Historische documenten worden steeds minder op papier bewaard. Dit zou het werk van toekomstige historici flink kunnen bemoeilijken, want wat vandaag perfect leesbaar is, kan morgen onontcijferbaar worden. De gebruikte software of hardware bestaat in de toekomst misschien niet meer. Geen nood! Dan bouwen we die hardware of software toch gewoon opnieuw? Als de informatie die ontsloten moet worden belangrijk genoeg is, loont dit beslist de moeite. Bovendien hoeven we die software of hardware zelfs niet fysiek opnieuw te bouwen. Dankzij virtualisatietechnologie kunnen we dat ook perfect virtueel.

In het Britse National Museum of Computing and Cryptography in Bletchley Park hebben wetenschappers en technici medio november Colossus opnieuw aan het rekenen gezet, nadat ze eerst een virtuele Colossus hadden ontworpen met behulp van een Pentium II laptopcomputer.

Colossus was een van de allereerste programmeerbare computers. Hij bestond uit meer dan tweeduizend buizen en had dezelfde omvang als een kleine vrachtwagen. Vanaf 1943 werd dit monster gebruikt om geheime Duitse boodschappen te ontcijferen. Colossus speelde een essentiële rol bij de voorbereidingen voor D-Day. Historici menen dat deze vroege programmeerbare computer de Tweede Wereldoorlog met wel achttien maanden heeft ingekort. Alle exemplaren van Colossus werden in 1945 vernietigd in een poging om de werking ervan geheim te houden. De kostbare buizen werden opnieuw gebruikt in telefooncentrales; alle andere onderdelen werden vermalen tot stukjes die niet groter waren dan een mensenhand.

Het duurde veertien jaar om Colossus opnieuw te bouwen. De ‘computerarcheologen’ die verantwoordelijk waren voor de herbouw, hadden alleen enkele zwartwitfoto’s om op af te gaan. Op 15 november 2007 werden in Duitsland berichten versleuteld met dezelfde Lorenz SZ42 machine die de Duitsers tijdens de oorlog gebruikten. Deze berichten werden via radio verstuurd en net zoals zestig jaar geleden onderschept in Engeland. Dit ging gepaard met de nodige moeilijkheden, omdat zonnevlekactiviteit de radiouitzendingen verstoorden. Net echt dus!

Het ontcijferen vergde heel wat werk. Eerst werden de onderschepte radioboodschappen op papierband geponst. Die werd vervolgens met een snelheid van 5.000 tekens per seconde ingevoerd in Colossus. De computer probeerde dan via statistische methode te achterhalen hoe de versleutelingswielen van de Lorenz-machine waren ingesteld. (Omdat de Lorenz-machine niet helemaal ‘random’ functioneerde, was het mogelijk de sleutel te vinden.) De Colossus deed er gemiddeld zes uur over om een boodschap te ontcijferen. Overigens slaagde een Duitser erin om dezelfde boodschap op twee uur tijd te ontcijferen met een 1,4 GHz Pentium-machine en een zelfgeschreven ADA-programma. De pers legde hier dan ook onterecht de nadruk op. Het zou maar erg zijn als een hedendaagse pc niet sneller zou werken als de allereerste, zestig jaar oude programmeerbare computer.

Jozef Schildermans is journalist en hoofd van het Data Testlab, een onafhankelijk lab voor het testen van bedrijfsgerichte hard- en software. www.villapc.be

Jozef Schildermans

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content