Midden het gevecht om het datacenter tussen onder meer HP en Cisco, komt Juniper met hernieuwde wapens op het strijdtoneel. ‘QFabric’ introduceert een fundamenteel andere netwerkinfrastructuur. “Broodnodig, want dat netwerk is niet meegeëvolueerd met zijn tijd”, aldus Juniper-oprichter Pradeep Sindhu.
Het waren oprichter en cto Pradeep Sindhu en ceo Kevin Johnson die op een persconferentie in San Francisco tekst en uitleg gaven over het ambitieuze ‘QFabric’-aanbod. “We hebben het datacenternetwerk van de grond af opnieuw uitgetekend, tot een netwerk met slechts één laag”, zei Pradeep Sindhu. “Het is het resultaat van één jaar incubatie, drie jaar R&D en 1 miljoen manuren”, voegde Sindhu daar trots aan toe. Daarvoor was het project bekend onder de naam ‘Stratus’. Volgens Juniper is het netwerk niet meegeëvolueerd met de andere ontwikkelingen in een datacenter. “Applicaties zijn de laatste jaren drastisch veranderd, denk maar aan software as a service. Servers werden alsmaar gevirtualiseerd. En ook in storage zagen we die evolutie. Maar het netwerk? Dat is er alleen maar ingewikkelder op geworden en geraakt door de exploderende bandbreedte alsmaar meer verzadigd. Dat maakt een datacenter ontbetrouwbaar en inefficiënt. Zelfs een gloeilamp werkt efficiënter”, zegt Sindhu wat schertsend.
Enabler voor cloud computing
QFabric is voor Juniper meer dan een loutere productaankondiging. Het gaat om een fundamenteel andere netwerkinfrastructuur die volgens Juniper een “enabler voor cloud computing” moet worden. QFabric is dan ook vooral geschikt voor datacenters met voldoende schaalgrootte. Daarbij viseert Juniper onder meer het Nexus-aanbod van grote concurrent Cisco. “De QFabric-architectuur is tien keer sneller, verbruikt 77 procent minder energie, is veel minder complex en gebruikt 90 procent minder ruimte in het datacenter”, somde ceo Kevin Johnson enkele voordelen op.
“Het haalt heel wat complexiteit weg”, zegt Pradeep Sindhu, “en het zorgt ervoor dat iedere server, elk appliance, of ieder storagedevice de volledige snelheid haalt. De enige limiet is de hardwarelimiet van elk toestel in het netwerk.” Juniper slaagt daarin door elk type toestellen (server, storage, appliances voor onder meer load balancing of application accelerating en routers) als een unieke pool te behandelen en ze anders te connecteren. In plaats van een traditionele aanpak met drie lagen, hanteert QFabric een vlakke netwerktopologie. “Eén laag, met daarop alle nodes, en interconnecties tussen alle nodes”, legt Sindhu uit. In die laag zit intelligentie ingebouwd die er moet voor zorgen dat datapakketjes snel afgeleverd worden op de plaats waar ze moeten terecht komen. “Congestie komt en gaat en is dikwijls erg onvoorspelbaar”, zegt de cto, “dus kun je maar beter de control loop beheersen.” Is er netwerkcongestie op een bepaald pad, dan wordt meteen een andere route gekozen om tot aan de eindbestemming te komen. “Vergelijk het met aanschuiven aan de securitycontrole in een luchthaven. Aanschuiven in één rij, waarbij aan het einde van die rij iemand naar de eerst vrijgekomen plaats gestuurd wordt werkt efficiënter”, zegt Sindhu. “Hoe groter de schaal, hoe moeilijker het is om het probleem op te lossen. Maar dat maakt net dat de voordelen ook zo groot zijn, als je het probleem toch aanpakt.”
Inefficiëntie wegwerken
De oprichter van Juniper windt er geen doekjes om. “Het heeft allemaal met fysische beperkingen te maken. Als bij technologische verbeteringen die inspanningen niet meer opwegen tegen het uiteindelijke rendement, dan ben je tegen een limiet opgebokst. En dan moet je op zoek naar andere manieren”, legt Sindhu uit, waarbij hij de vergelijking maakt met Intel. “In 2005 is de race naar hogere kloksnelheden beginnen afkalven. Uiteindelijk heeft Intel ingezien dat een andere oplossing aangewezen was en is het bedrijf met multicore gestart.” Het is uitgerekend rond die tijd dat Juniper begonnen is met ‘project Stratus’ wat nu resulteert in QFabric. Vanaf het derde kwartaal moet dat beschikbaar zijn. Dit kwartaal moet wel al een eerste product beschikbaar zijn: de QFX3500. In essentie is dat een Ethernet-switch die als een opstap moet dienen naar de nieuwe architectuur. Partners als IBM, NetApp, CA Technologies en VMware scharen zich mee achter het aanbod. Tot de eerste klanten behoren NYSE Euronext en het Amerikaanse NERSC dat de vijfde grootste supercomputer ter wereld beheert.
Ceo Kevin Johnson benadrukte overigens wel dat QFabric er aan de buitenkant als één device uit ziet. “Uiterlijk ziet het er als één grote switch uit, maar de kracht zit in de binnenkant”, klinkt het. En even later passeerde er nog een argument. “Omdat we met één laag werken, verandert dat ook het kostenplaatje. Zowel capex als opex gaan er op vooruit”, zei Kevin Johnson. “En als je zoiets beweert, dan wordt er ineens wel geluisterd naar jou”, weet Sindhu.
Kristof Van Der Stadt
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier