Datacloud bouwt commercieel Tier III datacenter in Erembodegem

Frederik Tibau expert Digital Innovation & Growth bij Agoria

De Belgische start-up Datacloud bouwt een nieuw Tier III datacenter in Erembodegem bij Aalst. “Traditionele spelers moeten klanten weigeren wegens plaatsgebrek”, aldus initiatiefnemer Henk Van Hulle, “terwijl de vraag naar high density capaciteit groter is dan ooit.”

De Belgische start-up Datacloud bouwt een nieuw Tier III datacenter in Erembodegem bij Aalst. “Traditionele spelers moeten klanten weigeren wegens plaatsgebrek”, aldus initiatiefnemer Henk Van Hulle, “terwijl de vraag naar high density capaciteit groter is dan ooit.”

“Boven de Moerdijk heb je al een serieuze bezetting, maar in België is de datacentermarkt nog in volle ontwikkeling”, vertelt Van Hulle, die naast algemeen directeur ook voorzitter is van de Raad van Bestuur van Datacloud. “Door consolidatie en zaken als virtualisatie is er trouwens meer en meer computerpower nodig op kleine oppervlaktes. Wij kunnen onze klanten tot 22 kilowatt per rack aanbieden. Wie kan dat al zeggen?”

Datacloud is een project van 6 private investeerders en twee managementvennootschappen (de Nederlandse Aegide Group en de Vlaamse Calicta Holding). “Naast de één miljoen euro die we zelf inbrengen, wil ook een grote bank met ons in zee gaan. Dat is nodig, want als je een volledig redundant Tier III datacenter wil bouwen, heb je wel enkele miljoenen van doen.”

De start-up kijkt nadrukkelijk naar de enterprise markt, en mikt op klanten uit het midsegment die minstens één rack afhuren. “Klanten die veel bandbreedte nodig hebben, die een tweede site zoeken, of beursgenoteerde bedrijven die hun data moeten dupliceren”, vult Van Hulle aan. “Het ontwerp van ons datacenter is zo opgevat dat er gemakkelijk uitgebreid kan worden.”

In een eerste fase worden 68 racks voorzien, die naar het Butterfly Model van HP worden opgesteld. “We beginnen met twee gangen van telkens 34 racks, en kunnen uitbreiden tot twaalf corridors. De basisinvestering is intussen gemaakt. Vooraan hebben we een pijp van 4,3 megavolt ampère, waarop we het volledige datacenter kunnen laten draaien.”

“Werken in grote ruimtes is niet efficiënt, al was het maar op het gebied van koeling”, weet de econoom. “Daarom die keuze voor de kleinere corridors. Europa kijkt steeds nadrukkelijker naar het stroomverbruik van datancenters, en ook daar proberen we rekening mee te houden. Intussen zijn er al zoveel intentieverklaringen binnengekomen, dat onze startcapaciteit al voor 70 procent ingevuld is.”

Volgens Van Hulle, die in een vorig leven onder meer bij Belgacom aan de slag was, is ook de locatie van het datacenter interessant. “De meeste bevinden zich in of rond Brussel, terwijl wij meer centraal naar Vlaanderen toe gepositioneerd zijn. Dat heeft als grote voordeel dat we niet op de fiber en op de power grids van andere datacenters terecht komen.”

“Bovendien liggen we aan twee compleet van elkaar gescheiden fiberlussen van Belgacom. Vooraan in ons gebouw komt een andere lus toe dan achteraan. Hierdoor kan de redundantie nog vergroot worden.”

Datacloud wil live gaan in oktober, en zal tegen dan een handvol mensen aantrekken. Op welk merk er gestandaardiseerd wordt, houdt Van Hulle liever voor zich, “maar we gebruiken A-merken op alle niveau’s”, klinkt het nog. “Naar koeling toe, wat generatoren betreft: alles is state-of-the-art.”

Prijsbreker

Wat maakt dat Datacloud niet meteen een prijsbreker zal zijn, maar dat is ook niet de bedoeling. “Wij hoeven niet zo nodig met Belgacom of Siemens te concurreren”, klinkt het nog. “Datacloud opereert in een segment dat specifieke vereisten heeft wat mid- en high density betreft. En daar hebben de grote spelers het momenteel erg moeilijk mee.”

“Het gros van de datacenters werd een tiental jaren geleden gebouwd. Dat waren bijna allemaal datacenters met een lage densiteit, voor applicaties die weinig rekenkracht vergden. In die periode was de infrastructuur voorzien op ongeveer 0,7 kilowat per vierkante meter. Wat maakt dat je daar vandaag geen zware servers kan plaatsen, omdat je ze niet gekoeld krijgt.”

“Moderne datacenters moeten tot 4 kilowat per vierkante meter kunnen gaan. Als je from scratch begint zoals wij, is dat perfect mogelijk. We hebben trouwens niet alleen een eigen datacenter, maar ook een eigen gebouw. Geen huisbaas dus die ons de les spelt en zegt wat kan en wat niet kan.”

Datacloud zal in eerste instantie rechtstreeks contracten afsluiten met klanten, maar Van Hulle sluit niet uit dat er ook met een beperkt aantal partners zal worden gewerkt. “Eén van onze bestuurders heeft een agentschap dat voor Econocom werkt. Dat bedrijf komt dus zeker in aanmerking als channelpartner of als leverancier.”

Ten slotte zal de start-up ook een rist services aanbieden. “Heel wat CIO’s liggen wakker van hun infrastructuur. Ze is niet genoeg gekoeld, ze kan elk moment uitvallen: die zorg proberen wij weg te nemen. In elk rack komen er meeteenheden, want ‘meten is weten’. Staat daar een prijs tegenover? Dat spreekt voor zich.”

Op 17 en op 22 september organiseert Datacloud open dagen voor CIO’s die geïnteresseerd zijn in de opbouw van het nieuwe datacenter.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content