Voice-over-ip of kortweg voip stuurt spraak en dus ook telefonie over ip-netwerken. In feite gebruiken de grote telefoniesystemen dat al jaren. Nieuw is dat de bedrijfseigen en gesloten protocollen meer en meer plaats moeten ruimen voor open standaarden zoalsSIP. In dit artikel bekijken we een aantal oplossingen voor grotere bedrijven en netwerken.

Bestaat er een perfect huwelijk? Voip (voice over ip) bestaat al wat langer, maar verschillende firma’s bieden al enkele jaren telefooncentrales aan waarbij de telefonie niet (alleen) over klassieke telefoonlijnen en telefoons loopt, maar over het bedrijfsnetwerk en zelfs over het internet. Dat lijkt op een perfect huwelijk van telefonie, netwerk en internet.

Er is overigens een verschil tussen ip-telefonie en voip. Bij ip-telefonie werken alle toestellen, van de telefoons via de centrales en gateways naar de buitenwereld, via tcp/ip. Bij voip wordt spraak in tcp/ip-pakketjes ingekapseld, maar dat hoeft niet noodzakelijk iets met ip-telefonie te maken te hebben.

Op gebied van ip-telefonie bestaan er systemen waarbij de telefooncentrales met elkaar via het netwerk communiceren, maar kunt u daarbij gewone telefoons en gewone telefoonbekabelingen gebruiken voor de eindgebruikers. De andere reeks systemen gaat er vanuit dat u geen gewone telefoons en telefoonbekabelingen gebruikt, maar dat alles via het netwerk loopt. Dat is de standaard tegenwoordig. En er zijn natuurlijk ook upgrademogelijkheden. Hierbij krijgt u de mogelijkheid klassieke telefoons te integreren in de ip-telefonieoplossing, eventueel met de bedoeling deze later te vervangen door echte ip-telefoons.

Doorlussen

Ip-telefoons hebben een Ethernet-aansluiting. Ze pluggen dus in een netwerkhub of -switch. Het is wel zo aangenaam als ze een doorlusaansluiting bieden. U sluit dan uw werkplek-pc aan op de netwerktelefoon en van daaruit gaat een netwerkkabel naar de dichtstbijzijnde hub of switch. Ondersteuning voor PoE (Power-over-Ethernet) is ook een pluspunt. Dan is een aparte voedingsadapter immers niet meer nodig. Een logistiek voordeel hiervan is meteen duidelijk: u hoeft per werkplek slechts één enkele kabel te voorzien, namelijk de netwerkkabel. Bovendien kan een dergelijke netwerktelefoon ook gemakkelijk verplaatst worden: u trekt hem uit en steekt hem daarna in gelijk welke andere netwerkaansluiting in uw bedrijf weer in. De ip-telefooncentrale herkent het toestel dan meteen en zal het volautomatisch configureren voor gebruik. Ip-telefoons bieden uiteraard een grotere functionaliteit dan klassieke telefoons. Naast dit voordeel is er nog het bekabelingsvoordeel, maar daar geniet u alleen van bij nieuwe installaties, als u nog alle kabels moet laten leggen. U hebt dan immers maar één netwerkkabel nodig om alles te verbinden en niets meer.

Omdat een ip-telefooncentrale per definitie een computer omvat, krijgt u heel wat meer functionaliteit dan bij een klassieke centrale. In deze tekst gaan we niet alles opnoemen: de meeste kenmerken ziet u in de tabellen. We vroegen alle deelnemende leveranciers om ons een voor middelgrote bedrijven bedoeld systeem te leveren dat minstens 250 à 500 telefoongebruikers kan ondersteunen, met uiteraard ruimte voor uitbreiding.

Een beetje SIP…

Ip-telefoniesystemen zijn geen gewone eindgebruikersproducten. Alle fabrikanten werken met zogenaamde geaccrediteerde partners. De klant heeft alleen contact met zo’n partnerbedrijf. Zij zullen u met raad en daad bijstaan bij het uitstippelen van wat u precies nodig heeft en wat niet. De partner zal ook alles bij u komen installeren en configureren, en staat in voor het onderhoud en de ondersteuning achteraf. Er zijn mogelijkheden om beheerders en eindgebruikers in uw bedrijf cursussen te laten volgen voor zowel de telefoonbediening als voor het beheer van het telefoniesysteem.

Alles begint voor u als klant met de keuze van het merk. Alle apparatuur en diensten zijn namelijk strikt merkgebonden. U kunt traditioneel geen ip-telefoons van merk X combineren met een ip-telefooncentrale van merk Y. Met de ondersteuning van het SIP-protocol komt hier langzaam maar zeker verandering in. De meeste merken zijn druk bezig SIP-ondersteuning van eind tot eind in te bouwen in hun telefonieproducten. SIP-toestellen van derden worden in zo’n geval wel herkend en kunnen worden gebruikt voor telefoonverkeer. Veel meer dan een basisconfiguratie zonder de zeer uitgebreide functionaliteit die met merkeigen toestellen mogelijk is, zit er nog steeds niet in. Er is echter vraag naar. Dus plooien de telecomfabrikanten zich (soms met tegenzin) daarnaar. Klanten houden immers van vrije keuze. De redenen daarvoor zijn legio en soms niet eens technisch. Het is best mogelijk dat men voor een ip-telefoniesysteem kiest van merk X omdat het technisch, functioneel en qua prijs de beste voorwaarden biedt, maar de telefoons van merk Y qua design het leukst vindt en eigenlijk alleen daarom liever die zou gebruiken. Dat zit er nu en voor de komende paar jaar dus nog steeds niet in. Hopelijk komt het er ooit wel van.

Beveiliging

Voip-systemen zijn netwerksystemen en dus gelden alle beveiligingen voor normale netwerkstations uiteraard ook voor voip-stations. Het zorgenkindje is de voip-server en diens communicatie met de clients en de buitenwereld. Spraak wordt immers gecodeerd via standaardprotocollen zoals H. 323, G. 711, G. 722, G. 729a en zo en dan ingekapseld in netwerkpakketten. Dat betekent dat een hacker maar hoeft in te breken op het netwerk om die pakketten te capteren, te decoderen en dus af te luisteren. Er gaan ook stemmen op dat de voip-servers, omdat het computers zijn, beschermd moeten worden tegen malware (virussen, trojans en ander kwaadaardig spul). Dat is alleen maar zo als het gaat om Windows-systemen. De meeste voip-servers draaien tegenwoordig echter onder een geharde Linux en die is absoluut niet gevoelig voor malware-aanvullen. Laat u niets anders wijsmaken: er bestaat inderdaad helemaal geen malware voor Linux! Een voip-server onder Windows is zeldzaam aan het worden, maar die kunt en moet u zoals elk Windows-systeem beveiligen met een goed antimalwareproduct (zie onze test in Data News nr. 32 van 12 oktober 2007).

3Com VCX V7000

Net als bij veel andere systemen bestaat de ip-telefonieoplossing van 3Com in essentie uit een communicatieserver, communicatiegateways en ip-telefoons aangesloten via een Power-over-Ethernet-switch. 3Com levert normaal altijd twee appliances daarvoor, die elkaars mirror zijn en dus volledige redundantie verzekeren. 3Com maakt zich trouwens sterk dat zij als enige volledige redundantie inclusief voor de voicemail kunnen leveren voor zo’n 10.000 euro. De concurrentie zou flink duurder zijn.

Eén server kan zo’n vijfduizend gebruikers aan en door servers toe te voegen kunt u het systeem laten doorgroeien tot zo’n 25 à 30.000 telefoons. Daarmee kunnen zo’n 15.000 gelijktijdige telefoontjes ondersteund worden. Grotere systemen biedt 3Com niet, maar dat is voor ons land ook niet echt nodig. De servers draaien een gestripteRed Hat Linux en alles werkt volledig via SIP. De database aan boord is die vanOracle. Volgens 3Com gebruiken ze geen bedrijfseigen protocollen, al hebben ze natuurlijk extensies moeten definiëren voor alles wat SIP standaard niet ondersteunt. Maar naast de eigen ip-telefoons van 3Com worden ook standaard die vanPolycom (inclusief toetsenmappings) en Grandstream (zonder toetsenmappings, maar met kleurenscherm en ondersteuning voor video) ondersteund. De licenties van 3Com zijn gebaseerd op het aantal extensies (geregistreerde telefoons).

Telefoons

De ip-telefoons van 3Com zijn al jaren vrijwel dezelfde gebleven, al werken ze tegenwoordig volledig met SIP. Er zijn verschillende modellen met variaties in de functionaliteit. Wij gebruikten de 3Com 2102, 3102 en 3103 desktoptelefoons en draadloze telefoons van 3Com zelf en van Hitachi, plus een 3Com voice gateway om analoge telefoons op aan te sluiten. 3Com leverde ons overigens ook eenFritz! Box Fon ata 1020 mee om aan te tonen dat die ook prima kan worden gebruikt als gateway in zijn ip-telefonieomgeving. De telefoons ondersteunenPoE, maar kunnen uiteraard ook werken met een gewone voedingsadapter. Ze zijn zwart met afgeronde vormen en lichtgrijze cijfertoetsen. Daarnaast zijn er nog een paar kleinere zwarte toetsen die meestal programmeerbaar zijn. Ze hebben een tweeregelig lcd-schermpje. De telefoons houden zelf geen enkele informatie bij: die halen ze allemaal van de communicatieserver. Dat gaat heel ver: zelfs de snelbelinstellingen en de toetsenborddefinities komen van de server.

Beheer

Het hele ip-telefoniesysteem kunt u beheren via uw webbrowser. U kunt zowel toestellen als gebruikers in groepen indelen en daar allerlei instellingen voor opgeven. Voor alle entiteiten in verband met de netwerktelefonie (functies, lijnen, toestellen, gebruikers, regels en zo meer) kunt u standaardinstellingen overnemen of meer precies gaan opgeven wat wel en niet mag en welke mogelijkheden u voor bepaalde entiteiten ter beschikking wil stellen. Met behulp van templates (sjablonen) kunt u grotere groepen telefoons in één keer toevoegen, al moet u daarvoor gebruik maken van de opdrachtregel (ssh). De huidige webinterface ondersteunt de importeerfunctie niet. Later dit jaar komt er wel een nieuwe webinterface uit (nu nog in bèta) die volledig herwerkt en gebruiksvriendelijker is en veel functies aan boord zal hebben die nu alleen via de opdrachtregel of viaX-Window (de basis-GUI van het Linux-systeem) mogelijk zijn. Dat laatste moet u bijvoorbeeld gebruiken voor de configuratie van voicemail en de ‘auto attendant’ (telefoonbeantwoorder).

Een aparte entiteit zijn de belregels (‘route plan’ of zelfs ‘directory’ bij 3Com): hierbij geeft u regels op voor wat er moet gebeuren tijdens het uitbellen (zelfs tijdens het intikken van de cijfers), of bij inkomende gesprekken. De precieze samenstelling van de nummering heet een nummerplan, maar eigenaardig genoeg heet dat bij 3Com een ‘dial plan’. Dat is een beetje verwarrend. Gebruikers kunnen uiteraard de klassieke dingen zoals een gesprek in de wachtstand zetten of doorschakelen naar iemand anders, ook met ‘camp on’ (de verbinding vasthangen achter het lopend gesprek zodat u aan beurt komt zodra uw correspondent zijn hoorn neerlegt). Daarnaast kan een gebruiker allerlei dingen laten doen als zijn telefoon rinkelt terwijl hij er niet is. Het gesprek kan naar een ander toestel of een gsm doorgelust worden, of hij kan een antwoordapparaatfunctie instellen. 3Com werkt ook aan Unified Communications. Er is een oplossing viaEsna Technologies die integreert met Microsoft Exchange. Ook is er een volledig uitgewerkte oplossing voorIBM SameTime, al moeten de serverfuncties dan wel op AS/400 draaien. Microsoft Office Communications Server 2007 (OCS2007) wordt niet ondersteund en 3Com schijnt nog niet beslist te hebben of ze dat wel moeten of zullen doen. 3Com heeft overigens ook een eigen UC-oplossing, die steunt op een Presence-server en een Convergence Client (pc-software voor de UC-client). Er is ook een rapportagemodule die metCrystal Reports werkt en alle informatie in XML uit de server haalt om de rapporten te genereren.

Alcatel-Lucent Business integrated Communication Solution

Het Frans-Amerikaanse telecombedrijf Alcatel-Lucent is in ons land natuurlijk geen onbekende. Hun ‘Business integrated Communication Solution’ of kortweg BiCS biedt een heel ip-tele-foniesysteem met alles erop en eraan op één enkele server. Ze is bruikbaar tot zo’n 500 (volgend jaar 1000) gebruikers. Het is echter wel spreidbaar en dus schaalbaar tot maximaal honderdduizend gebruikers. Dat zijn natuurlijk vooral Amerikaanse aantallen, maar het kan dus wel.

De basisonderdelen van BiCS zijn de eigenlijke communicatieserver en de media-gateway (dat is een connectiviteitsgateway en heeft niets met multimedia te maken). De media-gateway communiceert met de buitenwereld via trunks en accepteert ook aansluitingen van niet-ip-telefoons zoals analoge en digitale. De communicatieserver bestaat uit Omni PCX Enterprise (OXE), de OmniVista 4760 beheeromgeving, een geïntegreerde faxserver, OTUC-server (OmniTouch Unified Communications: softphone, call routing en IMAP4), een OmniTouch Contact Center standaardeditie en een ingebouwde XML API-server. Alcatel heeft deze diverse servers gevirtualiseerd. De ene appliance die alles aan boord heeft bestaat in feite uit een IBM server met daarop Red Hat Linux Enterprise Server en de VMWare server. Binnen een viertal virtuele machines draaien dan de deelsystemen.

Het OmniVista-beheersysteem draait overigens onder een virtuele Windows XP en ofschoon de beheeromgeving daarvan eenJava-applicatie is, is ze alleen beschikbaar onder Windows en vertelt men ons bij Alcatel-Lucent dat er geen plannen zijn om dat te migreren naar Linux. Raar hoor, want waarom zou je een XP-licentie verkwisten als dat nergens voor nodig is?

Alcatel werkt met een puur licentiegebaseerd schema en dat houdt in dat alle functionaliteit altijd volledig aan boord is. Als u bepaalde functionaliteit nodig hebt, kunt u die activeren door de juiste licentie te installeren. Alcatel stelt probeerlicenties beschikbaar. Daarnaast blijken zowat alle UC-gerelateerde diensten standaard en zonder beperking geactiveerd voor vijf gebruikers. Dat stelt u in staat de UC-functionaliteit te testen voordat u beslist of u het wil hebben voor een groter aantal gebruikers. De licenties worden ingelezen via een usb-sleutel en de server heeft ook eenMacroVision usb-dongle nodig om de geldigheid van de licenties te controleren, vermits alles onder een virtuele omgeving draait en de licenties dus niet gekoppeld kunnen worden aan mac-adressen of cpu-id’s.

Telefoons

Alcatel-Lucent werkt met volledig zwarte ip-telefoons met een aluminiumkleurig rechtopstaand lcd-scherm. Qua design blinkt dat niet echt uit. Er is wel een blits toestel met een lange ‘nek’ en groot lcd-scherm met daarop een videocameraatje, speciaal voor videotelefonie. De toestellen zelf kunnen uiteraard worden beheerd. Hun schermen zijn een XML-bron en dat vereist dus geen speciale programmatuur om er wat anders op te zetten. Alcatel-Lucent gaat er duidelijk vanuit dat Unified Communications de toekomst is en besteedt er dus erg veel aandacht aan om iedereen met één nummer bereikbaar te maken, ongeacht waar hij of zij zich bevindt en welk toestel in de buurt is.

Beheer

De installatie van het telefoniesysteem van Alcatel-Lucent gaat wonderbaarlijk snel. In feite vertrekt het systeem van een Red Hat Linux met daaropVMWare Server en hoeven alleen de reeds voorbereide virtuele harde schijven met daarop de drie benodigde ‘servers’ te worden uitgepakt. De drie benodigde virtuele machines kunnen tegelijkertijd worden uitgepakt en klaargemaakt. De hele installatie neemt nog geen half uurtje in beslag.

Het OmniVista beheer toont een Outlook-achtige gebruikersinterface met uiterst links grote pictogrammen voor de hoofdfuncties (inlog, directory, configuratie, accounts en transacties, rapportage, alarmen, taakbeheer en onderhoud). Rechts daarvan is een detailscherm te zien dat volledig in Java is opgebouwd en een uitklapbare parameterboom met instellingen toont die zelf resulteren in tabbladen en eventueel ook pop-upvensters. Voor Unified Communications is er een apart webbeheer met links een hoofdmenu met aanklikbare deelrubrieken waarmee u gebruikers en beheerders, applicaties en diensten, voicemail en het systeem kunt beheren.

Helaas kon Alcatel-Lucent ons alleen een demo laten zien en waren we niet in staat zelf de oplossing te testen omdat de apparatuur niet kon of mocht blijven staan. Dat was nochtans duidelijk vooraf gevraagd.

Avaya Communication Manager

Het Amerikaanse bedrijf Avaya bestaat pas sinds 2000, maar heeft niettemin een lange geschiedenis: het is immers een afsplitsing van moederbedrijf Lucent, zelf ook weer een afsplitsing vanAT&T, dé Amerikaanse telecomgigant, en vanWestern Electric. De Avaya Communication Manager is een ip-telefonieoplossing voor, zoals Avaya het zelf uitdrukt, ‘middelgrote bedrijven’. Hierbij moet u wel denken aan middelgroot naar Amerikaanse normen: bij ons zijn dat grote bedrijven. De oplossing bestaat uit een schaalbaar geheel van servers en gateways.

De basis is één server onder Red Hat Linux waarop viaXen-virtualisatie meerdere functieservers draaien. Naargelang de behoefte kunnen deze virtuele machines over meerdere fysieke servers worden verspreid. Het hele systeem kan worden verdubbeld via replicatie tot een volledige uitvalbeveiliging. Die kan in meerdere lagen worden geïmplementeerd via ‘Enterprise Survivable Servers’. Zo blijft altijd een overname van taken mogelijk, zelfs als alle reserveservers onbereikbaar blijven wegens wan-onderbrekingen of andere calamiteiten. Dan nog kan Avaya functionaliteit blijven waarborgen via noodsystemen zoals Local Branch Survivability (SLS) en Local Survivable Processor (LSP), naast uiteraard de maatregelen die beschikbaar voor bescherming tegen wan-uitval.

De doorgroeimogelijkheden van dit systeem zijn reusachtig. Daar waar de kleinste oplossing (een blade in een gateway of router) zo’n 450 gebruikers op vijf remote locaties aankan, de standaardserver 2500 gebruikers en het topmodel twinserver 12.000 netwerkstations voor 36.000 gebruikers, kan dit laatste door toevoeging van meer servers die onderling via donkere glasvezel verbonden worden, worden opgeschaald tot maar liefst één miljoen netwerkstations!

Avaya ondersteunt end-to-end SIP, maar dat hangt wel af van de specifieke servervariant. Sommige servers hebben een extra ‘SIP enablement server’ nodig om echte SIP-functionaliteit te kunnen bieden. De licentiepolitiek van Avaya werkt zoals de meeste op basis van extensies. Er komen extra licenties per extensie bij voor video- en gsm-integratiefunctionaliteit. In ons land is de bekendste ip-telefonieklant van Avaya de bankKBC, die zeer recent besliste om al haar ip-telefoniesystemen te laten samenstellen door Avaya (zie Data News nr. 13 van 11 april). Ook leuk om te weten: het systeem van Avaya ondersteunt standaard encryptie voor zowel spraak als signalisatie van telefoon tot telefoon over alle servers en gateways heen.

Telefoons

Avaya biedt connectiviteit voor vaste en mobiele ip-telefoons, oudere digitale telefoons (alleen het eigen merk), en analoge telefoons via de gateways of via ip-adapters. Voor de gebruiker wilde Avaya één interface bieden, ‘one experience’ (één ervaring). Dat heeft het bedrijf vertaald in een one-X gebruikersinterface op de ip-telefoons met grafisch scherm, maar ook in de Avaya softphone op pc’s. Verder bestaat er een one-X applicatie voor smartphones onder Windows Mobile of Symbian. Daardoor gedragen deze mobiele telefoons zich alsof ze ip-telefoons zijn, terwijl ze in werkelijkheid via gsm werken. Overdracht van gesprekken over en weer tussen het ip-netwerk en het gsm-netwerk is mogelijk, maar niet automatisch. De gebruiker moet een knop op zijn ip-telefoon indrukken om de overdracht te starten. Zijn correspondent merkt daar echter niets van. Naast de eigen ip-telefoons ondersteunt Avaya ook de ip-telefoons van Cisco, maar die worden dan wel voorzien van een door Avaya ontwikkelde SIP-firmware en zijn dan dus niet meer compatibel met Cisco ip-telefonieoplossingen.

De Avaya ip-telefoons zien er qua ontwerp gedistingeerd uit in een sober ontwerp met een zwarte behuizing en lichtgrijze en zwarte bedieningstoetsen. De duurdere modellen hebben een voelbaar betere bouwkwaliteit en grafische schermen, ook in kleur. Avaya heeft daarnaast budgetmodellen met eenvoudige tekstgebaseerde lcd-schermen.

Beheer

Voor het beheer doet Avaya een beroep op een centraal-beheerapplicatie genaamd Avaya Site Administration of kortweg ASA. De server(s) heeft (hebben) ook wel een webbeheer, maar dat is voor specifieke systeemadministratie en om gebruikers hun eigen telefoons te laten beheren. Met ASA kunt u meerdere servers en gateways tegelijk beheren. Ofschoon de applicatie een grafische interface toont, blijken de beheerfuncties voor onder meer telefoons en gebruikers net zoals vele andere helemaal niet zo grafisch. Ze doen meer denken aan tekstschermen vol parameters en functietoetsen zonder grafische elementen. Het begint nochtans veelbelovend met naar wens een gerubriceerde takenlijst of een uitklapbare boomstructuur voor het hoofdmenu. Bij de gerubriceerde takenlijst kunt u kiezen uit standaardtaken zoals gebruikers en telefoons toevoegen en wijzigen, toetsenconfiguraties en belregels. Geavanceerde taken zijn sjablonen maken en toepassen, belboekhouding, rapportage, data importeren en exporteren en de emulator (zie verder). Ten slotte is er foutherstelling en prestatie (taakbeheer, bewaking, systeemoverzichten en -status, auditering, tijdsynchronisatie en hardwarebeheer). De boomstructuur begint bij ‘werkplaats’ en is onderverdeeld in toetsenetiketten, sjablonen en uw site. Deze sitetak splitst zich dan uit in afgekort bellen, receptie, dekking, groepen, netwerk, parameters, stations, status en systeem. De hoger genoemde emulator is overigens bedoeld voor Avaya-specialisten en toont de oude tekstterminal waarbij alle functies uit te voeren zijn met opdrachtregelcommando’s en de functietoetsen op het toetsenbord van uw pc.

Het beheer met ASA is niet bepaald gemakkelijk en duidelijk bedoeld voor mensen die al ervaring hebben met het beheer van Avaya ip-telefonie. Het is gebruiksvriendelijker dan de tekstterminal, maar niet zo gebruiksvriendelijk als het webbeheer van Avaya’s concurrenten. Voor iemand die al ervaren is in het beheren van Avaya systemen, is ASA wel gebruiksvriendelijk en zeker performant genoeg.

Voor wat betreft Unified Communications biedt Avaya een integratie met Exchange om toegang te krijgen tot agenda’s en dergelijke. Ook is integratie mogelijk met Microsoft OCS2007 en IBM SameTime.

Cisco Communications Manager Business Edition

De Business Edition van Cisco’s Communication Manager oplossing kan tussen 250 en 1.000 gebruikers bedienen. De nieuwigheden ten opzichte van vorige versies hebben te maken met een meer doorgedreven ondersteuning van SIP (maar nog niet tussen de ip-telefoons en de centrale), en een meer uitgebreide functionaliteit voor Unified Messaging en VoiceMail. Cisco gaat er bovendien prat op dat het als enige producent alles werkelijk end-to-end kan leveren vermits zij ook de benodigde netwerkproducten fabriceren. De ondersteuning voor Presence-informatie van gebruikers zit reeds ingebouwd. Als u het Cisco Unity UC-product aanschaft, kan dat er rechtstreeks gebruik van maken (zie Data News nr. 4 van 1 februari). Cisco voorziet ook in applicatie-integratie van uw eigen applicaties met het hele ip-telefoniesysteem inclusief Unity.

Telefoons

Wat bij de Cisco ip-telefoons meteen opvalt, is hun design. Dat is namelijk bijzonder fraai (al is zoiets natuurlijk vooral een kwestie van smaak). Ze hebben allemaal een uitklapbare voet waarmee de telefoon schuin rechtop kan worden gezet. De duurdere modellen (vanaf Cisco 7941/7945 en hoger) hebben een vrij groot grafisch lcd-scherm. Toch blijken de Cisco ip-telefoons goedkoper dan die van veel concurrenten.

De Cisco 7941/7945 en 7961/7965 lijken bijna identiek: het enige verschil is respectievelijk vier en zes functietoetsen. Het model met de 1 achteraan heeft een monochroom scherm en het model met de 5 achteraan een kleurenscherm. Het topmodel heet 7970 en vangt als geen ander uw blik, want het heeft een groot grafisch kleurenaanraakscherm.

Cisco heeft zijn ip-telefoons voorzien van de mogelijkheid om XML-data te tonen op de lcd-schermen. U kunt in de Communications Manager XML-applicaties bij installeren om daarvan gebruik te maken. Zo kunt u, als de telefoon bijvoorbeeld niet gebruikt wordt, op het scherm allerlei dynamische informatie tonen, van de nieuwsberichten vanCNN of deVRT, tot weerberichten en een of andere bedrijfspagina. Zo is er een bedrijf, aldus Cisco, die dit gebruikt om tegen het einde van de arbeidsdag een overzicht te tonen van de filesituatie van de nabijgelegen wegen en autosnelwegen. De mogelijkheden zijn echt legio.

Qua kostprijs werkt Cisco met een toestelprijs en een toestelspecifiek licentiepakket. Zo moet u voor de ip-telefoons zowel een prijs voor het toestel betalen als een licentie (een of meer DLU’s of ‘device license units’) om ermee te mogen werken. Cisco heeft ook een softphone en die heet gewoon Communicator. Nochtans gaat het om iets speciaals, omdat Cisco een complete virtuele omgeving gemaakt heeft waarin de echte firmware van een 7970 telefoon kan draaien. De Windows-applicatie lijkt dan ook als twee druppels water op zo’n 7970 telefoon, tot en met de standaardinhoud van het kleurenscherm toe. Qua beheer maakt dat een en ander eenvoudiger, omdat de virtuele telefoons nu immers samen met de echte 7970 telefoons kunnen worden bijgewerkt. Overigens neemt die 7970-applicatie nogal veel plaats in op een Windows desktop, maar u kunt een andere ‘skin’ (uiterlijk) kiezen die veel compacter is en waarbij alleen de inhoud van het lcd-paneel te zien is, met daarrond een piepkleine weergave van de belangrijkste knoppen.

Cisco gebruikt tegenwoordig G. 722 voor de communicatie. Dat is een hoge-resolutieprotocol voor audio dat nogal bandbreedtegulzig is. Tijdens het opzetten van de verbinding controleert het systeem natuurlijk eerst of de andere kant dat ook ondersteunt en of de benodigde bandbreedte ter beschikking staat, zoniet wordt een minder gulzig protocol zoals G. 711 of G. 729a gebruikt.

Beheer

Cisco Communications Manager beheert u via een webinterface. In feite start u een ‘Unified CM Administration’ van waaruit u het webbeheer van specifieke onderdelen kunt kiezen: CM-beheer, Unified-diensten, Unified-besturingssysteembeheer, Unity Connection-beheer, Unity Connection-diensten, calamiteitsherstelsysteem en Unified Reporting.

Elke webinterface is ontworpen volgens het eenvoudige principe van een ouderwets uitklapbaar of uitrolbaar menusysteem, net zoals de meeste menu’s in Windows zelf. Het systeem is ontworpen volgens het principe dat alle instellingen ondervraagbare variabelen zijn. U zoekt dus informatie op via query’s en wijzigt de aldus bekomen informatievelden naar behoefte. Het hele beheersysteem is veel te uitgebreid om in deze beperkte ruimte te kunnen behandelen. We beperken ons daarom tot het beheer van Communications Manager zelf.

Dat toont een hoofdmenusysteem in uitklapbare rubrieken. Deze hoofdrubrieken omvatten Systeem (alle mogelijke systeemspecifieke instellingen), oproeproutering (uitbelplannen, routering van binnenkomende en uitgaande oproepen, ondersteuning van mobiliteit, en nog meer); media resources (mediaservers en -bronnen, Music On Hold servers en bronnen, ook mobiele spraakmededelingen en -waarschuwingen); Voice Mail (antwoordapparaat en berichtenfunctionaliteit met ondersteuning voor profielen); apparaten (onder meer gateways, telefoons, trunks, apparaatinstellingen); gebruikersbeheer (credentials policy, applicatie- en eindgebruikers en CAPF-profielen daarvan, rollen en groepen, toevoegen van gebruikers en telefoons of combinaties daarvan en beheer van de SIP-realm) plus bulkadministratie (om grote groepen apparaten en servers in globaal te kunnen beheren met erg veel opties).

Nortel CS1000

Het Canadese telecombedrijf Nortel is zo’n 112 of 113 jaar oud en begon toen zijn bestaan als ‘toeleverancier’ van Bell voor Canada. Sindsdien is het altijd telefonie-apparatuur blijven maken. Maar net zoals alle andere producenten van dergelijke apparatuur is ook bij Nortel de aandacht de laatste jaren steeds meer verschoven naar ip-telefonie. Het bedrijf koos een nogal pragmatische aanpak en ging zelfs een samenwerkingsakkoord aan met zowel Microsoft als IBM voor Unified Communications. De ‘Communication Server 1000’ of kortweg CS1000-systemen bestaan uit twee onderdelen: een Call Server die onderVXWorks draait en alle diensten voor het eigenlijke oproepafhandelen bevat en een Signaling Server die onder Linux draait en het netwerk-, nummer- en toestelbeheer bevat. Eén signaling server kan tot 5000 ip-telefoons beheren, maar als u er meer nodig hebt kunt u meerdere signaling servers draaien. Een signaling server kan zo’n 27.000 SIP-oproepen per uur verwerken. CS1000 biedt doorgroeimogelijkheden van 100 tot 22.500 gebruikers. Voor grotere behoeften heeft Nortel overigens ook oplossingen: als u dat wenst, kan u met de CS2000 tot 100.000 gebruikers uitbreiden. De derde tak van een CS1000 is een Enterprise Media Gateway en die kan ook ‘survivable ‘ zijn, wat wil zeggen dat hij de taken van het hoofdsysteem of de hoofdgateway gedeeltelijk kan overnemen (het gaat mees-tal immers om een kleiner type gateway) als dat uit- of wegvalt. De media gateways ondersteunen redundantie via mirroring en replicatie.

Inzake betrouwbaarheid maakt Nortel gebruik van ‘Pro-Active Voice Quality Management’ (proactief spraakkwaliteitsbeheer) om de kwaliteit van de spraak zo hoog mogelijk te houden. Nortel ondersteunt verder encryptie voor zowel de signalisatie als de data, zodat telefoongesprekken niet kunnen worden afgeluisterd. Zonder ingebouwde encryptie kan elk ip-telefoongesprek immers doodeenvoudig worden afgeluisterd via vrij en gratis verkrijgbare netwerksniffers. Voor ondersteuning van Unified Communications werkt Nortel nauw samen met IBM voor SameTime en met Microsoft voor integratie met Office Communications Server 2007. Nortel claimt overigens dat zij als enige rechtstreeks bellen met deOC2007-desktopclient mogelijk maken, de concurrentie gebruikt een softphone die het eigenlijke bellen uitvoert en gestart en gestuurd wordt vanuit OC2007, aldus nog Nortel.

Telefoons

Net zoals de andere producenten heeft Nortel een vrij uitgebreid gamma aan ip-telefoons. De huidige modellen gebruiken nog de bedrijfseigen communicatieprotocols van Nortel, maar de volgende generatie zal SIP gaan ondersteunen. Nortel wekte bij ons wel de indruk alsof ze dat als een aparte reeks producten zien, voor bedrijven die absoluut SIP willen hebben.

De desktoptelefoons zijn ofwel volledig in zwart met links een hoorn, dan een toetsenblok en rechts een groot lcd-scherm, ofwel in zilver, grijs en zwart met bovenaan een lcd-scherm, in het midden een navigatieroos en enkele functietoetsen en onderaan een cijferblok met nog meer functietoetsen. De telefoons staan schuin rechtop. De ingebouwde lcd-schermen zijn monochroom, alleen de topmodellen hebben het kleurenscherm. De inhoud van dat scherm werkt zelf niet met XML, maar Nortel stelt wel een applicatie met wizard ter beschikking om webinhoud heel makkelijk om te zetten naar een telefoonscherm en die dan te up-loaden naar een telefoon. Op deze manier kunnen bijvoorbeeld bedrijfsberichten, nieuwsitems of beurskoersen op de telefoon worden weergegeven.

Beheer

Zowel de Call Server als de Signaling Server beheert u met behulp van een webinterface. Die twee webinterfaces heten respectievelijk ‘Telephony Manager’ en ‘Element Manager’. Beide werken met een uitklapbare menuboom uiterst links en detailschermen rechts daarvan. Vanuit de Telephony Manager kunt u trouwens de Element Manager via een link aanroepen. De Element Manager gebruikt u voor het eigenlijke systeembeheer. Hij bevat alle netwerkbeheer, infrastructuurbeheer (routing, trunks, e.d.), uitbel- en nummerplans en het beheer van alle apparatuur. De Telephony Manager dient voor het hogere niveau: het beheer van gebruikers en telefoons. U kunt ook bedrijfstelefoonboeken aanleggen en de gebruikerinterfaces van de telefoons beheren. Voor de gebruikers bestaat er een gebruikerinlog op de Telephony Manager waarmee ze dan zelf hun eigen telefoon kunnen beheren en indelen volgens eigen smaak, voor zover u hen dat toestaat, natuurlijk.

Siemens HiPath 8000

De HiPath 8000 is het grootste telefoniesysteem dat Siemens in huis heeft. Het bestaat uit losse controle-, beheer- en servercomponenten. Die kunnen via fysieke servers, virtuele servers, of door meerdere componenten op één systeem te combineren naar behoefte worden uitgebouwd. U beslist op die manier ook voor welke componenten u redundatie wenst. Het HiPath 8000 systeem zelf kan worden ontdubbeld en redundant draaien op twee verschillende datacenters. Het hele systeem is flexibel schaalbaar tot maar liefst honderdduizend gebruikers en dus bij uitstek geschikt voor de allergrootste bedrijven. In principe kan het systeem ook gebruikt worden vanaf een paar honderd gebruikers, maar het komt natuurlijk pas echt tot zijn recht bij nog grotere aantallen. Een HiPath 8000 systeem is dus gedistribueerd en bestaat naast het centrale HiPath 8000 serversysteem en HiPath 8000 Edge System uit gateways, een beheerde mediaserveromgeving en eindpunten. De communicatie met deze drie groepen kan zowel over lan als over wan.

HiPath 8000 communiceert met alle componenten via SIP en aanverwante protocollen (MGCP en SIP-Q). De gateways koppelen de ip-telefonie aan het publieke pstn- of isdn-netwerk. Daarvoor kunt u uiteraard Siemens-gateways gebruiken, maar ook gateways van Mediatrix en nog andere producenten. De beheerde mediaserveromgeving bevat het VoIP Border Controller System (zorgt o.a. voor voip-vpn-verbindingen voor thuiswerkers), een IPUnity Mereon 6000 en Convedia CMS1000 mediaserver en een ComAssistant S Xpressions VM OpenScape. Siemens biedt tegenwoordig ook een doorgedreven mobiele connectiviteit, met gecombineerde gsm/wlan-telefoons waarbij de omschakeling van het gsm- naar het wlan-netwerk volledig transparant voor de gebruiker gebeurt. Via het gsm-netwerk bellen is duurder, dus probeert het systeem zodra mogelijk volautomatisch een gewoon draadloos netwerk te gebruiken. Siemens biedt een systeem van Survivable Remote Gateways waarbij de telefonie verder kan blijven werken, ook al vallen cruciale netwerkverbindingen naar de HiPath-servers uit.

Het hele systeem draait op standaard serverhardware (zoalsIBM @server xSeries), eenNovell SuSE Linux, gebruikt SIP voor alle onderlinge communicatie en integreert met bedrijfsprocessen via SOA en webdiensten (SOAP/XML/Java/…). Siemens is gegaan voor een volledige redundantie op zowel hardware- als softwareniveau en zonder een enkel punt van faling. Patching en upgrading kan terwijl het systeem online blijft.

Telefoons

Op een HiPath-systeem kunt u een grote verscheidenheid aan telefoons aansluiten. Er is ondersteuning voor analoge telefoons via een adapter. Maar ook wlan-telefoons, SIP-softclients, SIP-telefoons (mits beperkingen), de optiClient 130S softwaretelefoon en de eigen Siemens OptiPoint en OpenStage ip-telefoons worden ondersteund. Aan die optiClient 130S besteden we even aandacht omdat dit een bijzonder fraai stukje software is. De applicatie heet OptiClient 130 en biedt twee interfaces: de eerste is bedoeld voor novices en emuleert een ip-telefoon, het is de tweede interface die ons interesseert. Die heeft namelijk een bijzonder uniek ontwerp. De interface vertrekt van een communicatiecirkel waarin u via klikken en slepen iemand die u wil bellen laat vallen. Sleept u twee of meer contacten in de communicatiecirkel, dan opent de applicatie automatisch een conferentiegesprek. Via de standaard in Windows ingebouwde mogelijkheden (Messenger) kunt u met andere OptieClient-gebruikers bestanden uitwisselen. U kunt zelfs meerdere interfacestijlen kiezen die net geen skins zijn. Het ziet er bijzonder modern en aantrekkelijk uit, ook al is het ondertussen al een paar jaar oud.

In vorige testen hebben we de telefoons van Siemens vaak ouderwets genoemd, omdat ze maar een tweeregelig schermpje hadden en weinig luxe boden aan de gebruiker. Dat was en is de optiPoint-serie van telefoons. Maar nu is er OpenStage: een bijzonder fraai uitziende ip-telefoon met links naast het cijferblok een navigatieroos en een omhoogklapbaar groot lcd-scherm. Het topmodel heeft een kleurenscherm. Al de schermen van OpenStage-telefoons worden ingevuld via XML; u kunt dus ook zelf bepalen wat u daarop toont. Bij onze demo toonde het topmodel fraai gefotografeerde landschappen in volle kleurenpracht.

Beheer

Siemens gaat er prat op dat hun hele HiPath-systeem geen enkel bedrijfseigen protocol meer gebruikt. Alles werkt met open standaarden. Het beheer van de diverse systemen is webgebaseerd en onderverdeeld in een beheerarchitectuur. Bovenaan deze architectuur staat het beheer van de bedrijfsbrede beheerappliciaties zoals facturatiesystemen,”paraplu”-beheersystemen en zakelijke-procesbeheersystemen. Daaronder vallen de HiPath metabeheerapplicaties met foutenbeheer, boekhouding, gebruikersbeheer en QoS-beheer (Quality of Service). De elementbeheertoepassingen vallen onder het ‘Common Management Portal’ (algemeen beheerportaal) en omvatten de gatewayondersteuning, DLS (Deployment Service of uitroldienst), het mediaserverbeheer en de iNMC/iSMC-functionaliteit inclusief een volwaardige opdrachtregelinterface (in feite die van Linux met allerlei aanvullende scripts). Die DLS of uitroldienst is van cruciaal belang voor grote ondernemingen, vermits die het beheer van duizenden of tienduizenden (tot honderdduizend) ip-telefoons en bijbehorende gebruikers en licenties kan verzorgen. Dat is overigens niet real-time: u moet de diverse configuraties eerst inladen (‘search’-toets); na het wijzigen kunt u ze in bulk weer uploaden. Uiteraard ondersteunt DLS het werken met groepen, profielen en sjablonen. Dat bespaart tijd en werkt flexibeler. Firmwareupgrades, netwerkscans en inventarisatie, plus toesteldiagnoses en uploads van applicaties en data vallen ook allemaal onder de DLS-functionaliteit. DLS ondersteunt ook mobiliteit via persoonlijke profielen die meeverhuizen met een gebruiker naar bepaalde ip-telefoons toe. Dit kan dan uiteraard ook kaderen in een Presence voor UC-toepas-singen. iNMC (netwerkbeheer) en iSMC (abonneebeheer) vallen onder iSuite, de algemene beheeromgeving voor de HiPath 8000 server.

Het dagelijks werk zult u doen met het CM-portaal. Dat biedt u een dashboard voor de status van en toegang tot alle HiPath-componenten, een web-GUI voor de configuratie van abonnees en dialplan en de geïntegreerde mediaserver. Verder zijn er ook rolgebaseerde toegang tot specifieke beheerfuncties en QoS-beheer. Uiteraard kunt u vanuit dit portaal ook toegang verkrijgen tot de Linux CLI, ondersteuning van de Siemens-telefoons via DLS en softwaredownloads. Hoewel Siemens overal SIP ondersteunt, blijkt het niet zomaar mogelijk een willekeurige SIP-telefoon te ondersteunen. Dat heeft te maken met de extra functionaliteit van Siemens-telefoons en -telefonie die immers niet voorzien is in SIP. Niettemin ondersteunt Siemens wel een aantal andere merken. Zo kan er vrij veel functionaliteit voorzien worden voor SIP-telefoons van Cisco en Grandstream, om er twee te noemen.

Conclusie

Het lijdt geen enkele twijfel dat elk van de hier beschreven producenten u een behoorlijk werkend ip-telefoniesysteem kan leveren. Meer nog dan specifieke functionaliteiten zal alles beginnen en eindigen bij uw keuze van merk en leverancier of partner: in wie hebt u het meeste vertrouwen? De in de tabel vermelde prijzen zijn gebaseerd op een ‘educated guess’ vanwege de merkvertegenwoordigers en worden in feite bepaald door de onderhandeling tussen u als klant en de leverancier en door wat u natuurlijk allemaal nodig heeft of wenst. Qua pure schaalbaarheid zijn we het meest onder de indruk van de oplossingen van Avaya en Siemens.

Johan Zwiekhorst

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content