In het artikel dd 15/03 poneert Jeroen Wils een aantal zaken over Bekaert. Wat ongetwijfeld als interessant opinieartikel leest vergt toch behoorlijk wat kanttekeningen. De hele Bel 20 op een hoopje gooien inzake hun presence-graad in social media is kort door de bocht. Hun enige gemeenschappelijke deler is immers veelal dat ze in de Bel 20 staan. Markten, consumenten, klantenservice etc. verschillen dermate dat een vergelijking kant noch wal raakt.
Buiten het feit dat er verkeerdelijk verwezen werd naar een onbestaande Bekaert-Facebookpagina – ruim twee jaar actief op http://facebook.com/NVBekaertSA- werd het sociale gebeuren herleid tot Facebook en Twitter. Als graadmeter van onze Twitteractiviteit de 28.000 (niet 20.000) werknemers nemen en daar de link leggen met het aantal followers fronst zo menig wenkbrauw. Zeker als er dan nog een stelling volgt dat de beste leerling van de klas, Telenet, 17.000 followers heeft. Dat dit een b2c-bedrijf is met ruim een miljoen klanten werd eventjes buiten beschouwing gelaten. Telenet, Colruyt, Delhaize e.a. maken deel uit van ieders directe dagelijkse leefwereld. Toch iets helemaal anders dan de Bekaerts en Nyrstars van deze wereld.
B2b en b2c door elkaar schudden en poneren dat ze op eenzelfde manier online services kunnen bieden of conversaties starten is onjuist. Terecht is wel de kritiek dat sommigen überhaupt niet aanwezig zijn op de nieuwe media. Bekaert is een globale traditionele b2b-speler die, enkele uitzonderingen te na gesproken, nooit of te nimmer bij het grote internationale publiek gekend is. Of denkt u dat de staalkoord die 1 op 4 autobanden in de wereld versterkt een bepaalde klanttevredenheid zou impliceren via een ‘like’ op Facebook? Bij het monitoren van het sociale web stellen we een zeer lage buzz vast over ons bedrijf, laat staan over onze producten die ergens in het productieproces gebruikt worden bij andere bedrijven of in andere producten.
Wat ik wel durf zeggen is dat er de laatste jaren meer dan duidelijk belang gehecht werd aan de online presence van onze oude staalreus: een moderne webomgeving, een presence op de meeste social mediaplatformen, of een online jaarrapport – ook op tablets – en dat goed scoort in het onderzoek van CFO Square. Evolutie naar het nieuwe digitale normaal zonder revolutie is immers niet onmogelijk. De sociale media platformen gebruiken als verlengstuk om het geringe aantal officiële persberichten de wereld in te sturen, lijkt dan ook absoluut te verantwoorden. Binnen de gekozen ePresence-strategie in 2008 wilden we enkel garanderen dat wie ons zoekt ons kan vinden – van LinkedIn over Google+ tot Quora en YouTube. Dat dit alles voor verbetering vatbaar is en we mogelijks meer conversatiepotentieel hebben geef ik grif toe, maar daar staan serieuze resources tegenover en een hele hoop noodzakelijke veranderingen. Deze uitdaging zullen we niet uit de weg gaan, maar first things first.
STEPHEN DELVOYE eCommunication Manager Bekaert
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier