Francken wil nationale stratenlijst als open data

Theo Francken (N-VA) © BELGA
Pieterjan Van Leemputten

Er komt één authentieke bron voor alle adressen in België. Als het aan staatssecretaris voor Administratieve Vereenvoudiging Theo Francken ligt dan wordt dat meteen de start van een reeks open data-projecten.

Europa vraagt dat elk land referentielijsten hanteert, onder meer voor postadressen. In ons land zijn die er voor de drie gewesten, maar niet op nationaal niveau. Dat moet ten laatste tegen 2018. Niet meteen het meest sexy onderwerp, maar wel nuttig want vandaag moet je verschillende databanken combineren. Bovendien is niet elke databank even volledig waardoor je niet zomaar een volledige stratenlijst kan opvragen.

Om dat te versnellen keurde de federale regering op vrijdag het samenwerkingsakkoord BeSt Address goed. Dat houdt in dat de gewesten tegen ten laatste 1 januari 2017 hun adressenregister hebben opgebouwd. Uiterlijk vanaf 1 januari 2018 (of vroeger indien mogelijk) zullen overheidsinstanties voor elke gelegenheid dan verwijzen naar die registers, zodat iedereen dezelfde authentieke bron gebruikt. Dit samenwerkingsakkoord wordt nu voorgelegd op het Overlegcomité met de gewesten.

Ook buiten de overheid

Voor Francken, die als staatssecretaris voor Administratieve Vereenvoudiging het initiatief nam, is het project een voorbeeld van zijn visie op een efficiënte en moderne overheid. De adressenlijst zal als open data voor eender welk gebruik beschikbaar zijn. Iets wat ook met vergelijkbare databanken in de toekomst moet gebeuren.

“Standaardmodellen, interoperabiliteit, databeheer, … geen politicus die hier brood in ziet. Maar iemand moet er zich wel mee bezig houden als we een slanke, efficiënte en moderne overheid willen”, zegt Francken. Open overheidsdata is voor Francken een welgekomen eindproduct van een goed functionerende overheid. “Dit dossier is een goed voorbeeld van waar ik vanuit mijn bevoegdheid vereenvoudiging werk wil van maken. Standaardiseren van data en processen, authentieke bronnen creëren, de kwaliteit van data verhogen, hergebruik bevorderen, eenvoudige wetten en regels maken die dit allemaal toelaten en als sluitstuk een architecturale visie die dit allemaal verankert in de werking van de overheid.”

Te traag

Wel hekelt de staatssecretaris dat er momenteel voor dergelijke projecten een samenwerkingsakkoord moet worden afgesloten. “Het is evident dat elk bestuursniveau zijn verantwoordelijkheid neemt, dit samenwerkingsakkoord houdt daar ook rekening mee, maar ik vind het niet vanzelfsprekend dat wij voor elke standaardisering samenwerkingsakkoorden moeten afsluiten. Dit dossier is al voorbereid in de vorige jaren, nu heb ik dit vastgepakt en afgewerkt. Mijn Vlaamse collega Liesbeth Homans zal tevreden zijn, maar in de tijd dat ik nodig heb om een samenwerkingsakkoord te onderhandelen, heeft de technologie mij al drie keer ingehaald. En dan start de uitvoering pas. Dit is niet houdbaar. Ik zal voorstellen doen om dergelijke technische dossiers in de toekomst veel sneller te laten verlopen.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content