Een kunstmatig intelligent systeem dat diëtisten een set ‘superkrachten’ verleent: daarmee pimpt BiometrIQ vandaag al de dagelijkse praktijk van meer dan 400 Belgische en Nederlandse diëtisten. Met haalbare inividuele doelen, gedistilleerd uit data die zo weinig mogelijk liegen, moet hun diëtistendashboard een gericht wapen worden tegen de obesitasepidemie.
Als de gemiddelde Belg zo ongezond blijft leven als vandaag, dan zal tegen 2050 zo’n 70 procent van ons met overgewicht of obesitas te kampen hebben. Dat blijkt uit een wereldwijde studie die eerder dit jaar verscheen in het wetenschappelijke blad The Lancet. Het is een van de belangrijkste doodsoorzaken in Europa: jaarlijks overlijden er 1,2 miljoen inwoners van het continent – 13 procent van alle Europeanen die tout court het loodje leggen – aan aandoeningen die het gevolg zijn van overgewicht.
Om die trend te keren zijn er geen echte oplossingen voorhanden die voor alle horizontaal uitgedijde Europeanen of Belgen gelden. Iemand met een min of meer gezonde levensstijl kan altijd een erfelijke aanleg hebben om uit te zetten, iemand die niet snel een gram vet aan zijn lijf krijgt, forceert dat proces misschien zonder het te beseffen met ongezonde voedingsgewoontes. De oplossing van het brede maatschappelijke probleem zit in heel individuele, gepersonaliseerde remedies.
‘Het werk van de diëtist blijft heel manueel. Maar met technologie willen we dat werk veel gestroomlijnder maken’, zegt Pieter Josson. Hij is CEO van BiometrIQ, een Kortrijkse startup die in 2020 een AI-gedreven softwareplatform bouwde waarmee diëtisten over ’t hele land (en inmiddels ook Nederland, als tweede markt die het bedrijf aanboort) voedingskeuzes kunnen maken op maat van iedere patiënt. Ondertussen wordt hun systeem al gebruikt door 450 diëtisten en gezondheidstherapeuten, die er meer dan 15.000 patiënten mee helpen.
‘We willen de diëtist niet vervangen door een AI-coach, maar we maken de coach wel AI-enabled’, zegt Josson. ‘Ons platform helpt om sneller patronen te herkennen in een groot volume aan databronnen. Er worden dingen aangeduid door het systeem, waarop de voedingsdeskundige vervolgens inzoomt om de kern van het individuele probleem te vinden.’
Data die niet liegen
De kern van het platform, dat voor diëtisten beschikbaar is via een online dashboard, zijn natuurlijk gezondheidsdata van de patiënt in kwestie. Belangrijk is dat er vooral gegevens worden verzameld die niet liegen. Daarbij wordt ook met wetenschappelijke vragenlijsten gewerkt, maar vooral met data uit DNA-analyses, sportwearables, glucosemeters en andere onvervalsbare bronnen.
‘Het is niet simpel om objectieve data te verzamelen, zeker niet in deze context’, beseft Tijs Engelrest, medeoprichter en COO van BiometrIQ. ‘Die vragenlijsten bijvoorbeeld: vanzelfsprekend beseffen we dat daar een zekere bias in zit. Mensen antwoorden daar niet altijd waarheidsgetrouw op, en hoe goed schatten ze zichzelf überhaupt in? Maar er zijn meer en meer mogelijkheden om objectieve data te capteren. Data van sensoren, data van je DNA. Streepjescodescanners zorgen ervoor dat het systeem weet wat er in een bepaald voedingsproduct zit zonder dat er gegevens handmatig hoeven te worden ingevoerd. En image recognition heeft de afgelopen jaren zulke sprongen gemaakt dat het vandaag perfect mogelijk is een foto te maken van je bord, waarna AI afleidt wat daar precies op ligt: hoeveel gram groenten, welke groenten precies, welke voedingswaarde heeft de inhoud van dat bord? Het is tegelijkertijd makkelijker en eenvoudiger dan een voedingsdagboekje invullen. Zo brengen we diëtisten in staat om de klant beter en beter in kaart te brengen, met minder trial and error. Onze technologie geeft hen als het ware een set professionele superkrachten: meer tijd, meer inzicht, meer impact.’
En dan is er de output: vanuit al die gepersonaliseerde data distilleert het platform haalbare tweaks voor de levensstijl van de patiënt. Welgeteld drie. ‘Tijs en ik zijn allebei economist van opleiding’, zegt Josson. ‘Vanuit die achtergrond weten we dat je best ernaar streeft om met 20 procent van de inspanningen 80 procent van de resultaten te boeken. Dat is dan ook de kern van de filosofie die achter ons platform steekt: aan de hand van de persoonlijke dataset van een cliënt identificeert het platform welke de drie topprioriteiten zijn voor een maximale output. Anders maak je ’t zo moeilijk dat men sneller afhaakt. Je kunt als cliënt maar zoveel pingpongballen vasthouden voordat je er een paar laat vallen.’
Volledig traject
Eind april 2025 haalde BiometrIQ een miljoen euro vers kapitaal op om sneller te groeien. De nieuwe fondsen, opgehoest door een groep business angels geleid door sportondernemers, waaronder Eva Maertens en Jeroen De Wit (TeamLeader), Joris Van Der Gucht (Silverfin) en Arne Vandendriessche (Signpost), werden ondertussen vooral aangewend om meer ontwikkelaars in huis te halen. Naast de hoofdzetel in Kortrijk heeft de start-up ook een ontwikkelteam zitten in het Gentse Wintercircus, zodat ze dichter bij de sterke community van softwareontwikkelaars in en rondom de Arteveldestad zitten.
Er is ruimte voor snellere groei. In totaal zijn er meer dan 3.500 voedingsdeskundigen in België, waarvan ze met hun vierhonderd nog maar een fractie beet hebben. Bovendien hebben ze inmiddels al voet aan de grond in Nederland als eerste buitenlandse markt. Ondertussen wordt er verder gesleuteld aan de software en de achterliggende kunstmatige intelligentie die ze zelf ontwikkelden. ‘Onze bedoeling is om het volledige begeleidingstraject, dat weken tot maanden in beslag neemt, met het platform te gaan ondersteunen’, zegt Josson. ‘We willen dat er een digitale verbinding ontstaat tussen de diëtist en de cliënt, zodat er continue begeleiding en ondersteuning is.’
Op zich gaat het aanbod van BiometrIQ ook breder dan alleen AI. Ook automatisering van processen is een element: vandaag verliezen diëtisten volgens de twee oprichters nog veel tijd aan manueel werk, opvolging en administratieve taken. ‘We willen hen in staat stellen om veel meer van hun tijd bezig te zijn met datgene waarvoor ze opgeleid zijn: mensen begeleiden’, zegt Engelrest. ‘Administratie, follow-up, scheduling, billing: dat zijn dingen waarvoor ze nu nog te veel met oude en verschillende softwareplatformen werken die daar vaak niet specifiek voor gemaakt zijn. Of ze hebben rekenblaadjes gemaakt in Excel. Ons systeem moet al die dingen in één platform integreren, wat meteen al de voedingsdeskundigen hun efficiëntie opkrikt.’
Nog een volgende stap is dat het systeem een consumer-facing component krijgt. Niet om de menselijke diëtist uit het plaatje te halen, haasten Josson en Engelrest zich om eraan toe te voegen. Maar meten is weten: de data-driven output van hun systeem kan wel helpen om de drempel naar professioneel voedingsadvies helpen verlagen, denken de BiometrIQ-founders. Ze kijken daarvoor naar samenwerkingen met mutualiteiten, verzekeraars, sociale secretariaten en werkgevers. ‘In die toeleiding zien we een volgende rol voor ons systeem’, zegt Josson. ‘We weten dat 92 procent van alle mensen die in de diëtistenpraktijk al geholpen zijn geweest aan de hand van onze software vrouwen waren. Een kleine subset van al wie effectief baat kan hebben bij datagedreven voedingsadvies zet dus effectief de stap naar de diëtist. Daarom zien we het als een van onze missies om die laatste zijn bereik breder te trekken. Daar zal die consumer front-end een superbelangrijke rol in spelen. Via partnerships met organisaties die grote groepenwerknemers, leden, verzekerden hebben, die eigenlijk wel baat kunnen hebben bij zo’n traject, kunnen we een digitale brug leggen tussen een grote groep mensen en hun eerste gesprek met een diëtist.’
Maar is daarmee al geen rasse schrede gezet in de richting van een volledig AI-gedreven voedingsdeskundige? Zeker gezien de snel evoluerende artificieel intelligente technologie zijn dieetchatbots verre van ondenkbaar. ‘We blijven rotsvast geloven in de rol van de menselijke diëtist’, schudt Josson van neen. ‘Voor het emotionele, het motivationele, voor de accountability. Een AI-coach kun je bijvoorbeeld veel makkelijker uitzetten dan dat je een afspraak met een menselijke diëtist afzegt. De menselijke coach moet in the loop blijven, maar heel veel van de individuele taken die hij nu doet kunnen duizend keer sneller en beter worden gedaan door AI-agents. Tegelijkertijd heb ik natuurlijk geen glazen bol: het is vooral onzeker hoe AI zal evolueren, maar ook de manier waarop we daarmee omgaan zal nog grote veranderingen doormaken. Zullen we binnen jaren in staat zijn om als persoon een emotionele connectie te leggen met een AI-systeem, in die mate dat we er gezondheidsadvies van accepteren? Pas dan zou een AI-diëtist in theorie mogelijk moeten zijn. Maar zonder dat emotionele aspect kan het niet.’