Kinderarbeid achter batterijen voor smartphones Apple, Samsung en Sony
Grote elektronicamerken als Apple, Samsung en Sony controleren onvoldoende of het kobalt in hun producten niet werd gedolven door kinderen. Dat zeggen Amnesty International en Afrewatch in een nieuw rapport over de kobaltindustrie.
Meer dan de helft van alle kobalt in de wereld komt uit de Democratische Republiek Congo. Een vijfde daarvan wordt in mijnen opgegraven door “creuseurs”, artisanale mijnwerkers, die in ongezonde en levensgevaarlijke omstandigheden werken. De grote meerderheid maakt elke dag lange uren en beschikt zelfs niet over een basisuitrusting die beschermt tegen long- en huidziekten, zoals handschoenen, werkkleren of gezichtsmaskers.
Kinderarbeid
Kinderen vertelden Amnesty International dat ze tot twaalf uur per dag in de mijnen werken en moeten sjouwen met zware ladingen. Ze verdienen daarvoor tussen één en twee dollar per dag. Volgens de VN-kinderrechtenorganisatie Unicef werkten in 2014 ongeveer veertigduizend kinderen in mijnen in het zuiden van de DRC, veel van hen in kobaltmijnen.
Paul, een 14-jarige wees, werkte vanaf zijn twaalfde in de mijn. Het lange werk onder de grond maakte hem ziek: “Ik zat soms 24 uur in de tunnels”, getuigt hij in het rapport. “Ik ging er ‘s morgens in en kwam er de volgende ochtend weer uit. Mijn pleegmoeder wilde me naar school laten gaan, maar mijn vader was ertegen. Hij buitte me uit door me te doen werken in de mijn.”
Glamour
Tussen 2014 en 2015 zijn in het zuiden van Congo minstens tachtig creuseurs om het leven gekomen, maar het echte dodencijfer is onbekend, zegt Amnesty, omdat veel ongevallen niet worden aangegeven en lichamen in het steenpuin van de groeven blijven liggen.
“De glamour waarmee elektronica in winkels wordt uitgestald en verkocht, contrasteert fel met het labeur van de kinderen die sjouwen met zakken vol stenen en van de mijnwerkers die in smalle, uitgekapte tunnels permanente longschade dreigen op te lopen”, zegt Karen Moeskops, directeur van Amnesty International Vlaanderen. “Het is hoog tijd dat de grote merken enige verantwoordelijkheid nemen voor het delven van de grondstoffen voor hun winstgevende producten.”
Multinationals
Het rapport legt de hele handelsketen van het kobalt bloot. Handelaars kopen kobalt rechtstreeks van de artisanale mijnarbeiders in gebieden waar kinderarbeid wijdverbreid is. De grondstof wordt dan doorverkocht aan bedrijven zoals de Congo Dongfang Mining (CDM), een dochteronderneming van de Chinese mijngigant Zheijang Huayou Cobalt. Vandaar vindt het bewerkte kobalt zijn weg naar de producenten van batterijen die verklaren te leveren aan technologie- en autoreuzen, waaronder Apple, Microsoft, Samsung, Sony, Daimler en Volkswagen.
“De gezondheids- en veiligheidsrisico’s maken van mijnbouw een van de ergste vormen van kinderarbeid”, zegt Moeskops. “Bedrijven die 125 miljard dollar winst maken, zijn ongeloofwaardig als ze beweren dat ze niet kunnen nagaan waar de basisgrondstoffen in hun productieketen vandaan komen”.
Controle
Amnesty International en Afrewatch roepen multinationals die batterijen met kobalt gebruiken in hun producten, op om zorgvuldig na te gaan of de mensenrechten worden nageleefd, te onderzoeken of het kobalt wordt gedolven in gevaarlijke omstandigheden en of daar kinderarbeid aan te pas komt. De bedrijven moeten ook transparanter zijn over hun leveranciers, zegt Amnesty. Verder moet China van Chinese grondstoffenbedrijven eisen dat ze hun bevoorradingsketens onderzoeken en mensenrechtenschendingen aanpakken.
“Basismaterialen voor elektrische wagens of smartphones delven, zou een bron van welvaart moeten zijn voor de mijnarbeiders in Congo”, zegt Moeskops. “In werkelijkheid gaat het om een slopend bestaan vol ellende waar amper iets mee te verdienen valt. Grote bedrijven hebben de macht om daar verandering in te brengen.” (IPS)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier