Stefan Grommen Stefan Grommen est rédacteur de Data News.

Een op z’n minst opvallende ict-comeback is die van ex-Orqua-topman David van Waesberghe. “Concurrenten denken ‘o shit, hij is terug!’ En ‘o shit’ is heel terecht. Want alles wat zij nu hebben, wil ik.”

We ontmoeten van Waesberghe in het Antwerpse herenhuis waar zijn tweede “en laatste” ict-bedrijf, 3D Consulting, gevestigd is. Dat monumentale gebouw is ook eigendom van hem, één van de 110 (!) exemplaren die hij privé of via zijn goeddraaiend vastgoedvennootschap Castello Rioja bezit. Ja, van Waesberghe is nog maar 36, maar heeft al erg goed geboerd. We zullen hem wat later in het gesprek vragen of hij het vandaag, gezien zijn financiële reserve, eenvoudiger vindt om ondernemer te zijn. “Als het makkelijk zou zijn, deed iedereen het. Nee, een bedrijf opstarten is ongelooflijk moeilijk en je moet ongelooflijk hard werken en ongelooflijk veel offers brengen. Maar het klopt dat ik mij de opstart nu eigenlijk gekocht heb: het bedrijf draaide al positief.” Zijn ervaring maakt de zaken soms ook moeilijker, vindt hij. “Daar waar ik als 24-jarige David van Waesberghe risico’s nam zonder te kunnen inschatten wat de implicaties waren, zal ik nu 10 keer nadenken voor ik de sprong waag.”

Volgens van Waesberghe zat ondernemen al op jonge leeftijd in z’n bloed. “Ik verkocht al vroeg cassettes op school. En brommers: ik voerde ze op en verkocht ze. Op een bepaald moment stonden er 13 à 14 brommers bij mijn ouders.” Ook verdiende hij op z’n 16de al wat bij als verkoper bij Morres Meubel, waar ook zijn vader aan de slag was. Toch koos hij na de middelbare school niet voor een hogere economische opleiding. “Ik dacht: ik moet doen wat ik graag doe, maar ook wat ik niet ken.” In Sint-Lodewijk, nu de Karel De Grote-hogeschool, ging hij informatica studeren. “Ik wilde dat kennen, want ik ging er van uit dat dat in de toekomst belangrijk zou worden. Ik had er nochtans weinig affiniteit mee: ik heb mijn eerste computer gezien op school, op mijn negentiende.” Na zijn studies stak hij voor korte tijd de plas over naar Engeland, voor een project voor Barclays. Maar de economische crisis bracht hem al snel weer naar België. Hij belandde bij het toenmalige Lemmens Consulting, maar ook daar bleef hij niet lang. “Als je denkt dat je het beter kunt, moet je het zelf maar doen’, klonk het daar. Waarop ik zei: ‘goed idee, dat doe ik!’ Ze hebben daar nog lang beweerd dat het me niet zou lukken. Dat werd vrij moeilijk toen mijn bedrijf groter was dan het hunne.”

Concullega’s

Dat bedrijf was Orqua. David van Waesberghe startte Orqua op in 1998, samen met zijn ex-vrouw Nancy Steels. “In de garage bij mijn ouders. We hebben dat gevierd met 1 blikje Gini en een pakje Tuc-koekjes. Al ons geld zat in de firma.” De eerste echt grote klant was Toyota Europe, waardoor Orqua kon beginnen groeien. “Dat is niet meer gestopt. Toen ik vertrok, werkten er 350 mensen. Dat was een fantastisch bedrijf. Wij hadden heel weinig verloop, we speelden het spel correct en eerlijk. Eigenlijk zowat het principe van Colruyt, maar dan met het flamboyante van een Virgin.” Of hij een succesformule had? “Nooit een klant verliezen. Ik heb soms zoveel toegiften gedaan aan mijn klanten, dat ik mij soms afvroeg: waarom werk ik nog? Maar uiteindelijk blijft die klant en win je. Een klant verliezen is sterven.”

Concurrenten konden – en kunnen – bij van Waesberghe op geen mededogen rekenen. “Ik heb nooit meegedaan aan die cinema van ‘ons kent ons’ in de it-sector. Als er één woord is waar ik een allergie aan heb dan is het wel ‘concullega’s’ ( trekt een gezicht alsof hij iets vies proeft). De enige goede concurrent voor mij is die die bij de handelsrechtbank zijn boeken neerlegt. Ik gun de concurrentie niks. Dan moet je maar een vzw beginnen. De business die hij heeft, wil ik. Niet door het illegaal te doen, maar door beter en sneller te zijn en de klant beter te helpen. De concurrent is de benchmark om beter te doen.”

En dan was daar plots het Nederlandse Centric, dat Orqua kocht. David van Waesberghe had eerder nochtans aangegeven dat hij nooit zou verkopen. “Er was één belangrijke – de meest fantastische – reden en dat was mijn dochter, intussen al mijn twee dochters. Daar doe je als vader alles voor. Op dat moment heb je 350 mensen aan het werk en 1,6 miljard Belgische frank omzet. Elke maand draait er in die molen die uw bedrijf heet 3 miljoen euro. Dan kan het ook eens mis gaan. Als je dan later je dochter met een oud jasje naar school zou moeten sturen, terwijl je je bedrijf eigenlijk had kunnen verkopen…”

Baas, doe dit niet

Toch veranderde er kort na de overname weinig voor van Waesberghe en de zijnen. “Op een jaar tijd is hier twee of drie keer iemand van Centric geweest.” Tot Centric zich mengde in de biedstrijd rond het noodlijdende Apem en de hel losbarstte. Nadat het Nederlandse bedrijf had toegezegd 172 Apem’ers over te nemen, werden er nadien 49 ondergebracht in een nieuw opgericht bedrijf, dat onmiddellijk failliet ging. De bonden schreeuwden ‘frauduleus failliet’, bij Orqua en Centric wezen ze naar fouten bij de curatele. “Ik heb gezegd: ik zal een bepaald deel van het personeel overnemen. Het andere deel niet, dat ging naar een andere directeur, maar die gaf zijn ontslag. En ik kreeg alle miserie bij mij. Maar ik had geen werk voor die mensen. ( Met een Nederlands accent) ‘Nou, dat lossen we dan wel even op’. Ik heb toen om 3 uur ‘s nachts nog een e-mail gestuurd met de boodschap ‘dit wil ik niet, hier distantieer ik mij volledig van’. Maar je bent werknemer op dat moment. Dan heb je twee keuzes: je knikt, je gaat naar huis en doet lastig tegen je vrouw. Ofwel zeg je: baas, ik doe dit niet. Ik ben naar Nederland gereden en ik ben ermee gestopt.”

“Ach, ik mag de zwarte piet niet volledig naar Centric schuiven. De manier van oplossen zou de mijne niet zijn, dat is het enige wat ik erover kan zeggen zonder zelf 85 advocaten in mijn nek te krijgen. Ik vind trouwens dat er ook vanuit de curatele bedrog gepleegd is. De cijfers die wij gekregen hadden, waren absoluut niet juist.” En ook de bonden speelden het spel niet correct, aldus van Waesberghe. “Ik ben voor een vakbond, mensen moeten beschermd worden. Maar het moet een vakbond zijn die zich bekommert om de mensen. Niet een vakbond waarvan de mensen graag met hun smoelekes op tv komen en in de krant staan. Waarom heeft de vakbond nooit gezegd: hoe lossen we deze kwestie op in het belang van de mensen? Hoe gaan wij er samen voor zorgen dat onze mensen hun gezinnen kunnen blijven onderhouden? Maar die vraag heb ik nooit gehad. Wel gezeik over een firmawagen die kleiner werd: wij reden ‘maar’ met Toyota’s. Nee, ze wilden Audi’s A4 en de dikke BMW’s. Zo werkt dat niet. Dan verlies je de essentie uit het oog.”

In 3D

Van Waesberghe vertrok eind 2007 bij Orqua en Centric, met een concurrentiebeding van 2 jaar. Het was het moment om opnieuw te gaan studeren. Zijn activiteiten in de vastgoedwereld, met zijn bedrijfje Castello Rioja, brachten hem ertoe om bij UAMS een master in real estate finance te gaan volgen. Hij studeerde er af met onderscheiding. Maar op persoonlijk vlak ging het hem minder voor de wind: hij scheidde van zijn vrouw Nancy. “Een persoonlijk faillissement”, noemt hij dat. “Ik ben daar als mens door gekraakt. Het belangrijkste is: je draai terugvinden. Maar dat lukt niet. Je loopt als een onnozelaar rond. Want alles wat je als houvast had, ben je van de ene dag op de andere kwijt. Pas sinds de zomer vorig jaar valt alles stilaan weer in de plooi.”

Zijn concurrentiebeding liep eind 2009 af. Drie ex-collega’s ( later nog maar twee, omdat er één door ziekte moest afhaken, nvdr) huurden in tussentijd bij Castello Rioja een gebouw voor hun nieuw opgerichte it-bedrijf, 3D Consulting. “Ik had aanvankelijk weinig contact met hen. Door omstandigheden, kort voor Nieuwjaar, zijn we weer in contact gekomen. We hebben in januari beslist om weer van 2D naar 3D te gaan: 2 dames en David.” Van Waesberghe nam op 4 januari een meerderheidsaandeel in het bedrijf. Ook zijn ex-vrouw lanceerde trouwens diezelfde dag een it-bedrijfje, Asecrit. “Een concurrent”, knikt van Waesberghe. Hun beider terugkeer ging gepaard met soms felle, negatieve reacties. “Als er morgen geen slechte reacties zijn, maak ik mij zorgen, want dan ben ik ‘concullega’ geworden. Concurrenten denken ‘o shit, hij is terug!’ En ‘o shit’ is heel terecht. Want alles wat zij nu hebben, wil ik.”

De ambitie van 3D Consulting is om op een jaar tijd uit te groeien tot een bedrijf met 100 mensen. Overnames sluit hij niet meer uit. “Het target is, en daar ben ik zeer formeel in, dat 3D Consulting nummer 1 moet worden” Het bedrijf zal, als alles goed loopt, niet meer verkocht worden. “Ik ben nu 36 jaar. Dit is niet voor 2 jaar. Dit is bedoeld voor tot aan mijn pensioen. Weer van nul starten, is niet evident. Daar waar vroeger afspraken en restaurants voor mij geboekt werden, daar waar ik meeging met een verkoper, doe ik het nu allemaal weer zelf. Dat is enerzijds een fantastisch gevoel. Het voelt alsof ik de firma weer iets opbreng. Maar het is ook moeilijk. Ik heb geen zin om dat op mijn vijftigste nóg eens te doen.” #

Stefan Grommen

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content