Luc Blyaert was hoofdredacteur bij Data News

Op de 27ste verdieping van de Belgacomtorens heerst rust en kalmte. Maar de speculaties over het al dan niet aanblijven van Didier Bellens voor een tweede termijn als ceo overheersen al van bij de enorme ingang. Na negatieve berichten en geruchten stuurde Didier Bellens een mail naar het personeel om de gemoederen te bedaren. “Ik weet dat sommigen me een koele financier noemen zonder strategische visie. Die stemmingmakerij is volgens mij gestuurd,” aldus de Belgacombaas.

Didier Bellens werd in maart 2004 bij Belgacom binnengehaald om vooral de beursgang voor te bereiden. Die verliep inderdaad naar wens. Het verlies aan marktaandeel in telefonie en mobilofonie werd de volgende jaren grotendeels beperkt. “Er is 3 miljard euro geïnvesteerd in de uitbouw van nieuwe netwerken. We hebben vdsl en Belgacomtv gelanceerd. Als je bekijkt wat France Telecom met iptv gedaan heeft…. Dat loopt helemáál niet. KPN ceo Ad Scheepbouwer heeft trouwens publiekelijk verklaard dat wij het goed gedaan hebben. Dat vraagt inzicht en een industriële visie. En dan durft men te beweren dat ik louter een koele financier ben?”

“We hebben een foutloos parkoers gereden. We waren bovendien erg gedisciplineerd, wat niet altijd evident is voor een management. De markt wordt geconfronteerd met een kredietcrisis maar gelukkig beschikken wij over een sterke balans. We zijn goed gepositioneerd. Er zijn vandaag ook meer kansen dan gisteren. Het zullen natuurlijk geen grote bedrijven zijn die we kunnen overnemen. We kunnen tot 10 miljard euro gaan. Ik zeg niet dat we geen mobiele operatoren kunnen overnemen, maar we moeten vooral onze expertise in de vastelijn met breedband, convergentie en nieuwe toepassingen uitspelen.”

Data News: Volgens Ad Scheepbouwer gaat Belgacom bij voorkeur in zee met France Telecom omdat de Fransen dezelfde cultuur hebben en dezelfde taal spreken.

Didier Bellens: Ik weet het zo niet. France Telecom heeft Mobistar in België en wil Mobistar verder ontwikkelen. Ik zie France Telecom moeilijk Belgacom kopen en vervolgens Mobistar verkopen… Wij zijn klaar voor overnames. En we zijn bereid om de juiste prijs te betalen, niet ‘cheap’. Geen ‘bottom fishing’. We hebben niet teveel schulden, een A minus rating en een grote cash flow. Er zijn vandaag opportuniteiten. Die waren er in het begin van de jaren 2000 ook, maar toen is er niets gebeurd. Er dienen zich nu nieuwe kansen aan. De bedoeling blijft om waarde te creëren. Ik wil niet investeren en dan een crash meemaken en twee of drie miljard euro verliezen. Dat is killing. Anderen hebben veel geld verloren.”

DN: U stond in 2005 wel dicht bij een overname van Cesky Telecom

DB: Wij hebben een bod gedaan van 5 miljard euro. Telefonica kon hoger gaan omdat ze in hun thuisland Spanje een belastingsvoordeel hebben. Dat is het verschil. Ik heb dat ook aan financieminister Didier Reynders uitgelegd. Iedereen wil dat Belgische ondernemingen investeren in het buitenland… Prima maar dan moeten er ook gelijke voorwaarden zijn.

Doet Cesky Telecom het nu beter dan het businessplan dat wij vooropgezet hadden? Nee, de investering zou dus waarschijnlijk een neutrale impact gehad hebben op Belgacom. Niet negatief, maar ook niet positief. We zaten dan wel met een schuld van 5 miljard euro op de balans. U zou me vandaag vragen waarom ik dat dan wel gedaan heb. Het blijft een risico.”

DN: Kan Belgacom de komende vijf jaar alleen verder?

DB: Die vraag werd me vijf jaar geleden ook gesteld. En kijk, er is niet veel gebeurd… Operatoren zoals Tele Danmark zijn destijds gekocht door venture capital bedrijven. Tegen een hoge prijs want France Telecom of Deutsche Telekom waren niet geïnteresseerd. Vroeg of laten willen die kapitaalinvesteerders weg en komen er opportuniteiten.

DN: Er verschijnen de laatste tijd nogal wat negatieve berichten. Vermoedt u dat er een campagne gevoerd wordt tegen u? Le Soir pakte uit met het bericht over ex-minister Rik Daems die een commerciële opdracht in Qatar kreeg.

DB: Het verbaasde me dat er vertrouwelijke informatie in de krant stond. Ik vraag me af hoe dat kan. Het zit niet in mijn cultuur en het is ook niet in het belang van de onderneming. We kunnen samen praten maar confidentiële zaken uitbrengen, dat kan niet. Het contract met Rik Daems was een commerciële deal. Men legde de link met het feit dat hij als telecomminister mij destijds binnenhaalde als ceo van Belgacom. Maar ik heb ‘m slechts een paar dagen voor mijn contract ontmoet. Elio di Rupo heeft me toen gevraagd.”

DN: Sommigen verwijzen vooral naar Albert Frère als aanzet tot.

DB: Dat weet ik niet. Ik heb een telefoontje gekregen van Elio di Rupo toen ik nog bij RTL zat. Hij was het die me vroeg of ik belangstelling had…

DN: De overname van Telindus verliep moeizaam. Er zijn een hoop mensen opgestapt.

DB: Dat is vandaag gestabiliseerd. En ik denk dat we met Michel De Coster de beste man in huis hebben om de enterprise business te leiden.

DN: U hebt Michel De Coster (BT) en Grégoire Dallemagne (KPN) weggekocht bij de concurrentie.

DB: We willen intern sterker worden. We hebben ambitieuze plannen voor de enterprise business unit. Rekening houdend met de expertise van Michel De Coster, de know how van Telindus, de internationale afdeling en de rest van de enterprise business unit zitten we goed.

DN: Maar is het ethisch correct om hen weg te kopen?

DB: Je kan je afvragen waarom ik binnen Belgacom niet over een tiental mensen beschik die zo sterk zijn als Michel De Coster. Maar zo’n groep van high potentials is moeilijk te runnen. Die willen om de haverklap andere uitdagingen. Het zijn huurlingen, klaar om voor iemand anders te gaan werken. Dat is een bekend fenomeen. Mensen blijven vandaag niet zo lang bij één onderneming. Ze willen alles onmiddellijk.

DN: Is Michel De Coster dan ook een mercenaire? Hij komt van Colt, BT en nu bij Belgacom?

DB: Natuurlijk. Mensen gaan van de ene onderneming naar een andere. Is dat een goede zaak? Dat weet ik niet.

DN: De integratie met Telindus en Proximus loopt evenmin van een leien dakje. Vakbonden doen moeilijk. Dat creëert onrust.

DB: We hebben meer tijd nodig. Men wil alles meteen. Voor vakbonden en personeelsleden is dat niet zo eenvoudig. Zo hadden mensen van Proximus en Telindus een ander statuut. Nu vallen ze onder het vakbondsstatuut van Belgacom. Dat is niet negatief, maar mensen houden niet van verandering, van nieuwe zaken. Ik hoop dat dat over een paar weken achter de rug is. Het is logisch dat staff en support van Proximus en Telindus bij ons worden ondergebracht.

DN: U wil in elk geval uw contract verlengen en nog eens vijf jaar als ceo aanblijven.

DB: Ja, want Belgacom is een interessante en boeiende onderneming. Het gaat om wat er belangrijk is voor de mensen. Technologie is ook altijd nieuw. Je moet altijd aan de toekomst denken. Nieuwe producten, nieuwe applicaties. Het gaat om vijftien tot twintig jaar vooruitdenken. Dat is lange termijn. Er zijn natuurlijk ook negatieve aspecten…

DN: U staat ook bekend als iemand die makkelijk mensen aan de deur zet. Jean-Claude Vandenbosch bijvoorbeeld, recent ook Bridget Cosgrave. Wat is er precies gebeurd met Cosgrave. Zij wist toen niet wat haar overkwam. Drie dagen eerder had ze bij de raad van bestuur haar strategisch plan nog toegelicht.

DB: Hoe zou ik dat zeggen…. (denkt lang na). Kijk, ik was verbaasd te lezen dat ze zich destijds voorstelde als de nummer twee van Belgacom. Dat was niet het geval. Maar het typeert Bridget: ik, ik, ik, ik. Je moet niet altijd over jezelf spreken, wij zijn een team. Iedereen heeft z’n plaats. Zij was niet nummer twee. Als ik er niet ben, is Ray Stewart acting ceo. Dat is een kwestie van stijl. Het ging niet alleen over wat ze zei over haar positie, maar ook wat zij dacht over België, haar perceptie over wie belangrijk is.

Ik hou niet van mensen die arrogant zijn. Ze is het niet, maar ze vond wel dat ze nummer twee was en dus geen tijd had voor dit of dat. Ik herinner me een lunch met één van onze grote industriële klanten. Tegen tweeën zegt Bridget: Sorry, ik moet nu gaan werken. Didier, ik denk dat jij nog tijd hebt. Cela ne marche pas comme ça en Belgique. Als een klant tijd wil maken, wil discussiëren, dan kan je moeilijk zeggen: ik moet werken. Werken! Dat wil niet zeggen dat ze geen goed werk afleverde. Integendeel. Maar op die manier ging het niet meer. Maar goed, dat gaat over individuen, niet meteen over de onderneming zelf. Hier werken toch zo’n 15.000 mensen. Dat is ook belangrijk.

Luc Blyaert

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content