Het was uitzonderlijk warm in november 1995, meer dan 20 graden zelfs, toen John Cordier tot ieders en trouwens ook tot zijn eigen verbazing erin geslaagd was om de tweede gsm-licentie binnen te halen. Het was kenmerkend voor de bravoure en branie van de West-Vlaamse marconist en bij uitbreiding van heel Telindus. Toenmalig Belgacom-ceo John Goossens liet prompt op de watertoren in het Leuvense Haasrode, zo goed als op het terrein van Telindus, een gsm-mast van Proximus plaatsen. Goossens noemde Cordier smalend een leugenaar, dat hij nooit op negen maanden tijd een landdekkend gsm-netwerk zou kunnen uitrollen. En toch deed Telindus het, in een recordtijd. Alle burgemeesters werden persoonlijk aangesproken, bouwvergunningen geforceerd en eind augustus werden godbetert de eerste diensten aangeboden.
De ambitie was groot, John Cordier wou Telindus in de top-3 van de Europese integratoren. Dergelijke lefgozerij zie je niet vaak meer bij Belgische entrepreneurs. Overnames in Frankrijk, Duitsland, Zwitserland, Spanje en Italië volgden snel. Soms met wat vreemde figuren. Zo had de Italiaanse country manager van Telindus altijd een pistool bij. Je wist maar nooit…
Het ging er ook vaak chaotisch aan toe en bedrijfsprocessen, zo die er al waren, werden met gemak opzij geschoven indien een klant een probleem had. Customer centric was geen modewoord maar een luide dwingende oproep om alles, dan ook alles, in het werk te stellen om die klant opnieuw op het spoor te zetten. Grote banken en verzekeringsmaatschappijen, overheidsinstellingen, het Astrid-netwerk, Irisnet in Brussel, ze kregen allen alle onvoorwaardelijke aandacht. De band was sterk. Nog steeds als je met Telindus-medewerkers praat komt weemoed opborrelen.
De grandeur moest tastbaar worden en begin 2000 werd aan toparchitect Jo Crepain (inmiddels ook overleden) gevraagd om een gebouw op te trekken dat Telindus op de kaart zou zetten. Het ongemeen prachtige pand, waar ook de film Loft opgenomen is, werd geopend in 2003. Een jaar eerder was de flamboyante topman John Cordier overleden, amper 60 jaar. Maar de ambitie bleef door de rugwervel van het Telindusleger stromen. Tot de coup van Belgacom-topman Didier Bellens in 2005 die met de overname van de belangrijkste integrator niet alleen zijn it-diensten wou opkrikken maar vooral een zeer belangrijke concurrent kon kortwieken. Het is me nog steeds een raadsel hoe lamlendig de raad voor de mededinging dit ooit kon toelaten. Telindus viel in handen van dinosaurus Belgacom, de roemruchte naam werd wat later weggespoeld, maar de ongekende fierheid van zij die er ooit bij waren bleef rotsvast overeind.
Straks voor begin november, eigenlijk al op 13 oktober moet het gebouw ontruimd zijn, wordt het laatste stukje Telindus onder de mat geveegd. Benieuwd wat de nieuwe eigenaars met het reusachtige genagelde portret van John Cordier zullen doen. Er is geen feest voorzien, daar in het pand waar netwerken tot een nieuwe dimensie werd verheven, daar waar happy hours op vrijdag steevast uit de hand liepen en waar ontelbare feesten plaats vonden. Je zal ze moeten zoeken, de toplui in de Belgische ict-wereld die nooit een stap in het Telinduspand gezet hebben, die nooit een glas omhoog hielden en met een gevoel van welbehagen terugdachten aan de tijd van John Cordier. Die tijd is nu definitief voorbij. Alleen de gsm-mast op de watertoren houdt de herinnering vast. Nog even.
LUC BLYAERT
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier