Phishing leverde oplichters in 2021 een kwart minder op
Oplichters hebben vorig jaar aanzienlijk minder geld buitgemaakt door consumenten hun bankcode te ontfutselen, het zogenaamde phishing. Ze maakten op die manier 25 miljoen euro buit, ruim een kwart minder dan de 34 miljoen in 2020, zo blijkt uit cijfers van bankenfederatie Febelfin en het Centrum voor Cybersecurity België (CCB).
Dat er dankzij allerlei maatregelen minder geld kon worden buitgemaakt via phishing is uiteraard een goede zaak, maar Febelfin en het CCB zien naar eigen zeggen een belangrijke verschuiving richting andere fraudevormen, zoals beleggings-, factuur-, hulpvraag- of kluisrekeningfraude, waarbij het slachtoffer wordt overgehaald om zelf geld over te maken.
Loze beloftes
Beleggings- of boilerroomfraude gaat over fictieve of waardeloze aandelen die aangeboden worden, vaak met de belofte van hoge rendementen. Bij hulpvraagfraude krijgt het slachtoffer zogezegd van familie of een kennis berichten (bijvoorbeeld over een verloren gsm), die uiteindelijk uitmonden in een vraag om geld.
Bij kluisrekeningfraude tot slot vraagt een zogezegde bankmedewerker je om geld over te schrijven naar een nieuwe, veilige rekening, omdat er met de huidige rekening fraude zou zijn gepleegd.