Pieterjan Van Leemputten

In veelbelovende lijstjes over de ‘top smart cities in the world’ duikt Amsterdam vrijwel altijd op; reden genoeg voor Data News om uit te zoeken hoe slim de stad is en of dat zoveel verschilt van Brussel.

De parel van de Amsterdamse connectiviteit is de Amsterdam Arena, thuishaven van Ajax, concertpaleis en uitgerust met technologie die de voetbaltempel verheft van een grasmat met stoeltjes tot een beleving voor bezoekers. Al is ook de grasmat uitgerust met spitstechnologie. Omdat het hoge stadion veel zonlicht tegenhoudt wordt het gras gestimuleerd met installaties vol kunstlicht en ventilatoren aan de zijkant om de wind na te bootsen.

Het grote obstakel van het voetbal is dat je moeilijk dezelfde ervaring kan geven in de tribune als in je zetel of op café. “Mensen konden twee jaar geleden moeilijk bellen, nauwelijks internetten, vandaag is dat geen probleem meer,” zegt Henk Markerink, ceo van de Amsterdam Arena. “Maar over het gehele plaatje willen we onze fans doorheen het hele traject ondersteunen, vanaf hij een ticket koopt, tot wanneer hij weer thuis is. Connectiviteit speelt daar een heel belangrijke rol in.” Markerink spreekt onder meer over het informatieniveau dat je krijgt bij een samenvatting of een match. “Dat daalt in het stadion, dus los je dat op met een betere verbinding of location based services.” Dat wordt beantwoord met twee apps: eentje voor de diensten van de Arena en eentje over Ajax. Zo kan je tijdens de match allerlei statistieken en zelfs videofeeds opvragen. “Op het moment dat de bal naar de andere kant van het stadion rolt, kan jij inzoomen op de keeper aan de overkant en die beelden ook delen.” Een van de praktische voorbeelden die er binnenkort aankomen is pre-ordering. “Je geeft je bestelling door via je smartphone en alles staat klaar tijdens de rust. Zo ben je geen hele pauze bezig met aanschuiven.” Ook het vinden van je plaats wordt met je telefoon ondersteund. “Elke match hebben we vijftig procent nieuwe bezoekers, daar moet je op inspelen.” Het gebruik van Facebook, Twitter, Windows Live, Gmail en de site van de Nederlandse Spoorwegen is gratis op het lokale netwerk.

Het doel is eenvoudig: er voor zorgen dat mensen graag naar wedstrijden blijven komen. Ook wanneer de ploeg in kwestie een mindere periode heeft. De volledige 3G en 4G dekking wordt nu in samenwerking met Huawei aangevuld met wifi. Maar de organisatie blijft nadenken over toepassingen om de ervaring te verbeteren.

OPEN DATA

Maar een smart city is veel meer dan een voetbalstadion. Bij het stadsbestuur horen we dat Amsterdam het concept ‘city as a platform’ naar voren schuift, met een ‘open data’-catalogus voor Amsterdam. Al wil dat niet zeggen dat elke developer morgen met elke datastroom aan de slag gaat. “De meeste gebruikers van open data werken voor de stad”, zegt Ger Baron, CTO en kwartiermaker Stedelijke Innovatie in Amsterdam. “Daarom zijn we nu bezig met projecten zoals het samenbrengen van data rond bijvoorbeeld zorg.” Het opzet is daarbij dat gegevens makkelijker bruikbaar zijn voor ontwikkelaars. De afspraak is dat bekijken en experimenteren gratis is. Maar wie een toepassing ontwikkelt die de gegevens benut, moet wel met een aantal partijen (voornamelijk de eigenaars van de data, nvdr) aan tafel schuiven om de formaliteiten te bespreken. “Al zijn er geen voorwaarden zo lang het legaal is. De data zelf valt onder de creative commons licentie.” Al blijft het aantal apps wel beperkt “Het zijn er niet enorm veel, want eens er een succesvolle app is, ga je zelden een tweede maken met dezelfde data.”

Een van die voorbeelden die momenteel wordt getest is een toepassing om op basis van geanonimiseerde gsm-signalen stromen van mensen op te volgen. “Het gebeurt dat we straten moeten afsluiten omdat het te druk is. Maar hiermee kunnen we interventies doen voor het probleem ontstaat. Als het druk is in bepaalde straten en we zien dat er op Schiphol een vliegtuig landt, of in het station een trein aankomt waarvan we weten dat de meerderheid een weekendje in de stad doorbrengt, dan kan je drie uur op voorhand zo’n interventie plannen.” De stad denkt daarbij ook aan pushberichten om mensen op hun gsm een alternatieve route te suggereren.”

FACILITEREN, NIET SUBSIDIËREN

Mooi meegenomen is dat de stad sowieso goed geconnecteerd is. Fiber to the home is geen uitzondering meer in de stad en AMS-IX is het grootste internetknooppunt ter wereld. “De rol van de overheid is om dingen te voorzien, zoals open data, open connectiviteit en open smart energy,” zegt Baron. “We gaan van lineair naar circulair.” Toegang is daarbij belangrijker dan eigendom. “Vandaag zegt veertig procent van de Amsterdammers dat ze nog een auto willen. Twintig jaar geleden was dat zeventig procent. Waarom? Omdat ze weten dat je vandaag eenvoudig een wagen kan lenen.” Samen met het toegankelijk maken heeft de overheid bovendien een nieuwe rol volgens Baron. “Zij moeten de privacy garanderen, zorgen voor inclusiviteit, maar ook zorgen dat infrastructuur voldoende beveiligd is.” Dat infrastructuur vroeg of laat wordt aangevallen lijkt voor Baron een logische realiteit. “Vandaag moet je al een domme boef zijn om fysiek op de plaats van de misdaad aanwezig te zijn.” Maar het einddoel van Amsterdam als smart city is dat alles en iedereen met elkaar verbonden is, waardoor alles slimmer en efficiënter wordt.

Ook projecten rond digitalisering moeten kort op de bal spelen. “Je kan geen project plannen dat klaar is over vijf jaar, want je weet niet hoe het landschap er dan uit zal zien. We hebben geen roadmap voor de komende tien jaar, maar hebben wel points of view om te kijken waar we elk half jaar staan.” Al investeert de stad wel in moderne infrastructuur. Zo worden nieuwe straatlampen vandaag uitgerust met glasvezel en stroom en zijn ze modulair, waardoor je ze op termijn ook kan aansturen via het internet, en even goed een hotspot kan toevoegen. “We zijn eigenlijk gestopt met het geven van subsidies,” vult Kajsa Ollongren, Wethouder Economische zaken van Amsterdam, toe. “In plaats daarvan zetten we in op faciliteiten. Niet investeren, maar accelereren.”

Pieterjan Van Leemputten

“Je kan geen project plannen dat klaar is over vijf jaar, want je weet niet hoe het landschap er dan uit zal zien.” Ger Baron, CTO Amsterdam.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content