de nodige infrastructuur zorgen voor de datadiensten”, aldus Oettinger.

Ook voor andere verticals als openbaar transport, gezondheidszorg, de maakindustrie maar ook media en entertainment ziet Oettinger heel wat kansen die een niet mis te verstane boodschap lanceerde aan alle betrokken spelers in het 5G PPP (public-private partnership, nvdr) om er snel iets van te maken.

Europa mag niet tweede eindigen’

Europa ambieert dus nog steeds een leidende rol, maar dreigt achterop te raken. “Ja, het is belangrijk om eerste te zijn met een 5G-standaard”, zegt Ulf Ewaldsson van Ericsson. “Het first mover advantage is belangrijk, want we creëren iets totaal nieuws. Het moet snel gaan nu”, aldus Ewaldsson die de bezorgdheden van Oettinger deelt.

Een stelling die Hossein Moiin (Nokia, ex-Alcatel-Lucent) ook ondersteunt. “De first mover creëert enorm veel voorsprong in tijd. We hebben dat in de digitale sector al veel gezien. Alleen daarom al mogen we als Europa niet pas als tweede een 5G-standaard uitbrengen”, aldus Moiin. De regio die de race wint kan immers meteen de standaard proberen door te duwen en zo economische voordelen plukken én via licenties en patentrechten de nodige terugverdieneffecten genereren.

Het moet snel gaan, maar dat is extra moeilijk omdat 5G op zich geen enkele waarde heeft. Het zijn alle toepassingen en diensten die achteraf waarde zullen moeten genereren.

5G op zich heeft geen waarde

De verwachtingen zijn niet min, en lijken elk jaar toe te nemen. 5G moet meer worden dan alleen maar een nieuw radionetwerk. 5G bouwt eerder voort op de bestaande 4G-diensten en krikt de snelheden op tot 10 gigabits per seconde in combinatie met een quasi verwaarloosbare latency. Dat moet de eindgebruiker een gevoel geven dat gegevens ‘instant’ binnenrollen en is ook een functionele vereiste om wagens van connectiviteit te voorzien of om pakweg virtual reality toepassingen te ondersteunen.

Hermann Meyer (Ertico, ITS Europe) vat de uitdaging voor de sector zo samen : “Het moet snel gaan, maar dat is extra moeilijk omdat 5G op zich geen enkele waarde heeft. Het zijn alle toepassingen en diensten die achteraf waarde zullen moeten genereren.”

Waarna Europees commissaris Oettinger een ballonnetje opliet : “Misschien heeft Europa nood aan een evenement om 5G voor de eerste keer te tonen. Misschien is het Europees voetbalkampioenschap in 2020 wel een mooie gelegenheid ?” Benieuwd of de verzamelde industrie het ballonnetje grijpt en zo een nieuw 4G-scenario vermijdt. 4G-technologie was ‘made in Europe’, maar werd uiteindelijk wél eerst in Azië en de Verenigde Staten uitgerold.

Verbinding tussen devices én clouds

Op Mobile World Congress had de verzamelde industrie weliswaar de mond vol van 5G, maar werd tegelijkertijd wél duidelijk dat er nog steeds veel onduidelijkheid bestaat. Waar gaat het 5G-netwerk allemaal moeten voor dienen ? Hoe gaat het technologisch opgevat moeten worden ? Wie gaat voor de infrastructuur betalen en hoe gaan operatoren er geld aan verdienen ? Veel vraagtekens, en voorlopig nog geen eenduidige antwoorden. Hoe dan ook is het wel duidelijk dat 5G veel meer dan alleen maar een next-gen radionetwerk wordt.

Het is net die veelvoud aan mogelijke toepassingen die van 5G zo’n moeizaam verhaal maakt.

Hossein Moiin (Nokia) ziet 5G als ‘the system of all systems’ : het systeem waarop alle andere technologieën en platformen inhaken. Technologie als software defined networking (sdn) en network functions virtualization (nfv) maken in zo’n opzet deel uit van 5G. Het internet of things, de connected car en virtual reality zijn enkele veelgenoemde ‘drivers’ voor 5G. Ook in heel wat zogeheten ‘verticals’, bijvoorbeeld in de industrie, gezondheids- of transportsector, is er nood aan een 5G-communicatienetwerk. Het is net die veelvoud aan mogelijke toepassingen die van 5G zo’n moeizaam verhaal maakt.

5G zal allerei devices verbinden met de cloud.
5G zal allerei devices verbinden met de cloud.

“We hebben een grote architecturale visie voor 5G. We willen niet alleen alle toestellen in de wereld verbinden, maar die devices vervolgens ook connecteren met alle mogelijke clouds”, aldus Ericsson-cto Ulf Ewaldsson die denkt dat ‘network slicing’ daarom aan de orde is. Het komt er op neer dat je het 5G-netwerk opsplitst in verschillende stukken die elk een eigen industrie, sector of toepassing ondersteunen. Sensors in slimme meters bijvoorbeeld, krijgen dan enkel toegang tot een beperkte ‘slice’ met netwerkfuncties. Terwijl een grote multinational bijvoorbeeld wel een groter stuk van de 5G-taart krijgt, op maat van wat hij precies nodig heeft. En minstens zo belangrijk : via slicing kan ook aan differentiatie in tarieven gedaan worden. Nog volgens Ewaldsson reikt network slicing daarom eigenlijk verder dan alleen maar mobile. Network slicing zal waarschijnlijk opgenomen worden in een toekomstige IEEE-standaard.

De Croo hoopt op Belgische 5G-proeftuin

Ondertussen zijn de eerste proefprojecten met 5G in Europa een feit. Ericsson bijvoorbeeld heeft een test in Finland. TeliaSonera wil tegen 2018 concrete 5G-diensten testen in Stockholm en Tallinn. Minister van Telecom Alexander De Croo wil niet dat ons land aan de zijlijn blijft staan. “Interessant zou zijn om operatoren een tijdelijke licentie te geven op spectrum om te experimenteren met 5G. Daarmee zouden onze start-ups een geweldige proeftuin hebben en een interessante positie in Europa. Als er standaarden moeten worden gedefinieerd, is het beter dat het hier gebeurt dan elders”, zei De Croo tijdens zijn bezoek aan Mobile World Congress. De Croo wil ook dat onze regulering tijdig aangepast geraakt aan de veelvoud aan antennes die voor 5G nodig zullen zijn. “We mogen de fouten uit het verleden met 4G niet herhalen”, aldus nog de minister.

Dit artikel verscheen eerst in Data News 02/2016 van 18 maart.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content