Kristof Van der Stadt
Kristof Van der Stadt Hoofdredacteur bij Data News

Overleven als alternatieve telecomspeler is geen makkelijke opdracht in België. E-leven (spreek uit op z’n Engels) probeert het door uitdrukkelijk op nichemarkten zoals studentenkoten, ziekenhuizen en appartementen te mikken en innovatie voorop te stellen. Niet alleen op het vlak van technologie, maar zeker ook wat marktbenadering betreft.

“Zo waren we bijvoorbeeld de allereerste Belgische operator die adsl2+ aanbood”, zegt ceo Tristan Dumont de Chassart niet zonder enige fierheid. “En dat over ons eigen bruo-netwerk, Belgacom komt er dus niet meer aan te pas”, voegt managing director Luk Van Daele daar nog aan toe die zelf zeven jaar ervaring heeft bij Belgacom. Beiden hebben het dan wel over de ‘gedegroepeerde zone’ die ze uitgebouwd hebben in Brussel, Louvain-La-Neuve, Gent en Leuven. In het eerste kwartaal van 2008 moet daar nog Antwerpen bijkomen. Om toch aan een landelijke dekking te komen, gebruikt E-leven de Scarlet-infrastructuur.

Babbelen met beheerders

Het zijn niet toevallig de studentensteden waarin E-leven investeert voor het eigen netwerk: “dat is een van de belangrijkste segmenten voor ons”, zegt Van Daele. Daarnaast mikt E-leven ook op de zogenaamde ‘aparthotels’, ziekenhuizen, horeca en grote appartementsblokken van pakweg 100 flats en meer. E-leven plaatst in een gemeenschappelijk deel van het gebouw een eigen centrale (de zogeheten CM11) waarop de bewoners aangesloten worden. Goed gezien van E-leven is dat ze daarbij gaan praten met de beheerder of de syndicus van het gebouw. “In heel wat grote flatgebouwen willen Belgacom of Telenet er gewoonweg niet aan beginnen! Belangrijk voor syndici is vooral de no-hassle oplossing én het bijbehorende tarief”, zegt Van Daele. “We gebruiken zoveel mogelijk de bestaande bekabeling, en passen onze centrale met de nodige modules aan. Doorslaggevend is dikwijls de prijs: voor 9,90 euro per maand krijgt een bewoner breedbandinternet van 6 Mbps. Dat is iets wat een syndicus graag vertelt op de jaarlijkse vergadering”, lacht Van Daele. Voor 25,90 euro per maand wordt dat 10 Mbps – zonder volumebeperking – en telefonie inbegrepen. De bewoners kunnen hun bestaande analoge telefoons blijven gebruiken, terwijl ze toch via de centrale over een ip-netwerk bellen met de sip-standaard.

Tot 80 mbit via ESHDSL

Daarnaast heeft E-leven een aparte oplossing voor de bedrijvenmarkt. “Eigenlijk bieden we hen een full-ip oplossing aan voor telefonie”, zegt Van Daele. “Er komt helemaal geen atm meer aan te pas: alles verloopt via ethernet. We koppelen een ip-pbx aan een bridge die we bij de klant plaatsen en die met onze datacenters (Colt en InterXion) verbonden zijn. We plaatsen het voice-, data- en internetverkeer op aparte lijnen. Via ESHDSL (Enhanced Symmetric High-Bitrate Digital Subscriber Line) kunnen we tot 5 Mbit per paar aanbieden met een maximum van 16 paar. Symmetrisch: dus met een even snelle uplink.” Een snelle rekensom leert dat de snelheid zo tot 80 Mbit kan bedragen. “Met als bijkomend voordeel dat niet alles over één pijplijn verstuurd wordt wat bijvoorbeeld bij vdsl wel het geval is. In het geval van een kabelbreuk, ligt dus niet meteen alles plat”, verduidelijkt Van Daele. De ESHDSL-oplossing wordt onder meer gebruikt bij Aastra – die ook de leverancier is van de meeste apparatuur. Ook Brussels Business Flats ging recent nog met E-leven in zee om de 1.500 appartementen die het in beheer heeft te voorzien van breedbandinternet en telefonie. “Zij gebruiken de connectiviteit trouwens ook voor hun eigen bureau’s”, voegt Dumont daar nog aan toe.

Kristof Van der Stadt

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content