Wat zijn de gevolgen van de komst van nieuwe internetextensies?

Frederik Tibau expert Digital Innovation & Growth bij Agoria

Binnen enkele maanden wordt de top level domeinnaamruimte geliberaliseerd, waardoor er vanaf 2013 een hoop nieuwe extensies zullen opduiken op het internet. Wat zijn de gevolgen van die omwenteling? Wie zijn de winnaars, en zijn er ook verliezers? Data News legde zijn oor te luister bij enkele specialisten. “De koek zou wel eens kleiner kunnen worden.”

Binnen enkele maanden wordt de top level domeinnaamruimte geliberaliseerd, waardoor er vanaf 2013 een hoop nieuwe extensies zullen opduiken op het internet. Wat zijn de gevolgen van die omwenteling? Wie zijn de winnaars, en zijn er ook verliezers? Data News legde zijn oor te luister bij enkele specialisten. “De koek zou wel eens kleiner kunnen worden.” We legden drie vragen voor aan vijf respondenten die de sector op hun duimpje zouden moeten kennen. Dat zijn algemeen directeur Marc Van Wesemael van EURid (.eu); specialist in intellectueel eigendomsrecht Flip Petillion van het advocatenkantoor Crowell & Moring; specialist in domeinnamen Jan Vannieuwenhuyse van het BIPT; directeur Philip Du Bois van DNS.be (.be) en business development manager Tom De Bast van Combell.

1) Wat gaat er allemaal veranderen op het internet?

Marc Van Wesemael: “Je mag een flinke verbreding van het TLD-aanbod verwachten. Een Duits bedrijfje is enkele jaren geleden als eerste gaan ijveren voor .berlin, en naast de steden zullen er ook regionale TLD’s zoals .catalunia, .bretannië, en -wie weet- .vlaanderen opduiken. Voorts zullen heel wat brand-TLD’s het levenslicht zien, alsook ‘special purpose’-extensies rond communities die zich door een gemeenschappelijk doel verbonden weten. Denk maar aan .law voor advocaten, of .bank voor banken.”

Flip Petillion: “Belangrijk is dat de concurrentie groter wordt. Dat komt voor een stuk omdat niemand nog verplicht is om samen te werken met een ccTLD’s of gTLD’s die beheerd wordt door een onderneming waarmee hij níet wenst samen te werken. Merkenhouders kunnen met andere woorden zélf een back end operator kiezen, of het technische beheer zelf organiseren. Daarnaast kunnen merkhouders hun zichtbaarheid vergroten op het internet. Ze kunnen in reclameboodschappen de communicatie vergemakkelijken door hun eigen merk in de extensies te gebruiken, zonder andere ‘balast’. We gaan er trouwens van uit dat sommige domeinnamen in lokale en generieke TLD’s zullen verdwijnen eens een eigen suffix succesvol wordt. Anderzijds zullen we eerst in een overgangsfase terecht komen, en zullen er altijd wel merken zijn die hun domeinnamen in bestaande extensies behouden.”

Jan Vannieuwenhuyse: “Na verloop van tijd kunnen er twee ‘zones’ ontstaan op het internet. De ‘open’ en ‘onzekere’ omgeving die we nu kennen, en een veiligere en meer betrouwbare zone met sites gelinkt aan de nieuwe gTLD’s.”

Philip Du Bois: “Ik zie twee mogelijkheden. Ofwel wordt het new gTLD-programma een groot succes, en komen er honderden nieuwe extensies bij waaronder velen met 10.000en klanten. Dat is zeker niet onmogelijk, omdat je de veiligheid van de achterliggende websites kan garanderen, en phishing kan uitsluiten. Er kan zelfs zo ver gegaan worden dan e-commerce sites die valse goederen verkopen, geweerd worden uit bepaalde zones.”
“De andere optie is dat het programma flopt, en dat er slechts een beperkt aantal nieuwkomers succes kennen. Bedrijven bijvoorbeeld, die hun marketingcampagnes verder kunnen verfijnen, of steden en regio’s, die de voorbije jaren al heel wat interesse hebben laten blijken.”

2) Wat zijn de positieve gevolgen van de introductie van nieuwe suffixen?
Marc Van Wesemael: “Dankzij de nieuwe suffixen komen er een aantal extra mogelijkheden voor bepaalde doelgroepen. Mijn favoriete voorbeeld is .bank, waarbij de selectieprocedure zo streng zal gemaakt worden, dat je met 100 procent zekerheid zal kunnen zeggen dat je naar een echte bank surft als een een .bank intikt. Een ander voordeel is de verhoogde concurrentie tussen de verschillende extensies, waardoor men mag verwachten dat de dienstverlening zal verbeteren. Gebeurt dat niet, dan zou je als extensie wel eens uit de boot kunnen vallen.”

Flip Petillion: “Eigenaars van een extensie zullen allicht hun positionering in zoekmachines zien veranderen, al moet ik daar meteen aan toevoegen dat het nog niet duidelijk is hoe Google zal reageren. Maar je mag toch verwachten dat extensies waar honderdduizenden euro’s voor betaald zijn, beter scoren in zoekresultaten dan de huidige extensies, waarvoor je slechts enkele euro’s moet ophoesten. Afwachten in welke mate de searchengines hun algoritmes zullen aanpassen…”
“Voorts hebben de eigenaars natuurlijk de totale controle over het aantal domeinnamen die toegelaten worden, en krijgen ze in vele gevallen ook de technische controle in handen, waardoor ze niet langer afhankelijk zijn van een beheerder die verschillende bedrijven tegelijk tevreden moet houden.”
“Tenslotte is er nog het voordeel van de meer transparante online aanwezigheid van multinationals. Met een eigen extensie kan een groot bedrijf zijn online structuur uniformiseren, en kan de ceo de aanwezigheid op het www centraliseren via één website, in de eigen extensie, om naderhand alle andere domeinnamen in allerhande ccTLD’s of in bepaalde gTLD’s af te bouwen, of gewoon passief te houden.”

Jan Vannieuwenhuyse: “De doeltreffendheid van niche marketing zal groter worden. Steden en regio’s kunnen hun burgers, bedrijven en zelfstandigen die zich voornamelijk richten op de lokale markt, een aan die lokale gemeenschap gelinkte internetaanwezigheid bezorgen. Merken en gemeenschappen kunnen dan weer een veel veiligere omgeving creëren voor elektronische transacties en interactie met klanten en burgers.”

Tom De Bast: “Voor een bedrijf zoals Combell zijn er twee positieve gevolgen. Enerzijds trekken we nieuwe klanten aan. Zo zijn we in gesprek met een aantal merkhouders en investeerders, om een kandidatuur in te dienen voor een suffix. Dat zou dan in samenwerking gebeuren met enkele partners, die bijvoorbeeld over de juiste registratiesoftware beschikken, of die het juridische luik voor hun rekening kunnen nemen. Anderzijds kunnen we de nieuwe gTLD’s ook aanbieden aan onze klanten. Er zijn al heel wat interessante extensies bekendgemaakt, met als gevolg dat er straks erg leuke domeincombinaties mogelijk worden.”

3) Wat kunnen de negatieve gevolgen zijn van de introductie van nieuwe internetachtervoegsels? Marc Van Wesemael: “Over het algemeen wordt aangenomen dat de koek groter gaat worden voor iedereen. Maar is dat wel zo? Er is een bekend onderzoek dat heeft aangetoond dat als mensen kunnen kiezen uit een grote reeks alternatieven, ze uiteindelijk niet meer kiezen. Daarnaast is er nog een ander aspect. Onlangs zat ik met iemand van een topmerk in een panel, en vroeg ik hoeveel suffixen er nog kunnen bijkomen voordat hij stopt met het registreren van zijn naam onder alle tld’s. ‘ We’re probably there allready ‘ was het antwoord. Merkhouders overwegen om hun naam niet langer onder alle nieuwe achtervoegsels te registreren. Een volgende stap is dat diezelfde merkhouders zich afvragen waarom ze vandaag wel nog registreren voor de namen die ze toch niet gebruiken. Met als gevolg dat het aantal defensieve registraties zal verminderen. Waardoor de koek dus kleiner wordt in plaats van groter.”
“Een andere evolutie is een verschuiving van de ‘macht’ van de registries naar de registrars (naar de agenten, nvdr.). Registries bepalen vandaag welke registrars zij aanvaarden om hun extensie te promoten. Maar als er een grote hoeveelheid extensies op de markt komen, dan zal je het omgekeerde zien, en valt te verwachten dat de registrars zelf zullen bepalen welke registries ze nog willen promoten. Dat zal dan vooral ingegeven worden door puur commerciële overwegingen, zeker als ze, door het wegvallen van de verticale integratie, er alle belang bij hebben om die extensies te promoten waar ze zelf eigenaar/medeaandeelhouder van zijn.”

Flip Petillion: “Op het eerste zicht zijn de kosten aan de hoge kant. En dan heb ik het niet enkel over de registratiekosten van 130.000 euro en de jaarlijkse kosten van 19.000 euro, maar ook over de uitgaven om het platform op te zetten, en over de uitgaven voor het implementeren van de domeinnamen. Daarnaast kan je de vrees van merkhouders voor de noodzaak van registratie in alle nieuwe extensies aanstippen. Die vrees is deels terecht: er moet wat dat betreft een verhoogde waakzaamheid komen. Een wachtdienst is allicht een ideaal middel om dit op te vangen. Zo’n wachtdienst bestaat nu ook bij de registraties van merken.”

Jan Vannieuwenhuyse: “Voor bepaalde types van waardevolle gTLD’s zullen de kosten gewoon te hoog zijn. Denk maar aan kleine gemeenschappen in ontwikkelingslanden, maar ook dichter bij huis zal het niet evident zijn voor weinig kapitaalkrachtige organisaties om een eigen suffix op de kop te kunnen tikken.”
“Afhankelijk van de manier waarop de nieuwe gTLD’s worden uitgebaat, kan het ook zijn dat de beschermingsmaatregelen om de rechten van derden te vrijwaren, onvoldoende blijken, met heel wat juridische geschillen en hoge externe kosten als gevolg. En zoals de vertegenwoordiger van de Europese Commissie in de GAC al opwierp, zijn een aantal aspecten van het programma mogelijk niet in overeenstemming met het Europese mededingingsrecht. Er zouden dus wel eens juridische acties van kandidaten of van Europa kunnen volgen tegen Icann.”

Philip Du Bois: “Voor de eindgebruikers kan er tijdelijk wat onduidelijkheid zijn, en je zal langere domeinnamen zien opduiken. Een kloof tussen Noord en Zuid zou in principe niet mogen ontstaan, omdat ontwikkelingslanden ‘korting’ kunnen krijgen. Een kloof tussen grote en kleine bedrijven behoort dan weer wel tot de mogelijkheden, net als een kloof tussen rijke en arme individuen. Daar zal nog uitvoerig over gediscuteerd worden als er veel multinationals op de trein springen. Mogelijk volgt er in dat geval een democratisering nadien. De hoge prijs dient voor een stuk om mogelijke vrijbuiters te weren, maar kan dus zeker bepaalde vragen oproepen.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content