Kunnen we in de komende jaren voldoende talent binnen onze landsgrenzen houden? Of wijken al de young potentials uit naar de nieuwe groeilanden? Directeur Jo Decuyper van de Roger Van Overstraeten Society is er niet gerust op. “Ik ben gewoon realistisch. Als je vooruit wil in een ontwikkelingsland, volg je een technologiegeoriënteerde opleiding. Bij ons krijg je technologie nog maar moeilijk verkocht, want al dat keiharde wroeten schrikt af. Met alle gevolgen vandien.”
Elk kind wordt creatief geboren, maar die creativiteit wordt afgestompt in het onderwijs. Dat komt deels omdat fouten gestigmatiseerd worden (terwijl fouten maken juist eigen is aan een gezond leerproces), maar ook omdat lessen te formeel, ja zelfs te saai zijn. Voor alle duidelijkheid: deze uitspraken zijn geen gevolg van een rist onverwerkte jeugdtrauma’s bij ondergetekende, maar dienen volledig op het conto van de Amerikaanse creativiteitsgoeroe Ken Robinson te worden geschreven.
“Feit is dat er iets schort aan ons onderwijssysteem, want de interesse voor technologische en wetenschappelijke studierichtingen blijft veel te laag”, steekt Jo Decuyper van wal. “Menswetenschappen zijn gemakkelijker natuurlijk, maar er is meer. Technologie op school is zoals wiskunde en talen: het wordt dikwijls veel te stijf en te theoretisch gedoceerd. Terwijl er in feite volop geëxperimenteerd zou moeten worden in de klas om de aandacht van de leerlingen te houden.”
Jo Decuyper zelf heeft de boot alvast niét gemist. Hij wilde al van kleins af weten hoe televisietoestellen en radio’s in elkaar staken, tot grote ergernis van zijn ouders. Die honger naar weten vertaalde zich logischerwijs in een wetenschappelijk georiënteerde loopbaan. “It feels good to know things”, lacht de directeur wanneer we hem opzoeken in de gebouwen van IMEC in Leuven. “Dat is meteen ook de boodschap die we met de Roger Van Overstraeten Society willen overbrengen.” De stichting, genoemd naar de vroegere directeur en oprichter van IMEC, werd in 2001 boven de doopvont gehouden. Jo Decuyper schreef na zijn studies een doctoraat over artificiële intelligentie, en verzeilde nadien bij de overheid als afdelingshoofd Wetenschappen. Rond de eeuwwende werd hij aangetrokken als baas en bezieler van de RVO-Society.
De opdracht die de directeur kreeg, was even duidelijk als eenvoudig: wetenschap en technologie promoten bij jonge mensen. “Van Overstraeten introduceerde ten tijde van het eerste ‘Flanders Technology’-evenement de micro-elektronica in Vlaanderen, en maakte van IMEC een instituut met wereldfaam”, legt Decuyper uit. “Alleen is dat niet voldoende bekend bij jonge mensen. Tot op vandaag is de interesse van jongeren in wetenschap en technologie veel te klein. Dat is erg jammer, want IMEC is voortdurend op zoek naar talent, en biedt schitterende carrièreperspectieven. Aan ons dus om de jeugd erop te wijzen dat er misschien wel hard moet worden gestudeerd, maar dat de return on investment navenant is.”
Focus
De RVO-Society heeft er van in het begin voor gekozen om te focussen op het onderwijs, en meer bepaald op de lagere school. Als je elf, twaalf jaar bent sta je immers voor een cruciale keuze, en onbekend is onbemind. “We wilden de technologie van IMEC vertalen naar educatieve projecten voor kinderen”, klinkt het. “Dat is al een hele uitdaging, dat hoef ik je niet te vertellen. Interesse opwekken bij het jonge volkje doe je niet met de technologie van vandaag, maar met die van morgen.”
Een tweede belangrijke aspect bij de aanpak van de stichting, is dat ze zich naar eigen zeggen altijd ten dienste heeft opgesteld van de leerkracht. “We zijn nooit naast de leraars gaan werken. Wel proberen we hen hulpmiddelen aan te reiken om het vak technologische opvoeding zo interessant mogelijk te maken. Samen met talrijke partners hebben we een twaalftal educatieve pakketten uitgewerkt. Heel uiteenlopende dingen, maar er is altijd een link naar de technologie van IMEC.”
Decuyper haalt ostentatief een kistje van de kast in zijn bureau. Er zit een plastieken doosje in ter grootte van een woordenboek, met aan de onderzijde een hele resem computerchips. “Dit pakket bestaat uit hardware die je aan de computer kan hangen, maar er zitten ook microfoons en koptelefoons bij.”
“Bedoeling is dat je in de klas kan experimenteren met digitale geluidstechnologie. Maar ook wiskundige vraagstukken kunnen op een speelse manier aanschouwelijk worden gemaakt. En dat allemaal met één geïntegreerd pakket. We bieden dit doosje, dat erg duur is, te huur aan, en we organiseren ook opleidingen voor leerkrachten.” Concrete resultaten van die aanpak, kan de Stichting nog niet voorleggen. Daarvoor bestaat ze nog niet lang genoeg. “Kleine nuance: statistieken zijn er misschien nog niet, maar de effecten blijven niet uit. Zo krijgen we vaak getuigenissen binnen van kinderen die blij zijn dat ze dankzij onze pakketten een fascinatie voor technologie ontwikkeld hebben, en in die richting verder gegaan zijn.”
“We merken trouwens dat ook andere bedrijven nu op de deur komen kloppen, omdat ze gemerkt hebben dat we de technologie van IMEC succesvol kunnen vertalen. Option en DNS. be bijvoorbeeld, willen dat we ook voor hen een educatief pakket in de markt zetten. In het geval van Option gaan we iets ontwikkelen rond klimaat en draadloze technologie, bij DNS. be draait alles rond het bouwen van websites.”
Volgens de directeur is de interesse voor de educatieve projecten van ‘zijn’ stichting nooit groter geweest. “Op dit moment zijn we continu actief in 85 scholen verspreid over heel Vlaanderen, maar meer kunnen we op dit moment niet aan met ons ploegje van acht. Leuk is wel dat Minister Ceysens de overheidssteun voor de stichting flink verhoogd heeft en dat IMEC eveneens bijkomende steun heeft toegezegd. We gaan op termijn dus nog meer scholen en leerkrachten kunnen bereiken.”
Inzicht
Tijdens ons gesprek wijst Decuyper er nog op dat IMEC tot voor enkele jaren een ‘gesloten huis’ was, waar je enkel bij de opendeurdag binnengeraakte, en dan nog netjes gekanaliseerd langs afspanningen. “Sinds de oprichting van de RVO-Society is dat toch anders. De instelling heeft de blik eindelijk naar buiten gericht. Er gaat geen dag voorbij of er komt wel een klas of een groep leraars op bezoek. Langzaamaan sijpelt zo het potentieel dat hier voorhanden ligt door.”
Toch blijft het vreemd dat IMEC pas zo laat het licht gezien heeft. Flanders Technology is tenslotte een concept dat al een kwarteeuw oud is. “Dat klopt, maar 25 jaar geleden lagen de kaarten helemaal anders. We zaten nog in een gunstig evoluerende conjunctuur, er was nog veel werkgelegenheid, en de derde indsutriële revolutie had juist ‘innovatie’ op de agenda geplaatst. De link tussen het onderwijs en het bedrijfsleven werd toen nog niet gelegd.”
“Vandaag moeten we heel kort op de bal spelen, er is zware concurrentie voor young potentials. Daarom worden we omzeggens verplicht om alle factoren samen te bekijken. Hoe kunnen we voldoende talent binnen onze landsgrenzen houden? Het is een hot issue momenteel. Als we niets doen, zullen we niet alleen onze fabrieken kwijtspelen, maar ook de creatieve jobs.” Decuyper verwijst in dit verband graag naar de Verenigde Staten. “De States hebben lang kunnen teren op een grote instroom van werkwillige en intelligente Aziaten. Maar intussen zijn de Aziatische landen op sommige vlakken even aantrekkelijk, of zelfs aantrekkelijker geworden dan de VS, en keren die mensen terug naar hun land van oorsprong. Het gevolg is dat er ook in de VS een nijpend tekort is aan talent.”
“In de VS hebben ze de voorbije decennia ook bedroevend weinig geïnvesteerd in onderwijs”, besluit de Leuvenaar. “70 procent van de wetenschapsleerkrachten in Amerika, heeft niet eens een wetenschapsdiploma op zak. Dat is rampzalig.” Inmiddels raakte bekend dat ook in Vlaanderen een groot aantal leerlingen voor wiskunde, wetenschappen en aardrijkskunde les krijgen van leraars die niet over het overeenkomstige diploma beschikken. “In India en China worden de opleidingen dan weer steeds beter,” weet Decuyper. “Er is veel geld voorhanden, ze kunnen goede docenten aantrekken, en het materiaal in de labo’s is modern en nieuw. Ik hoop dat de slinger zo snel mogelijk weer overhelt naar het Westen, maar het zal nog wel even duren voor het zo ver is.” z
Meer info op www.rvo-society.be
4
4
Frederik Tibau