Mark Zuckerberg: ‘Facebook lijkt mij geen monopolie’
Mark Zuckerberg beantwoordde dinsdag vijf uur lang vragen van 44 Amerikaanse senatoren over Facebooks datagebruik, privacy en het Cambridge Analytica-schandaal, en beloofde beterschap. Critici zijn niet overtuigd. ‘Facebook is goed in pr, slecht in veranderen.’
‘Zou u de naam van het hotel waar u vannacht geslapen heeft willen delen?’ De vraag van senator Dick Durbin komt halverwege de marathonsessie van vijf uur, waarin twee Senaatscommissie Facebook-CEO Mark Zuckerberg ondervragen. Zuckerberg lacht schaapachtig om de vraag, en antwoordt ‘neen’. Sms-jes van de afgelopen week dan? Weer antwoordt Zuckerberg negatief. ‘Ik denk dat dit misschien is waar het allemaal om draait. Je recht op privacy. De limieten op het recht op privacy. En hoeveel je ervan weg moet geven in modern Amerika’, zegt Durbin.
Het was een van de meer heldere momenten van de hoorzitting, waarin de 44 aanwezige senatoren van de commissies voor Handel en voor Justitie vaker niet dan wel leken te begrijpen hoe Facebook, en in breder perspectief internet, werkt. De vraag van Durbin was een van de weinige die Zuckerberg verbaasde en waar hij niet direct een voorgekookt antwoord op had.
Aanleiding voor de hoorzitting was het Cambridge Analytica-schandaal dat Facebook al weken tart. Woensdagochtend (lokale tijd) staat nog een hoorzitting op de agenda met de commissie voor Handel en Energie van het Huis der Afgevaardigden.
Data doorspelen aan derden
‘Ik vond het frustrerend dat Zuck steeds de mogelijkheid kreeg het verhaal over privacy en data op te hangen, in plaats van zich te moeten verantwoorden voor hoe Facebook misbruikt wordt voor manipulatie en beïnvloeding’, zegt Aza Raskin, mede-oprichter van het Centrum voor Humane Technologie, en criticus van het sociale netwerk. Raskin wijst op de vele keren dat de senatoren het hadden over hoe Facebook onze data verkoopt. ‘Daardoor gaven ze hem telkens de gelegenheid te zeggen dat Facebook geen gebruikersdata verkoopt.’ Dat klopt: wat Facebook eigenlijk doet is het aanbieden van een zeer gespecialiseerde etalage. Adverteerders geven hun informatie over (potentiële) klanten aan Facebook, die dat publiek vervolgens zo effectief mogelijk benadert. Voor iedere Facebook-gebruiker een eigen etalage, in feite. ‘Het is een fundamentele misvatting dat Facebook jouw data verkoopt. Ze verkopen de mogelijkheid jou te overreden. Dat is hun verdienmodel’, zegt Raskin.
In dat licht was het interessant om te zien dat Zuckerberg bereid lijkt te zijn mee te werken aan regelgeving die ‘opt-in’ voor het delen van data met derde partijen mogelijk maakt. Eind mei gaat in de EU daarvoor de GPDR-wetgeving in, waar ook Facebook aan moet voldoen. Gevraagd of dezelfde regels ook in de VS zouden moeten worden ingevoerd, zei Zuckerberg: ‘Ik denk dat het het zeker waard is te bediscussiëren of we iets soortgelijks in de VS moeten invoeren. Maar los daarvan zullen wij dat (de opt-in regeling voor hergebruik van data, nvdr)implementeren.’ Het lijkt erop dat Zuckerberg de strengere Europese regelgeving voor het verwerken van persoonsgegevens wereldwijd wil hanteren.
Zuckerberg strooit met een soort magisch AI-poeder
Aza Raskin
Raskin vindt het een mooi begin, maar zou het liever nog strenger zien. ‘Waarom is er geen wetgeving die de micro-targeting van advertenties beperkt? Dat advertenties voor minimaal een half miljoen of miljoen mensen gemaakt moeten worden?’ In zo’n geval zou persoonlijke data veel minder gebruikt mogen worden voor individuele targeting. ‘Als je de definitie van adverteren opzoekt, gaat het om overreding of verkopen in de publieke sfeer. Maar die publieke sfeer verdwijnt helemaal als een advertentie specifiek op jou wordt gericht. Ik zou dus wetgeving willen zien die overredingstechnieken breder houden dan ze nu zijn.’
Oude mannen en technologie
Verschillende keren vroegen senatoren naar de rol die Facebook voor zichzelf ziet in het modereren van content, vooral om problematische content als aanzetting tot geweld, terrorismenetwerken en porno op te kunnen sporen. Zuckerberg haalde telkens de belofte van AI, kunstmatige intelligentie, aan. Maar hij werd nooit specifiek. Dat was irritant, vond Raskin. ‘Hij strooit met een soort magisch AI-poeder, maar dat is niet slim. Mensen begrijpen nu al niet hoe AI werkt in Facebook (een feit dat Zuckerberg zelf ook toegaf tijdens de hoorzitting, nvdr.), dus wil je echt de problemen die er zijn oplossen met AI?’
De senatoren lieten niet vaak hun tanden zien aan Zuckerberg. Deels door de tijdlimieten – iedere senator had slechts vijf minuten. Maar het werd ook overduidelijk dat veel van hen niet genoeg weet hadden van internetbedrijven en hun verdienmodellen in het algemeen, en Facebook in het bijzonder. Bijvoorbeeld senator Brian Schatz, die verschillende keren vroeg of Facebook ’emails’ die hij verstuurde via chat-app Whatsapp, gebruikte voor targeting van advertenties. Het antwoord is nee, zei Zuckerberg, want Whatsapp-berichten zijn volledig versleuteld. Facebook kan de inhoud ervan niet lezen. Of Roy Blunt, die trots vertelde dat hij zijn ‘Facebook-adres’ op zijn visitekaartje had laten printen.
Too big to fail
Momenten die het terugkijken waard zijn, zijn de ondervragingen van senatoren Lindsey Graham en Kamala Harris. Graham vroeg Zuckerberg wat alternatieven voor Facebook waren. ‘Als ik een Ford koop, en hij werkt niet goed of ik vind ‘m niet goed, kan ik een Chevrolet kopen. Als ik boos ben op Facebook, wat is dan het equivalente product waar ik me bij kan aanmelden?’ Zuckerberg antwoordde dat de gemiddelde Amerikaan acht apps gebruikt om met anderen te communiceren, maar toen Graham vervolgens vroeg of Facebook een monopolie is, zei Zuckerberg alleen: ‘zo lijkt het voor mij niet.’
Als ik boos ben op Facebook, wat is dan het equivalente product waar ik me bij kan aanmelden?
Senator Lindsey Graham
‘Graham had hier helemaal gelijk’, zegt Raskin. ‘Voor Facebook is er geen concurrent die hetzelfde aanbiedt. Facebook heeft misschien geen monopolie op je aandacht -gelukkig maar-, maar ze hebben wel een monopolie op het netwerkeffect in sociale kringen. Facebook is een nutsbedrijf geworden, en daar moet regelgeving voor komen.’
Harris, een senator uit de San Francisco Bay Area (waar Facebook gevestigd is), wierp Zuckerberg het vuur voor de schenen met de vraag waarom Facebook in 2015, toen het achter het datalek vanAleksandr Kogan aan Cambridge Analytica kwam, de getroffen gebruikers daarvan niet op de hoogte stelde (pas dinsdag werd aan die personen bekend gemaakt dat hun data gecomprimeerd was).
Zuckerberg zei geen weet te hebben van discussie bij Facebook over het al dan niet inlichten van de Cambridge Analytica-slachtoffers in 2015. Met de wijsheid van nu vond hij het een slechte beslissing. Als dat zo is, zegt Raskin, zegt dat iets over de fundamentele cultuur bij het bedrijf. ‘Ze zijn goed in pr, maar slecht in veranderen.’ Het lijkt Raskin logisch waarom Facebook in 2015 de lippen op elkaar hield. ‘Het had ze in een slecht daglicht gezet en het vertrouwen in hun platform verminderd.’ Dat kan nu misschien alsnog gebeuren, maar inmiddels is Facebook zo groot, dat gebruikers min of meer afhankelijk zijn geworden van het platform om in contact te blijven met hun naasten. Facebook is too big to fail.
Onnozel
Al met al deed Zuckerberg zich nogal onnozel voor. Bijvoorbeeld toen hem meerdere keren gevraagd werd of Facebook gebruikers volgt op verschillende website buiten het platform, ook als ze niet meer ingelogd zijn op Facebook. Zuckerberg zei het niet te weten, maar het antwoord had volmondig ja moeten zijn. Facebook biedt de zogenaamde ‘pixel’ aan, die website-eigenaren kunnen installeren om informatie over bezoekers te verzamelen (Google biedt soortgelijke trackers aan). De eigenaar van die website kan de data van Pixel vervolgens gebruiken bij het aanmaken van een custom audience op Facebook.
Trap niet in die onnozele truc, waarschuwt Raskin. ‘Voor een bedrijf dat doet alsof ze de nuances van wat ze gemaakt hebben niet begrijpen, is het opmerkelijk dat ze een kussentje klaar hadden gelegd in de stoel van Zuckerberg, zodat hij niet te klein over zou komen.’ Wat Raskin maar wil zeggen: ‘Facebook weet heel goed hoe overreding werkt. Als ze zeggen dat ze niet begrijpen waar het is fout gegaan, doen ze alsof.’
Is het denkbaar dat Zuckerberg opstapt als CEO van het bedrijf? ‘Als de prijs van het aandeel blijft zakken, wie weet. Het was interessant dat hij zich tijdens de hoorzitting een paar keer liet ontvallen “zolang ik Facebook leid”. Wie weet’, zegt Raskin.
Toen Uber keer op keer slecht in het nieuws kwam, steeg de druk op oprichter en CEO Travis Kalanick zodanig dat hij moest opstappen. Pas daarna veranderde de koers van het bedrijf. Mogelijk wacht Facebook en Zuckerberg hetzelfde lot.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier