Automation ziet markt voor prefab datacenters
Automation in Halle blijft verder bouwen aan kant-en-klaar geleverde datacenters in containervorm. “Een ideale manier om kort op de bal te spelen en investeringen in facilities te laten samenvallen met die in IT”, aldus CEO Jo Aelbrecht.
Vertrekkende vanuit de eigen historische kennis rond energie- en koelingsvoorzieningen, startte Automation in 2009 met het bouwen van datacenters in containers. Aanvankelijk voor bepaalde applicaties als disaster recovery, of voor moeilijk bereikbare gebieden of speciale sectoren als de petroleumindustrie en het leger.
De standaardcontainers van toen zijn een groot verschil met de prefab datacenters van nu die tot 8 meter kunnen reiken. “De behuizing is geen standaard containerformaat meer, maar is meer op maat van de racks en servers. De hele container bouwen we hier in Halle helemaal zélf. We doen het design, de engineering en lassen hier ook zélf alles aan elkaar”, vertelt ceo Jo Aelbrecht.
De groei van het internet of things en de grotere densiteit aan connectiepunten stuwt de groei in datacenters. “Maar cio’s zitten met de handen in het haar want zij weten écht niet meer wat voor type datacenters ze nu echt nodig hebben om in te spelen op de behoeften van de eindgebruiker en de business”, zegt Jurgen Caeyman, de chief commercial officer voor de datacenter facilities afdeling bij Automation. “De in-memory technologie van SAP HANA heeft bijvoorbeeld heel wat ramgeheugen nodig, waardoor je veel meer koeling en stroom nodig hebt. De kans dat een datacenter een verkeerde configuratie heeft om snel in te spelen op zo’n veranderende noden is groot”, aldus Caeyman.
DATACENTER DIMENSIONEREN
Nieuwe facilities bouwen – datacenters, zeg maar – is uiteraard altijd een optie, “maar dan nog is het bijzonder moeilijk om in te schatten wat je behoefte binnen pakweg twee jaar gaat zijn”, klinkt het.
De convergentie in infrastructuur – het bijeenbrengen van opslag, rekenkracht en netwerking in één behuizing – is ondertussen realiteit in heel wat datacenters, maar het datacenter zelf is niet mee geëvolueerd.
“Het dimensioneren van facilities rondom de it-infrastructuur, dát is wat wij doen”, zegt Aelbrecht die er prat op gaat dat Automation alleen maar producten op maat van de klant verkoopt. “We willen dat de investering in facilities gematcht worden met investeringen in it. Op het moment dat je beslist over de aankoop van je it-materiaal, moet je eigenlijk ook je datacenter mee bestellen. Dat maakt dat je een erg interessant kostenplaatje creëert én dat je meteen je nieuwe it optimaal laat renderen. Is de infrastructuur na drie jaar afgeschreven en niet meer naar de behoefte van de markt ? Zet dan meteen een nieuw datacenter met nieuwe infrastructuur die je opnieuw samen afschrijft. Waarom aanmodderen als het ook zo kan ?”
PREFAB
Volgens de Automation-ceo gaan er in de nabije toekomst enkel nog gigantisch grote datacenters à la Microsoft Azure en Amazon Web Services overblijven, die bestaan naast de kleinere datacenters die voornamelijk de private clouds van bedrijven in de lucht houden. “Denk dan aan datacenters met maximaal 6 tot 10 racks in high density en helemaal geconvergeerd. Zo’n type datacenter kan perfect als prefab”, stelt Aelbrecht.
Moeilijkheden ziet de ceo ook wel. “Het datacenter zit nu nog vaak bij de facility manager. Onze aanpak is disruptief en bedreigt onrechtstreeks ook de job van die facility manager. Dat is dus zeker nog een uitdaging voor ons”, erkent Ael-brecht.
Automation plaatste al datacenters bij onder meer Tele Atlas, de Europese Commissie, de Vlaamse Milieumaatschappij, Elia en de universiteit van Gent. Internationale klanten – vooral dan binnen Europa – zijn bijvoorbeeld Johnson & Johnson, ArcelorMittal, Atlas Copco, BP, Vodafone, Fraunhofer en Ericsson. Vorig boekjaar draaide Automation een omzet van zo’n 10 miljoen euro. Voor dit jaar verwacht Aelbrecht gezonde groeicijfers.
Kristof Van der Stadt
“Laat de investeringen in facilities gelijk lopen met die in IT”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier