‘Kritiek op samenstelling privacycommissie onterecht’

Guy Kindermans Guy Kindermans is freelance journalist bij Data News.

De kritiek op de benoemingsprocedure van de leden van de Privacycommissie is onterecht, counteren de betrokkenen.

De ‘Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer’, makkelijker gekend als de ‘Privacycommissie’, kreeg in de voorbije week een nieuwe samenstelling, na stemming hierover door de kamer van volksvertegenwoordiging. De lijst van leden lokte ondertussen kritiek uit, omdat teveel leden een politieke achtergrond zouden hebben (en dus niet de vereiste onafhankelijkheid zijn garanderen) en dat de samenstelling een beter evenwicht zou moeten bieden (en niet zozeer leden die meerderheid tegen minderheid werden verkozen).

Onterecht

De voorzitter van de Privacycommissie, Willem Debeuckelaere, merkt in ieder geval op dat de procedure correct werd gevolgd, en dat het eerste forum om daar over te debatteren het parlement is.” De discussie over de samenstelling van de commissie is niet nieuw, maar België heeft in ieder geval, anders dan in andere landen, steeds een “representativiteit nagestreefd door een mix van personen, met verschillende professionele achtergrond.” Overigens moet ook het aspect ‘politiek onafhankelijk’ goed worden ingeschat. “Als dat zou betekenen ‘nooit iets met een politieke partij of politieke beweging, of een ander betrokkenheid bij de administratie of iets dergelijks te hebben gehad, zou men gelijk hebben,” klinkt het , maar als contacten en dies meer tot de mogelijkheden behoren, “is er niets mis.” Kortom, als er verschillen in visie zijn, moet dat dan maar in de vorm van een wetsvoorstel worden gegoten.

Ook Frank Robben, veteraan van de Privacycommissie (het langst zetelend lid, toe aan zijn vierde mandaat) relativeert de kritiek. Politieke achtergronden? “”Er werd een open oproep gedaan voor kandidaten,” merkt hij droogjes op, en iedereen had voldoende lang de tijd om te reageren. Alleen, “doorgaans zijn er niet zoveel kandidaten,” zodat de regering het daar moet mee doen. Dat in deze editie van de commissie blijkbaar weinig personen zitten die “nooit een contact hadden met een cabinet”, wijst dan ook mogelijks op wat “bloedarmoede”.

Gaven de voorbije edities van de commissie wellicht blijk van een wat bredere mix van achtergronden, zoals personen met een medische expertise of een achtergrond in consulentenrecht, dan betekent dat niet dat daar plots geen aandacht zal worden aan besteed. Frank Robben heeft “in de werking van de commissie nooit invloed uit het politieke niveau gezien. De discussies gaan echt waar het over moet gaan, het evenwicht tussen de bescherming van de rechten van de burgers en het verzekeren van een vlotte werking.” Dat betekent het leveren van kritiek waar en wanneer nodig, ongeacht de bron van de betrokken tekst of voorstel.

Wat de procedure betreft, heeft Frank Robben er voorts ook in het geheel niets op tegen dat de kandidaten zich eerst even komen voorstellen bij de betrokken parlementscommissie, om hun bekwaamheid, visie en onafhankelijkheid te toetsen. “Ik ben bereid om te worden ondervraagd over mijn kennis, ingesteldheid of over de werking. Dan ben je zeker dat je competente mensen hebt.” Trouwens, hij heeft bij de aanvang van de vorige Privacycommissie er op aangedrongen dat een soort operationeel plan voor de volgende zes jaar werd opgesteld, met informatie over de aandachtspunten, en gaat dit ook nu weer opnieuw voorstellen. Gekoppeld aan een jaarlijks rapport aan het parlement, “verzekert dit de transparantie van de werking van de commissie.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content