Hoe raakt mijn start-up gefinancierd? Enkele tips van het BAO

Frederik Tibau expert Digital Innovation & Growth bij Agoria

Privékapitaal is niet de enige geldbron voor tech-starters, zo stelt het Brusselse Agentschap voor de Onderneming. Ook openbare instellingen zoals Brustart en het Participatiefonds kunnen lokale internetondernemers een duwtje in de rug geven, en dit bij diverse stadia van de opstartfase.

Privékapitaal is niet de enige geldbron voor tech-starters, zo stelt het Brusselse Agentschap voor de Onderneming. Ook openbare instellingen zoals Brustart en het Participatiefonds kunnen lokale internetondernemers een duwtje in de rug geven, en dit bij diverse stadia van de opstartfase.

Vroeg of laat moet elke start-up zich buigen over zijn financiering. Het hoeft geen betoog meer dat alle kleine bedrijfjes kapitaal nodig hebben, van bij de concretisering van hun idee tot bij de commercialisering van het eindproduct. En de financiële hulpmiddelen voor al die verschillende fases krijg je niet noodzakelijk bij dezelfde partij, wel integendeel.

Niet alleen kan een bedrijf zuiver gefinancierd worden, er vallen ook subsidies te rapen, of begeleidende sessies in de vorm van coaching en advies. We beperken ons hier even tot het zoeken naar financiering (kapitaal of krediet).

“Hoe vroeger er gefinancierd wordt, hoe kleiner de kans dat een project een commercieel succes wordt”, vertelt adviseur financiële analyse Rodolphe d’Udekem d’Acoz van het Brusselse Agentschap voor de Onderneming. “Dit verklaart voor een stuk waarom veel private en publieke investeerders (waaronder de banken) zelden tussenkomen vóór de eigenlijke fase van de commercialisering.”

Voor dat die fase bereikt wordt, moet een jonge softwarestart-up dus in staat zijn om zelf in zijn financiering te voorzien. “Gelukkig zijn er heel wat mogelijkheden. In de privésfeer heb je de business angels, de crowdfunding-initiatieven en de venture capital fondsen. Daarnaast zijn er ook openbare geldschieters, zoals BruStart, een dochteronderneming van de GIMB.”

“De grootte van een investering door een business angel zoals Be Angels en door een openbare instelling zoals Brustart is vrij gelijkaardig”, beweert d’Udekem d’Acoz, “maar de interventiecriteria zijn anders. Een business angel kan zich sneller engageren. Brustart kan pas tussenkomen zodra een prototype klaar is, of de eerste testfase voor de commercialisering is begonnen. In beide gevallen wordt de goedkeuring van een dossier onderworpen aan een geloofwaardigheidstest (betreffende het project, de initiatiefnemer en de vooruitzichten voor de uitvoering ervan).”

“Net als bij een business angel heeft ook Brustart inspraak in het beheer van de vennootschap, maar op een minder participatieve manier”, klinkt het nog. “De ondernemer moet zelf bepalen welk niveau van inspraak hij wil behouden, ook op financieel vlak. Hij heeft er verder alle belang bij om de voorwaarden te bepalen waaronder de investeerder op termijn uit het kapitaal zal stappen.”

“Bij crowdfunding investeren particulieren gezamenlijk kleinere bedragen, die gebruikt kunnen worden als aanvulling op de klassieke interventies, of ze zelfs vervangen. Onlangs zijn er twee Belgische platformen voor crowdfunding ontstaan, MyFirstCompany en Angel.me, straks volgen er allicht nog enkele. Initiatieven die ondernemers en investeerders met elkaar in contact brengen voor it-gerelateerde projecten, zijn BetaInvest en Appsfunder.”

Een andere piste is natuurlijk het echte venture capital, of de private equity fondsen, alleen zijn de voorwaarden en de eisen bij dergelijke geldschieters anders. Ze hebben soms al zeer vroeg interesse voor jonge start-ups, zijn bereid om meer risico’s te nemen en het kapitaal is groter, maar hun verwachtingen inzake rendement zijn veel strenger.

Kruissnelheid

Nadat de voorbereidende fasen (eerste ontwikkeling van de software, prototyping) voltooid zijn, kunnen start-ups beginnen denken aan een oproep voor privé- of openbaar kapitaal. Je kan bij een bank passeren, maar banken zijn terughoudend en eisen torenhoge garanties.

Om hieraan te verhelpen, of in ieder geval om voor een hefboomeffect te zorgen en de banken te stimuleren om meer betrokken te geraken bij start-upprojecten, heeft de Brusselse overheid enkele aanvullende instrumenten bedacht. Zoals het Participatiefonds en het Garantiefonds.

“Het eerste werkt volgens het principe van ‘achtergestelde leningen’, en biedt cofinanciering aan als aanvulling op de kapitaalinvesteringen van de banken (Starteo) of business angels (BA+)”, aldus nog d’Udekem Acoz. “Dit biedt een dubbel voordeel. Het krediettarief is gunstig omdat het is afgestemd op de Belgische flat Prime Rate (zonder marge), en het risico voor de banken is kleiner omdat de investering gespreid wordt, en de banken sowieso als eerste worden terugbetaald.”

Het Brusselse Garantiefonds dient dan weer als extra garantie bij een kredietaanvraag. “De garantie kan tot 80 procent van het geleende bedrag dekken, de eerste 20 procent moet worden gewaarborgd door de ondernemer zelf. Hier is het de bedoeling om de toekenning van bankkredieten -en dus de financiering van projecten- te vergemakkelijken.”

Het plaatje zou niet compleet zijn zonder de kredieten die verschillende dochterondernemingen van de GIMB kunnen toekennen: ondergeschikte leningen van Brustart, cofinanciering door de banken van B2E (dezelfde voorwaarden als bij bankkredieten), of de financiering van de export door ExportBru (voor prospectiefasen, internationale uitbreiding of vestiging in het buitenland).

Aan financieringspistes ontbreekt het dus niet in en rond onze hoofdstad, vindt de adviseur. “Zaak is om de pistes te kiezen die overeenstemmen met de behoeften, in het stadium van de evolutie van het project of de vennootschap.”

Dit is precies de taak en het vak van de adviseurs van het BAO, meer bepaald die de ICT-pool. “Wij helpen de ondernemer om zijn project te ontwikkelen, zijn idee te structureren, de geloofwaardigheid en levensvatbaarheid van het project na te gaan, investeerders te zoeken”, besluit de adviseur.

“Het Brusselse Agenschap voor de Onderneming kan ook helpen bij de contacten met de banken, het Participatiefonds, de GIMB, het Garantiefonds, enz. Al was het maar om de technische voorwaarden voor de opstelling van een dossier wat nader toe te lichten. “Met andere woorden hebben wij een rol als facilitator.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content