Frederik Tibau expert Digital Innovation & Growth bij Agoria

Ze zijn amper 10, maar ontwikkelen zelf al computerspelletjes en programmeren hun eigen robots. Maak kennis met Lune en Manon, de jongste ingenieurs van ons land. “Je weet toch pas echt of iets je ligt wanneer je het eens gedaan hebt?”

Lune van Ewijk en Manon Van Hoorebeke zijn nog maar tien jaar jong maar ontwikkelen wel al hun eigen computerspelletjes en programmeren hun eigen robots. De ultieme meisjesdroom van beide whizzkids? Ingenieur worden!

Lune schopte het intussen zelfs tot Digital Girl of the Year – een prijs die ze mocht ontvangen uit handen van Eurocommissaris Neelie Kroes – en mag zich voor één jaar lang de Europese ambassadrice noemen voor meisjes die zich interesseren voor ict.

Waaraan Lune de titel te danken heeft? Onder meer aan haar inzet voor CoderDojo in Mechelen (zie kaderstukje), waar ze nu ook zelf andere kinderen coacht en enthousiasmeert, en waar ze haar vriendinnetje Manon leerde kennen.

Tijdens zo’n CoderDojo-sessie werken de jongste kinderen onder meer met het softwareprogramma Scratch. “Je programmeert dan niet met ééntjes en nulletjes, maar met blokjes”, weet Manon, die thuis al een eigen laptop en een persoonlijke tablet ter beschikking heeft. “Met die blokjes kan je dan spelletjes of verhaaltjes maken. Het leuke is dat je het resultaat meteen kan bekijken, én mee naar huis kan nemen.”

Manon was zo enthousiast over haar eerste programmeerervaring dat ze erover vertelde in haar klas (het zesde leerjaar van de Freinet-school in Bornem), en dat er op vraag van de andere kindjes ook daar een sessie georganiseerd werd. “Zeker de jongens vonden dat geweldig, omdat ze allemaal voetbal- of racespelletjes konden maken. Maar ook de meisjes hebben zich geamuseerd (lacht).”

Ook in de klas van Lune in Sint-Katelijne-Waver zouden de leerlingen graag eens les krijgen over Scratch, maar “maar de juf zegt dat ze geen tijd heeft voor die dingen”, vult onze Digital Girl aan.

ONDERWIJS

Valt de oorzaak voor het feit dat er in België relatief weinig interesse is voor technologisch getinte richtingen dan terug te voeren tot het lager onderwijs, waar er geen tijd wordt vrijgemaakt voor het ontwikkelen van websites en het programmeren van robots?

“Je mag niet alleen naar het onderwijs kijken”, vindt digitale mediaspecialiste Sophie Thiebaut, de mama van Lune die tevens de communicatie rond CoderDojo Belgium verzorgt. “Er is best veel interesse van leerkrachten voor CD-workshops. Minstens even belangrijk is de interesse van de ouders. En daar knelt het schoentje wel eens.”

“Bij CoderDojo merken we dat de meerderheid van de kinderen die deelnemen, ouders hebben die op één of andere manier bezig zijn met ict of met engineering. Hetzelfde geldt voor de mensen in onze vrienden- en kennissenkring. Daar waar de ouders met die onderwerpen bezig zijn of in die sectoren werken, tonen ook de kinderen sneller interesse, zelfs de meisjes.”

“Anderzijds heeft de juf van Manon ons toch gevraagd om een programmeersessie te organiseren in de klas, omdat ze er zelf geen kaas van had gegeten”, vult Ilse Bracke aan, de mama van Manon die sinds kort onder meer aan de slag is voor de overheidsdienst voor ict Cipal. “Zij dacht dat we het echt over hardcore programmeren zouden hebben, maar draaide al snel bij toen ze de kinderen bezig zag met Scratch.”

Thiebaut: “Bij CoderDojo leren kinderen probleemoplossend werken, volgens een vast stramien. Dat kan bij bijna alle vakken van pas komen. Zo hebben we op een Scratch-conferentie in Barcelona gezien dat je zelfs wiskunde en fysica kan uitleggen door er een filmpje over te maken met dat programma. Als je dergelijke tools integreert in de lessen, ga je ict minder als een vak apart zien en meer als iets dat je ook voor andere dingen kan gebruiken.”

AANMOEDIGEN

Met andere woorden: kinderen met technologie-minded ouders, hebben een stapje voor wat ict-geletterdheid en interesse voor wetenschappen betreft?

“Dat denk ik wel”, knikt Bracke. “De meeste ouders die ik tegenkom op CoderDojo-sessies zijn gelijkgezinden. En de kinderen zijn zo geïnteresseerd omdat ze van thuis uit een duwtje in de rug hebben gekregen. Pas op: het gaat niet enkel om mensen met een zuivere it-achtergrond, maar ook om marketeers en om communicatiespecialisten. Dat zijn allemaal mensen die het belang van technologie inzien.”

“Toen ik vanuit de Thomas Moore Hogeschool gevraagd werd om een Dojo te organiseren, kreeg ik van ouders de boodschap dat zoiets hun kind niet interesseert”, vult Thiebaut aan. “Dat kan best zijn, maar is het dan niet de taak van de ouders om de kroost wat aan te moedigen? Je weet toch pas echt of iets je ligt wanneer je het al eens gedaan hebt?”

“Na de workshop in de klas van Manon had ik de indruk dat er heel wat meisjes echt gebeten waren”, aldus nog Bracke. “Amber bijvoorbeeld, had verschillende uren intensief zitten programmeren, en haar mama kwam nadien vragen of ze geen Dojo in Bornem kon organiseren. Het is vooral de ervaring die maakt dat jonge kinderen er mee beginnen.”

“Bovendien is het erg belangrijk dat jongeren zo vroeg mogelijk in contact komen met technologie. Zeker bij meisjes is dat zo, want meisjes beslissen sneller wat ze later willen gaan doen dan jongens. Als je je kinderen wil beïnvloeden, dan moet dat al in de lagere school gebeuren. 12 tot 14 jaar is al te laat.”

ROBOTS

Naast programmeren met Scratch gaan de kids tijdens CoderDojo-sessies ook aan de slag met Arduino, een computerplatform waarmee slimme ‘robots’ kunnen gemaakt worden, en ook MaKey MaKey wordt uitgeprobeerd, een uitvinderskit waarmee je o.a. van een banaan een spatiebalk kan maken.

“Robots dingen laten doen is het leukst”, vindt Lune. “Ik heb ook thuis al twee robots geprogrammeerd. Eentje met een rijdende borstel waar je de tafel mee kan schoonvegen. En mijn team heeft al eens een Lego Mindstorms Robotics-wedstrijd gewonnen. We hadden een parcours gemaakt en we moesten er voor zorgen dat onze robot alle hindernissen kon afwerken.”

Komen Lune en Manon wat over als jonge nerds, dan is het tegendeel waar. “Ik ben misschien wat vaker met technologie bezig dan mijn klasgenootjes, maar ik skate ook graag en doe aan breakdance”, lacht Lune.

“Dat is nog zo’n vooroordeel dat we graag de wereld uit willen helpen”, benadrukt Thiebaut. “Bij CoderDojo vind je alles behalve bleke, cola-slurpende kindjes. Het zijn heus geen nerds die de ganse dag achter hun computer zitten, maar kinderen die dansen, toneel spelen en expressief zijn!”

CULTUUR

Komen er veel meisjes naar CoderDojo, of zijn Manon en Lune de uitzonderingen? Lune: “Aanvankelijk waren het vooral jongens, maar nu beginnen er toch stilaan wat meer meisjes te komen. Er is ook al eens een speciale CoderDojo geweest, enkel voor meisjes.”

Manon: “Jongens zijn sneller geneigd om nieuwe dingen uit te proberen. Wij kijken meer de kat uit de boom (lacht).”

“Meisjes gaan ook graag met een vriendinnetje naar zo’n event”, besluit Thiebaut. “Op de school van Lune hebben we echt moeten trekken en duwen om er eentje mee te krijgen. Voor meisjes worden er nog makkelijker boeken gekocht dan computerspelletjes hé. Terwijl er evengoed iPad-spelletjes zijn die vooral meisjes leuk vinden.”

“Jammer genoeg wordt er in België nogal traditioneel omgegaan met everything ict“, aldus nog Bracke. “Ouders zeggen al snel: ‘blijf er af’ wanneer hun dochtertje iets wil uitproberen op de pc. Terwijl het bij jongens eerder zal worden aangemoedigd. Dat zit ingebakken in onze cultuur. Jongens mogen naar hartenlust testen en uitproberen, en meisjes moeten zich braaf en conformistisch gedragen. Benieuwd wanneer we dat er uit gaan krijgen.”

Frederik Tibau

“Als je je kinderen wil beïnvloeden, dan moet dat al in de lagere school gebeuren”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content