Tot die conclusie komt Jean-Baptiste de Looz Coreswarem van Axa Bank. Hij doet vreugde en verdriet van een chief risk officer in de banksector uit de doeken.

Axa Bank wordt als ‘gewone’ retailbank natuurlijk niet geconfronteerd met dezelfde complexe en uiteenlopende risico’s als andere banken. Toch moet de chief risk officer (CRO) de risico’s van bepaalde producten (voornamelijk consumentenkredieten) zo goed mogelijk zien te beheersen.

Bij Axa zijn de uitwerking en modellering van het risicobeleid de zaak van de business, meer bepaald het departement krediet voor particulieren en kleine bedrijven. Dat beleid wordt voor validering en commentaar voorgelegd aan het risk management-team en vervolgens doorgesluisd naar meerdere comités, tot en met het directiecomité. Dat comité valideert elk model alvorens het ter goedkeuring aan de CBFA voor te leggen. “Het doel hiervan”, zegt CRO Jean-Baptiste de Looz Coreswarem, “is de best mogelijke risicokwaliteit te krijgen, waarbij kredietanalisten en de modellenbouwers (risk analysts) permanent overleg plegen. Die laatsten zijn statistici of wiskundigen die een opleiding in data mining hebben gevolgd.”

De opeenvolgende controles zijn van tweeërlei aard: kwalitatief, door de dagelijkse gebruikers van de gegevens, en kwantitatief, waarbij voorspellingen en resultaten periodiek worden vergeleken. Die kwantitatieve controles, die volledig automatisch verlopen, verifiëren de stabiliteit van de betrokken populatie, de efficiëntie van het model (is het voorziene risiconiveau correct?) en de prestaties ervan (doen de verwachte risico’s zich voor in de populatie?).

“Ondernemingen stellen zich vaak tevreden met kwantitatieve controles. Het kwalitatieve aspect wordt gemakshalve ‘vergeten’ omdat het moeilijker uit te voeren is. Bij Axa Bank organiseert het risk management-team elke maand bijeenkomsten met de gebruikers van het model. Het zijn zij die van dag tot dag geconfronteerd worden met, vaststellen dat een zogezegd ijzersterk dossier geweigerd is (of omgekeerd) en die gevallen op tafel brengen. De uitzonderingen passen niet altijd in een mal. Sommige, bijwijlen zeer ‘perifere’ parameters ontsnappen soms aan het model en moeten er worden in opgenomen om het sluitend en efficiënt te maken. De macro-economische situatie speelt ook mee. Misschien dateert het model nog van een periode dat alles goed ging en is het niet meer geldig omdat de werkloosheid gestegen is of omdat de wetgeving intussen gewijzigd is.”

De limieten van de automatisering

Volgens de Looz zijn automatische controles niet aangewezen voor het kwalitatieve gedeelte. “De producten zijn te verschillend, de realiteit te complex. In de directie heb je mensen nodig die de tijd nemen om de producten te analyseren die complex kunnen zijn maar die vooral goed gedocumenteerd moeten zijn. Ze moeten de ontwerpers van het product of model ook om uitleg kunnen vragen.” Maar, zo voegt hij er meteen aan toe, CRO’s met zo’n profiel lopen niet dik gezaaid. ‘”Je moet niet alleen alle basisproducten kennen en ermee gewerkt hebben, maar ook terreinkennis hebben en een juridisch document kunnen lezen om de bestaande risico’s in een bepaald contractueel kader te kunnen plaatsen. Ook onmisbaar is wiskundige kennis, daarom niet gespecialiseerd, maar genoeg om te begrijpen wat een product kan opbrengen en om zelf de berekeningen te kunnen overdoen.”

De aanpassing van de modellen aan de veranderende context is een andere uitdaging. “Een model opnieuw maken kan twee maanden duren, de tijd om het te bouwen, te toetsen en te verifiëren met de mensen op het terrein. De creativiteit van de modelbouwer kent soms geen grenzen, maar het in productie brengen door de it geeft vaak technische problemen en vereist een hoop flexibiliteit.”

Is dit een van de redenen voor het evidente gebrek aan vooruitziendheid waaraan de banken zich de laatste jaren bezondigd hebben? “Het was een vergissing te investeren in dermate complexe producten. Sommige kredieten zijn op alle mogelijke manieren ‘verpakt’. Het risk management is daardoor te ingewikkeld geworden om nog te begrijpen. Aan de andere kant hebben de banken veel te veel vertrouwen gesteld in de ratingbureaus die hun huiswerk niet altijd even grondig en zorgvuldig hebben gemaakt.” Het gevolg was dat de noteringen fout zaten, dat producten met een AA-rating in feite echte tijdbommen waren die een voor een zijn ontploft. “We hebben ons een rad voor de ogen laten draaien met die constructies”, aldus Jean-Baptiste de Looz. “We vergaten wat eronder zat, namelijk mensen die hun leningen moesten terugbetalen.”

Brigitte Doucet

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content