Waarom een ruimtestation geen lang en mooi leven is gegund
China’s allereerste ruimtestation gaat binnenkort zichzelf vernietigen. Het tuig zakt steeds dichterbij de atmosfeer, en zal uiteindelijk verbranden. Waarom staat menig ruimtestation zo’n snel en wreed einde te wachten?
Tiangong-1 is de naam van China’s ruimtestation dat ten dode opgeschreven is. Het tuig werd in september 2011 als een prototype gelanceerd, en oorspronkelijk moest het maar twee jaar lang dienst verlenen. Die pensioenleeftijd is dus al lang overschreden, en in 2016 had China uiteindelijk de controle over het ruimtestation verloren.
Op hol geslagen ruimtestation
Volgens wetenschappers van de European Space Agency (ESA) zal het station zichzelf vernietigen tussen 24 maart en 19 april. Het stuurloze Tiangong-1 komt aan een toenemende snelheid in een steeds lagere baan om de aarde terecht. Uiteindelijk zal het rond die periode in onze atmosfeer crashen.
De onderzoeksorganisatie Aerospace Corporation stelt vast dat er ook een kans bestaat dat het gevaarte, dat 8,5 ton weegt en tien meter lang is, al dan niet gedeeltelijk op de Aarde neerstort. “Als dat gebeurt zouden de overige delen in een straal van 100 kilometer neerstorten”, stelt de organisatie. Al is de kans enorm klein dat een specifiek individu geraakt zal worden door een brokstuk van het ruimtestation, stellen de wetenschapper gerust. De kans om morgen een grote pot van een kansspel te scoren is zo’n miljoen keer groter.
Dode ruimtestations
Twee ‘taikonauten’, dat is de naam voor Chinese astronauten, konden hun woonplaats maken van het compacte Tiangong-1. De bedoeling van het project was dat het ruimtestation als grondlegger zou dienen voor de ontwikkeling van een groter, modulair exemplaar dat wetenschappers dan tegen 2020 in een baan om de aarde zouden brengen.
China’s ruimtestation is niet het enige exemplaar dat al vernietigd is, of in de dodenrij wacht. Bekende voorgangers zijn het Russische station Mir uit 1986, het Amerikaanse Skylab en het Russische Salyut.
Het recentste, en meest bekende voorbeeld van een ruimtestation dat met de dood bedreigd is, is ongetwijfeld het International Space Station (ISS). De regering-Trump wil de geldkraan vervroegd dichtdraaien van het internationale ruimtestation waar onder andere de Belgische ruimtevaarder Frank De Winne een tijdlang verbleef. Al zou er ondertussen ook een plan in omloop zijn waarbij het ISS in private handen terecht zou komen.
Bron van bacteriën
Maar waarom is de levensduur van een ruimtestation dan zo relatief klein? Het antwoord op die vraag zit hem in de complexe omstandigheden die de ruimte met zich mee brengt. De buitenkant van het ruimtestation moet afrekenen met micrometeorietinslagen, extreme radiatie en grote temperatuurschommelingen.
In het interieur is er dan weer de ontwikkeling van micro-organismen die een gezondheidsrisico kunnen vormen voor de bewoners van het station. Bij het Russische Mir bijvoorbeeld toonden stalen aan dat er door de jaren heen een zorgwekkende ontwikkeling van onder meer huisstofmijt, protozoën en amoebe was gevormd.
Het ISS kampt nu met gelijkaardige problemen volgens NASA. Op de plaats waar astronauten na fysieke trainingen hun sportkleren achterlieten, ontwikkelen zich sporen van schimmels. “Dit bewijst dat biologische contaminatie geen oud probleem is, of enkel voorkwam bij Mir”, stelt Mark Ott, gezondheidsexpert van het Johnson Space Center in Houston.
Wegwerp-ruimtestations
Dan blijft de vraag bestaan waarom ruimtestations zo’n pijnlijke dood moeten eindigen. Net als het Mir zal nu ook Tiangong-1 een ontmoeting met de aardse dampkring te wachten staan. Technisch gezien zou het mogelijk moeten zijn om een ruimtestation uit te rusten met warmteschilden en een parachuteopstelling. NASA’s Orion ruimtevaarttuig is bijvoorbeeld gebouwd met een kwalitatief warmteschild dat zo’n 5 meter reikt.
Geld is de belangrijkste reden. Het ISS was een project dat 100 miljard dollar heeft gekost, en jaarlijks wordt er nog eens drie à vier miljard gepompt in onderhoudskosten. SpaceX doet bijvoorbeeld wel inspanningen om raketten zo herbruikbaar mogelijk te maken, maar alleen omdat het op die manier zo’n 30 procent van de lanceringskosten kan besparen.
Modulaire ruimtestations
Toch zijn er momenteel verschillende bedrijven die aan een manier werken om ruimtestations langer mee te laten gaan. Naast China dat de aftrap gaf met het onfortuinlijke Tiangong-1-prototype, hebben onder meer ook NASA en het Amerikaanse Bigelow Aerospace hun zinnen gezet op de bouw van een modulair station. Op die manier zouden delen van een ruimtestation op een voordeligere manier terug naar de aarde kunnen worden gebracht, waardoor het vijftig jaar of langer zou kunnen overleven.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier