‘Zullen we straks opnieuw met een ganzenveer moeten schrijven?’, zo vraagt een topman van een federale overheidsdienst zich af. De regering heeft onlangs immers beslist om nog maar eens 22 procent minder te investeren in it-oplossingen. Een lineaire, roekeloze en blinde besparing die met ongeloof, onbegrip, meewarigheid en vooral zorgwekkendheid ontvangen wordt. ‘Mijn budgetten zijn reeds met 30,5 procent gedaald ten opzichte van 2009. Deze nieuwe besparing betekent dat we volgend jaar met een it-investeringsbudget zitten van 47,5 procent ten opzichte van vijf jaar geleden.’ Minister Alexander De Croo die de digitale agenda zou moeten bepalen zwijgt in alle talen. Een digitale agenda heeft trouwens ook pas zin als je er streefdata en mijlpalen in aanbrengt. Er staat er eentje heel duidelijk in het regeerakkoord: ‘De regering gaat voor een digitale federale overheid tegen het einde van de legislatuur’. Hoe Michel I dat wil doen met dergelijke ingrijpende en onredelijke besparingen is me een raadsel. Dit is niet langer snijden in het vlees, dit is voluit in het bot. Overigens is het verbazingwekkend dat de weg naar een ‘digitale federale overheid’ volgens de Wetstraat enkel gaat om het wegwerken van ‘de papierberg’. In de pluchen zetels van het parlement heeft men het dus duidelijk nog niet begrepen. Laten we de digitale transformatie, want daar gaat het om, zien als een vijfjarenplan (als de regering het zolang volhoudt) met een strategische visie.
Een digitale agenda is immers een wollig begrip van de Europese Commissie. Het is duidelijk dat de bejaarde commissaris Neelie Kroes hier ook weinig van gebakken heeft. Buiten een lineaire verlaging van de mobiele roamingtarieven, is de versnippering in Europa op het vlak van e-commerce en andere toepassingen nog steeds verschrikkelijk. Parkeer dat ouderwets begrip ‘digitale agenda’. Maak er een minister van digitale transformatie van. En wie digitale transformatie zegt, weet dat het niet enkel over het wegkieperen van de papierberg gaat, dat er precies moet geïnvesteerd worden in vernieuwende projecten, op een slimme, doordachte manier. Dat je daarbij best kan samenwerken over alle federale overheidsdiensten samen lijkt een ‘no-brainer’. Open, flexibele en goedkopere raamovereenkomsten kunnen daarbij helpen.
Overigens is het opvallend dat de Belgische it-industrie amper groeit. In ons overzicht van de top 1000 it-ondernemingen blijkt dat de omzet de jongste twee jaar stagneert op zo’n 33,78 miljard euro. En het is nog steeds opmerkelijk dat de 30 grootste it-bedrijven voor zowat 60 procent van de totaalinkomsten staan. Dat wijst ook op de zeer versnipperde biotoop waarin ook in 2015 een verdere consolidatie zal plaatsvinden. Het wordt dus ongetwijfeld opnieuw een spannend jaar. Het tekort aan informatici zal daarbij steeds nijpender worden. ‘Nerds’ mogen dan al wel weer in zijn, er zijn minstens 10.000 it’ers nodig. En die hebben in de digitale transformatie ook allemaal nieuwe vaardigheden nodig. ‘Ik heb minstens de helft meer it-personeel nodig. Nieuwe aanwervingen zijn echter geen optie’, zo schrijft de federale topman. Het wordt tijd dat de federale regering Michel I de juiste prioriteiten legt. Of we mogen inderdaad straks allemaal opnieuw met een ganzenveer gaan schrijven. Bij een mobiele tablet- en smartphonegeneratie is dat helaas geen optie. Blinde besparingen evenmin.
HOOFDREDACTEUR – LUC.BLYAERT@DATANEWS.BE
LUC BLYAERT
De redactie wenst u, uw familie en al wie u liefhebt, een pittig, interessant en vooral vrolijk 2015.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier