Een Belg op vijf is een telewerker
18,8% van de Belgische actieve bevolking doet aan telewerken.
18,8% van de Belgische actieve bevolking doet aan telewerken, en dan vooral op een informele manier (62,8%). Dat is de voornaamste conclusie van een onderzoek dat de organisatoren van de Nationale Thuiswerkdag liet uitvoeren door het bureau iVOX.
In 2003 bedroeg dit percentage nog 10,6%, weet professor Laurent Taskin van de Universiteit Bergen en de UCL Louvain School of Management. Hij toont zich wel verrast over het resultaat dat amper 25% van de bedrijven telewerken aanbiedt aan de werknemers. In vergelijking met eerdere onderzoeken van de KU Leuven en de ULB in 2003 is dat zelfs een daling. Toen was er nog sprake van 41,6% in Vlaanderen, bijna 50% in Brussel en 15% in Wallonië. Al kan een en ander ook wel met de methodologie te maken hebben, voegt Taskin een belangrijke kanttekening toe. Wanneer een bedrijf telewerken niet toestaat, wordt dat doorgaans gelinkt aan het functieprofiel – bijvoorbeeld omdat contact met een klant vereist is, of omdat heel specifieke hard- of software nodig is.
Aan de werknemerskant zegt ondertussen wel meer dan 1 op de 2 (54%) geïnteresseerd te zijn in telewerken. De meest populaire thuiswerkdagen zijn daarbij maandag en vrijdag (elk ongeveer 30%) en woensdag (20%). Zowel thuiswerkers als niet-thuiswerkers zijn het er over eens dat telewerken de ‘work-life balance’ én de productiviteit bevordert en stress vermindert – al is het maar omwille van het fileleed dat wegvalt. Algemeen lijkt telewerken volgens dit onderzoek wel te voldoen aan de veranderende verwachtingen van werknemers in relatie tot het werk, concludeert professor Taskin.
Meer over telewerken leest u in onze ‘Working in ICT’ special van 5 november.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier