Was je schouder na een bezoekje aan het Autosalon steevast kapot door de tonnen papieren brochures die je meezeulde in een schoudertas? Voor de editie 2012 is dat verleden tijd dankzij Febiac en Getyoo.
In de eerste berichtgeving over het Autosalon 2012 werd al gemeld dat bezoekers op het salon een kaart kunnen oppikken, met behulp waarvan documentatie in elektronische vorm naar hun e-mailadres wordt opgestuurd. Een initiatief van Autosalon-organisator Febiac, waarbij het project werd uitgewerkt door Getyoo – een bedrijfje dat het daglicht zag in 2009.
NFC-technologie
Concreet krijgen de bezoekers een chipkaart waarvoor ze een account creëren, met hierin informatie over e-mailadres (of Facebook-account), taal, naam en voornaam. Vervolgens bezoeken ze het Autosalon en bij de deelnemende standhouders kunnen ze de modellen selecteren (op aanraakgevoelige schermen) waarvoor ze interesse hebben. Door gewoon met de kaart langs de kiosk te bewegen, krijgen ze de gewenste informatie opgestuurd. De kaart maakt immers gebruik van NFC (near field communication) technologie, zodat die niet ergens moet worden ingestopt.
Het voordeel voor de bezoeker is duidelijk, want hij of zij hoeft niet met papier rond te zeulen. Voor de exposant geldt dat hij een duidelijkere kijk heeft op wie voor welk product belangstelling heeft.
De kaart wordt gratis ter beschikking gesteld omdat Febiac de kosten voor zijn rekening neemt. Hoewel ongeveer 600.000 bezoekers worden verwacht, is 250.000 kaarten het streefcijfer. Zelf neemt Getyoo de coördinatie van het hele project voor zijn rekening, van de opvolging van de productie van de kaarten tot het leveren van de kiosken op de verschillende deelnemende standen. Getyoo verzorgt tevens de achterliggende diensten. Naast het doorsturen van informatie kan de kaart ook worden aangewend om foto’s van bezoekers achter het stuur van auto’s naar Facebook-pagina’s en dies meer door te sturen, evenals andere ‘fun’-activiteiten.
Met dit project scoort het Autosalon echt wel een première, stelt Alexis Tinel, ceo en co-founder van Getyoo, want wereldwijd heeft hij nog geen dergelijk project gezien. En het blijft niet bij een eenmalige activiteit, want er is meteen een contract voor minimum 3 jaar getekend.
Het project blijkt tevens een ongelooflijk succes, aldus Tinel, met al de medewerking van circa 25 exposanten (op het ogenblik van schrijven). Daaronder bevinden zich schier alle grote merken, samen goed voor zo’n 400 producten. “Je kan allicht begrijpen hoeveel papier het systeem van Getyoo zal helpen besparen!” Zeker als je bedenkt dat het hier vaak om de meest populaire auto’s betreft.
Na het bezoek aan het Autosalon moet de kaart overigens niet worden weggegooid, want die is nog bruikbaar voor latere edities. Anderzijds, wie zijn kaart verliest, hoeft evenmin te wanhopen, want je kan er zo een nieuwe aanvragen (inclusief een ‘card stop’ om te voorkomen dat met de verloren kaart je mailbox wordt volgestouwd).
Groei
Dit project voor het Autosalon in Brussel vormt een natuurlijke uitbreiding van de activiteiten van Getyoo. Vorig jaar bracht het zijn eerste product uit – de Clickey – bestemd voor het leggen van contacten en uitwisseling van informatie tijdens congressen en vergelijkbare events. Vandaag doet Getyoo gemiddeld één event per week met dit product. Daarna werd ook de stap gezet naar events als festivals, om dan nu de opstap te doen naar het Autosalon. Dat laatste betekent een gigantische sprong voorwaarts, want het gaat hier om honderdduizenden kaarten, tegen projecten met tienduizenden items in het verleden.
Medio 2011 trad tevens een nieuwe investeerder aan, die heel wat expertise én 600.000 euro inbracht. Voor Tinel en de zijnen – momenteel 12 sterk – betekent dit middelen om door te groeien in de ingeslagen richting. Zo kan na het Autosalon van Brussel ook worden gedacht aan andere autosalons in Europa (zoals Parijs of Genève), naast events in andere industrietakken. Er zijn ook gesprekken met Bâtiment/Batibouw, evenals de Artexis groep (goed voor ca. 300 events per jaar).
Tinel wil wel greep houden op de groei. “We willen de distributie in eigen hand houden, omdat we het verschil willen maken met de geleverde diensten en de kwaliteit ervan.” Er wordt dus niet overwogen om een beroep te doen op partners, maar liever wordt gemikt op het openen van eigen vestigingen. Dat kan wat meer tijd vergen, erkent Tinel, maar het garandeert een betere service aan de klanten, “zodat we zeker zijn van 200 procent tevredenheid.”
Guy Kindermans
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier