Telecom operator Verizon moet dagelijks op vraag van de FBI uitgebreide informatie doorgeven aan het Amerikaanse National Security Agency, onthult de Britse krant The Guardian.
De Britse krant The Guardian beschrijft in een artikel ‘NSA collecting phone records of millions of Americans daily‘ hoe krachtens een rechterlijk bevel van het Foreign Intelligence Surveillance Court dagelijks op uitgebreide schaal informatie over het telefonieverkeer moet worden doorgegeven. En dit zonder een specifieke aanleiding en zonder einddatum.
Concreet moet de Amerikaanse telecom operator alle “telephony metadata” over “alle telefonieverkeer tussen de Verenigde Staten en het buitenland, en in de Verenigde Staten, inclusief lokale telefoongesprekken” doorgegeven. Telefoongesprekken die geheel in het buitenland verlopen, zijn van dit rechterlijk bevel uitgesloten. Onder die ‘metadata’ wordt onder meer verstaan: het mummer van de oproeper en de opgeroepen correspondent, mobiele identificatienummers (IMSI en IMEI), nummers van telefoniekaarten, evenals het tijdstip en de uur van het gesprek. De data omvat wel geen “substantive content of any communication, as defined by 18 USC para 2510(8)”, en evenmin de naam, het adres of financiële informatie over een abonnee of klant.
In een commentaar in de Washington Post wordt opgemerkt dat het rechterlijk bevel – gekwalificeerd als ‘Top secret’ en pas vrij te geven op 12 april 2038 – ‘echt’ lijkt, en vermoedelijk een hernieuwing is van een al eerder uitgevaardigd bevel. Voorts zouden die bevelen er zijn gekomen op vraag van de telecom operators zelf, die anders tegen schadeclaims kunnen aankijken als klanten zouden klagen over die overdracht van informatie.
Hoewel dus geen namen worden doorgegeven, tillen de burgerrechten organisaties bijzonder zwaar aan deze onthulling. Op basis van deze informatie kunnen immers zeer zeker communicatiepatronen tussen personen worden bestudeerd. Dit informatieprogramma kadert onder meer in de Patriot Act die werd aangenomen na de 9/11 aanslagen, en werd al onder de voorgaande president Bush opgestart. Ook van president Obama werd vermoed dat hij met dit informatieprogramma was doorgegaan. Met het document dat de The Guardian brengt, wordt hiervoor nu het bewijs geleverd.
Het is niet duidelijk of ook andere telecomoperators dergelijke informatie doorspelen, maar hiervoor waren er in het verleden ook aanwijzingen, waarbij zowel Verizon, AT&T en BellSouth werden vernoemd.
Europa?
Aangezien ook informatie over gesprekken met het buitenland wordt doorgegeven, laat dit veronderstellen dat ook telefoonnummers van niet-Amerikanen worden vermeld. Wat dan weer wellicht ammunitie is voor een conflict met Europa, over het doorgeven van informatie over Europese burgers en hun communicatieverkeer. En voorts blijft natuurlijk ook de vraag of in Europa zelf niet een of meerdere landen gelijkaardige praktijken er op nahouden.
