Hij bracht Belgacom naar de beurs, overleefde drie ceo’s en stond twee maal zelf kort aan het roer. Financieel directeur Ray Stewart trekt de deur achter zich dicht maar niet zonder eerst terug te blikken op een carrière tussen de cijfers.
Hij treedt zelden in de schijnwerpers maar zat de afgelopen achttien jaar achter op de tandem van respectievelijk John Goossens, Didier Bellens en Dominique Leroy. Zijn naam circuleerde even na het ontslag van Bellens, maar Stewart is formeel. “Het is zelfs nooit in me opgekomen. Misschien is dat wel de reden van mijn goede relatie met de ceo, ze wisten dat ik niet op hun job aasde.”
Het hoogtepunt was ook niet de twee keer dat Stewart als chief executive mocht tekenen, maar wel de beursgang. “Dat is veruit het grootste moment geweest. Veel cfo’s werken hun hele leven zonder een IPO, ik heb er twee mogen doen (In 1996-1997 bij het Hongaarse Matav, in 2004 bij Belgacom, nvdr).”
De schatkistbewaarder van Belgacom is blij met zijn parcours. “Ik ben beschuldigd geweest van conservatisme en risico-aversie, maar we hebben flink wat overnames gedaan, ook in het buitenland. Met Ben (de voormalige Nederlandse operator van Belgacom), in Frankrijk en uiteraard de overname van Telindus. Maar we hebben wel altijd grote risico’s vermeden. Andere grote telecombedrijven hebben veel grotere deals gesloten waarbij ze enorme bedragen moesten lenen en zo het bedrijf in gevaar brachten eens hun overname niet rendeerde naar verwachting. Op dat vlak heeft Belgacom risico’s genomen, maar nooit de toekomst van het bedrijf in gevaar gebracht.”
Het Nederlandse avontuur met Ben is voor Stewart de beste deal uit zijn carrière. De licentiegelden voor 3G waren bijzonder hoog, maar ze niet kopen betekende ook niet concurreren. “Dat bracht ons in een lastig parket”, zegt Stewart. “Ik had er geen rekenmachine voor nodig om uit te rekenen dat als we zoveel betalen en nadien investeren in het netwerk… Je zou bijna bereid moeten zijn om je kinderen geen eten meer te geven.” Maar Belgacom had geluk, want toen besloot Deutsche Telekom naar Nederland te trekken. “Wat niemand van ons toen wist, was dat de mobiele markt op dat moment aan de maximale waardering zat die ze ooit zou halen. We hadden geluk met de timing en het was een goede deal. Dat is de reden dat er bij mijn vertrek een behoorlijke balans op tafel ligt.”
Stewart begon bij Belgacom toen John Goossens het bedrijf omvormde van een oubollig staatsapparaat naar een functionerend modern bedrijf. “John was larger than life. Ik was verpletterd op de dag dat hij stierf, want je dacht dat hij gewoon onverwoestbaar was. Maar alle drie de ceo’s hebben een indruk nagelaten. Waar we vandaag met Dominique (Leroy, nvdr) zijn is fantastisch. Haar marketinggeoriënteerde achtergrond hebben we vandaag nodig en dat wordt nog belangrijker met alle ott-spelers zoals Google, Facebook en Twitter die er aankomen.”
Over Didier Bellens, met wie Stewart het langst samenwerkte, wil Steward geen kwaad woord kwijt. Wel betreurt hij de manier waarop hun samenwerking tot een einde kwam. “Dat was spijtig om twee grote redenen : het had een impact op Didier en op het bedrijf. Ik heb de geruchten gehoord over zijn gezondheid en ik hoop dat ze nu beter is. Maar ik ben er zeker van dat alle problemen van toen zijn gezondheid niet hebben geholpen.” Maar ook voor het bedrijf zelf was de situatie nefast. “Je opent de krant en alles over je bedrijf is negatief. Dat vreet aan je na een tijdje. Je moraal gaat omlaag en dat voelde je in het bedrijf. Het was niet goed.”
Stewart nuanceert wel dat zijn relatie met Bellens vooral professioneel was. “Ik heb niet meer met hem gesproken en hem ook niet meer gezien. De laatste keer was op donderdag voor hij op vrijdag door de regering werd ontslagen.” Dat de twee samen golf speelden ontkent hij. “Op een teambuilding speelde Didier wel eens, maar we hebben nooit competitief tegen elkaar gespeeld.”
De overheid bezit de helft van Belgacom en klopt bij elke begrotingsoefening aan voor extra dividend. Maar Stewart klaagt niet over de staat als aandeelhouder. “Ik heb met hen in mijn achttien jaar geen slechte ervaringen gehad. De regering komt bijna nooit tussen in de business. Ook als we iets wilden doen, dan steunden ze ons. Toen John Goossens nog leefde hebben we een fusie met KPN bekeken en daarin kregen we steun van hen. Ook bij belangrijke strategieën was dat zo. En wat de dividenddiscussie betreft… Ik wil niet zeggen dat ze overdreven is, maar misschien wel een beetje opgeblazen.”
Stewart verlaat de sector op een moment dat de geruchtenmolen over consolidaties volop draait. Hij sluit niet uit dat er overnames en fusies in de sector aankomen, maar enkel als die zinvol zijn. “Als de synergie groot genoeg is, dan zal het gebeuren omdat de markt er op drukt. Maar als het is om gewoon groter te worden dan niet. Anderen hebben dat geprobeerd en dat is niet gelukt.” Ook wat Belgacom betreft ziet hij niet meteen de nood. “Ik zie geen enkele reden waarom we niet op onszelf succesvol kunnen zijn. Maar dat betekent nog niet dat je geen relaties kan hebben met andere spelers, zoals wij met Swisscom. We praten over wat we doen, je deelt ideeën en best practices. Daarom moet je nog niet fuseren of elkaar opkopen.” Om zelf overnames te doen blijft hij bescheiden. “Er is wat vrije ruimte op de balans, maar we kunnen geen Deutsche Telekom overnemen.”
Die balans wordt bij veel bedrijven verbeterd met allerlei fiscale constructies. Als Stewart de vraag krijgt of bedrijven dat net wel of niet horen te doen dan pleit hij voor verantwoordelijkheidsgevoel. “Je belastingbeleid moet sociaal verantwoord zijn. Wij zouden via onze Luxemburgse vestiging perfect de Belgische belastingen kunnen ontwijken omdat we die in Luxemburg afdragen. Maar dat kan je niet maken. Ons hoofdkwartier is hier, onze mensen werken hier en daar moet je eerlijk en verantwoordelijk in zijn. Op dat vlak schaam ik me voor niets wat we de afgelopen 18 jaar hebben gedaan.”
Belgacom moest zich hervormen voor de liberalisering van de markt en voor de beursgang. Maar de opmars van Telenet kon het niet drukken. Al wil hij niet gezegd hebben dat het bedrijf werd onderschat. “Telenet was destijds bijna bankroet. Ik herinner me dat Goossens en ik werden gevraagd om te bekijken hoe we hen konden helpen op een of andere manier want ze konden geen geld krijgen van de bank. Maar ze hebben goede technologie en Duco (Sickinghe, ex-ceo van Telenet, nvdr) was vanuit marketingstandpunt geweldig dus ik ga geen kritiek op hen geven.”
Stewart is ondanks zijn Amerikaanse roots niet van plan om terug te keren naar de VS. “We hebben een appartement in Manhattan dat we soms bezoeken, maar we blijven hier wonen. Op dat vlak voel ik me vandaag meer Europeaan en Belg dan Amerikaan. Telkens ik van de VS terug naar Brussel kom, dan kom ik thuis.”
Pieterjan Van Leemputten
“Ze wisten dat ik niet op hun job aasde, misschien is dat wel de reden van mijn goede relaties met de CEO.”
“Er is wat vrije ruimte op de balans, maar we kunnen geen Deutsche Telekom overnemen.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier