Marc Husquinet Marc Husquinet is redacteur van Data News.

Zo luidt het besluit van een onderzoek dat Insea Informatics Services Association in mei 2008 voerde bij ondernemingen die informatici in dienst hebben.

Insea (*) bevraagt al 25 jaar een (beperkt) aantal ondernemingen om het gemiddelde salaris en de loon- en werkvoorwaarden van de Belgische informatici te evalueren.

Dit jaar werd aan het onderzoek meegewerkt door 37 bedrijven die in totaal 4.323 informatici in dienst hebben. Deze bedrijven zijn vooral actief in it-diensten, financiën en de industrie. Ongeveer de helft ervan realiseert een omzet van meer dan 12,5 miljoen euro. De overgrote meerderheid van deze bedrijven is actief in Brussel, in Vlaams- en in Waals-Brabant. Ze hebben 47% graduaten informatica en 24% licentiaten in dienst, met een gemiddelde leeftijd van 39 jaar.

Met het oog op zijn onderzoek ordende de auteur (Gérald Lallemand) de informatici in specialisaties en in verantwoordelijkheidsniveaus. Dat leverde 78 verschillende profielen op, met onderverdelingen volgens bedrijfsgrootte, activiteitensector, regio, geslacht, leeftijd, diploma enz., én berekeningen van het gemiddelde loon (gemiddelde, gecorrigeerd gemiddelde, mediaan): stof voor erg diverse vergelijkingsmogelijkheden.

Resultaten

De Belgische informaticus verdient gemiddeld 3.890 euro bruto per maand, of 55.786 euro per jaar (inclusief bonussen en commissies, maar zonder forfaitaire vergoedingen, extralegale voordelen en bedrijfswagens).Over een periode van 10 jaar zou het gemiddelde loon (hoewel vergelijkingen soms delicaat zijn) met 3,1 procent per jaar gestegen zijn. Hoe hoger de verantwoordelijkheid, hoe sterker het loon gestegen is.

Merk op dat academici (licentiaten of ingenieurs) gevoelig meer verdienen dan gegradueerden (64.000 euro voor een +5; 62.500 euro voor een +4; 51.000 euro voor een gegradueerde), dat functies rond ontwikkeling beter betaald worden dan system delivery functies (support, helpdesk, …), dat het loonverschil tussen mannen en vrouwen blijft dalen maar dat vrouwen nog altijd ondervertegenwoordigd zijn in de sector (minder dan 20%, en hun aantal zou afnemen, al zien we nu meer vrouwen in functies met hoge verantwoordelijkheid). De grote ondernemingen betalen hun informatici doorgaans beter.

Wat voordelen betreft, mag 41 procent van de informatici rekenen op een bonus van ongeveer 1 maandloon. (Deze bonus wordt groter naarmate de verantwoordelijkheden toenemen.) 43 procent van de informatici krijgt vandaag een bedrijfswagen (terwijl dat vorig jaar nog 38% was).

Het blijft opvallend dat de informaticus jaarlijks gemiddeld slechts 2 dagen opleiding krijgt, wat op zijn minst verontrustend is. 11 procent van de informatici werkt deeltijds. (Bij de vrouwen is dat 34%.)

Ook in de it-sector treedt ver-grijzing op: de gemiddelde leeftijd bedraagt nu 39 jaar, terwijl dat in ’83 nog 33 jaar was. Het personeelsverloop is momenteel vrij beperkt (8%). Carrièreopportuniteiten vormen de belangrijkste drijfveer om van werk te veranderen. De ondernemingen beweren het voorbije jaar 10 procent méér informatici te hebben gerekruteerd (vooral gegradueerden), wat afsteekt tegen de afwachtende houding van de voorbije jaren.

Tot slot schakelen de bedrijven externe resources in voor zowat 20 procent van hun gewone mankracht (vooral systeemingenieurs, consultants, analisten en programmeurs).

Tool

Het spreekt vanzelf dat we ons hier beperken tot een greep uit de besluiten van het onderzoek. Vermeldenswaard is vooral dat Insea een cd-rom aanbiedt die niet alleen alle resultaten geeft maar ook vergelijkingen en simulaties in alle richtingen mogelijk maakt.

(*) Insea, een organisatie die momenteel “volop aan het herstructureren” is (dixit haar secretaris mevr. Merckx), noemt zich woordvoerder van de softwarehuizen die actief zijn op de Belgische markt.

Hierover door ons ondervraagd, stelt Agoria (federatie van de technologiebedrijven in België) dat Insea “een vzw in liquidatie is die dus geen activiteiten zou mogen voeren”. Verder benadrukt Agoria dat drie vierden van de Insea-leden intussen Agoria-leden zijn geworden en dus niet meer tot Insea behoren. Tot slot stelt Agoria verbaasd te zijn dat er nog sprake is van Insea, aangezien de vereffening al 4 of 5 jaar bezig is. Waarvan akte.

Marc Husquinet

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content