Het Aastra 5000 systeem moet de aanwezigheid van Aastra in grote ondernemingen versterken. Hoewel het aanbod op termijn moet afslanken, mikt het commerciële scenario in België voorlopig nog op diversiteit.
Minder dan vijf jaar na zijn eerste stappen op de Europese markt mikt het Canadese Aastra op een plaats tussen de hoofdrolspelers (1). De huidige catalogus voor bedrijfstelefonie, met onder meer ip- of hybride centrales, routers, switchers, PSTN-ip-gateways, CTI-oplossingen (Computer Tele-phony Integration) , unified messaging en call centers, is in de eerste plaats het resultaat van een uitgekiende overnamestrategie: Ascom in 2003 (Ascotel-gamma), EADS (NeXspan-aanbod) en DeTeWe Business (OpenCom-gamma) in 2005, en recent de PBX-afdeling van Ericsson (die overname moet eind april voltooid zijn).
Geleidelijk aan zullen de gamma’s geharmoniseerd worden. “Het vertrekpunt voor de rationalisering van de systemen wordt de afstemming op een gemeenschappelijke norm: SIP”, zegt Thierry Grégoire, algemeen directeur van het Belgische filiaal. Een SIP-protocol dat naar zijn zeggen “aan alle behoeften kan voldoen”. Of toch aan die van klassieke gebruikers. Om het SIP-potentieel aan te vullen heeft Aastra besloten gebruik te maken van XML-scripts “die functies zullen toevoegen zoals de doorschakeling van oproepen, aanwezigheidsbeheer, geprogrammeerde toetsen,…”
Aastra in alle geledingen
Met de lancering van Aastra 5000 mikt het bedrijf duidelijk op grote ondernemingen (500 tot 150.000 gebruikers, of 2.000 sites), “met als primaire doelgroep ondernemingen met 5.000 gebruikers”. Daarmee vormen ze een rechtstreekse concurrent voor Cisco en Alcatel-Lucent. Andere potentiële klanten: gehoste dienstenleveranciers en een aantal specifieke markten zoals het bankverzekeringswezen, ziekenhuizen, detailhandels,…
Aastra 5000 wordt voorgesteld als de “volgende stap in het NeXspan-gamma”, dat zal migreren naar het nieuwe aanbod, waarbij de kaarten en toestellen hergebruikt worden. Met zijn Linux-basis (Red Hat 5.1) is Aastra 5000 een ip-gebaseerde softwareoplossing voor unified communications die op een standaardserver draait, werkt met (S)-IP-terminals en een overbrugging aanbiedt naar traditionele oplossingen (analoog, Dect).
Voor meer redundantie en operationele continuïteit kan de software geïnstalleerd worden op twee servers (met een onbeperkte afstand tussen de twee, zo belooft Aastra), om de continuïteit van de operaties bij een overschakeling te garanderen. Zo kan de software ook worden geïnstalleerd op de lokale SIP-gateway.
Er worden drie types applicaties beoogd: verticale applicaties (unified messaging, aanwezigheidsbeheer, oplossingen voor callcenters, verspreiding van alarmen,…), integratie met bedrijfsoplossingen (erp, crm), en integratie met de Microsoft-omgeving (Office Communications Server, Exchange 2007, Active Directory) voor ondersteuning van de klanten in heavy client mode.
Voor de verkoop is het bedrijf op zoek naar nieuwe partners. Zo werden er in Frankrijk al akkoorden afgesloten met Atos Origin en Orange. In België werd er een contract afgesloten met Prodata, de laatste partner die werd aangetrokken voor de verkoop van het NeXspan-gamma. Hoewel de vier andere NeXspan-partners (DKM, Newtel, Modal, Hanssens Telecom) ook worden benaderd, is Astra duidelijk op zoek naar bedrijven met de nodige omvang en expertise om te kunnen omgaan met de (zeer) grote bestekken die eraan te pas komen bij de positionering van Aastra 5000.
Zowel rechtstreeks als onrechtstreeks
De verkoop van Aastra-producten is in België nogal, zacht uitgedrukt, onoverzichtelijk. De producten van Ascotel worden rechtstreeks verkocht door een team van 9 personen. Het OpenCom-aanbod (DeTeWe) passeert exclusief via Belgacom, een situatie “die nog een paar jaar zal duren”, benadrukt Thierry Grégoire. De NeXspan-producten (EADS/Matra) worden dan weer onrechtstreeks verkocht. Ook de producten van Ericsson (de officiële bekendmaking wordt eind april verwacht) zullen onrechtstreeks worden verkocht.
Zoals de zaken er nu voor staan is Aastra niet van plan om daar iets aan te veranderen. “We zijn niet van plan om grote systemen rechtstreeks te gaan verkopen”, aldus Thierry Grégoire. “Onze aanwezigheid is nog niet voldoende om de hele markt te dekken. Bovendien vermijden we met de huidige situatie [een verschillend scenario per gamma] concurrentieproblemen tussen de rechtstreekse en onrecht-streekse kanalen.”
(1) In België claimt Aastra een marktaandeel van 10 %, voornamelijk in het goedkopere segment, via het OpenCom-gamma dat door Belgacom wordt verkocht. Wat Ascotel en NeXspan betreft liggen de cijfers grotendeels rond de 4 %. Het bedrijf zegt ook de nummer één te zijn in de Benelux in het segment van de systemen met minder dan 100 lijnen (ondernemingen met 10 tot 150 personen).
Op Europees vlak is het naar eigen zeggen de nummer drie met een marktaandeel van 12 % voor alle telefoonsegmenten samen (exclusief de portefeuille van Ericsson, die nog niet werd meegeteld).
Brigitte Doucet
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier