Glasvezel is goud in telecomland. Prachtig om te hebben, duur om als operator in huis te halen. Volgens sommigen gaat de economie morgen geen klein beetje groeien als we de koperparen vervangen door fiber. Maar misschien moeten we vooral streven naar sneller internet, ongeacht hoe het tot bij ons geraakt ?
Aan argumenten geen tekort op de FTTH Conference. “Zonder fiber, geen 5G” stelt voorzitter Edgar Aker in zijn openingsspeech. “Europa heeft glasvezel nodig als stabiel netwerk om de digitale economie te stimuleren. Het gaat om thuiswerken, om nieuwe toepassingen die thuis mogelijk worden, om bedrijven en start-ups die zich buiten grote steden willen ontwikkelen,” argumenteert Aker.
“15 jaar geleden was FTTH iets voor techies, later kwamen de bedrijven en vandaag zijn het consumenten die er om vragen. En waar bedrijven jaren trouw blijven aan hun operator, zullen consumenten vertrekken als ze elders een betere service kunnen krijgen.”
Maar zo ver zijn we nog niet : “Er is nood aan meer dynamiek en concurrentie. We zouden graag hebben dat beleidsmakers even hard uitkijken naar fiber als consumenten. Maar er is ook werk te doen rond de passieve infrastructuur. Bedrijven moeten kabelgoten delen zodat alle spelers er gebruik van kunnen maken. Maar dat openstellen kan ook voor extra inkomsten zorgen voor spelers die dat doen.”
“ZONDER FIBER, GEEN 5G”
De voorzitter van de FTTH Council haalt zeer terechte argumenten aan. Maar de realiteit is complexer. Zo staat België vandaag niet in de FTTH-ranking omdat ons land minder dan 1 procent FTTH-aansluitingen heeft. Ons land telt nochtans duizenden kilometers glasvezel, de backbones van Telenet en Proximus, maar ook van zakelijke spelers als Eurofiber en de verbindingen tussen datacenters zijn vandaag glasvezellijnen. Maar die lopen niet tot aan de voordeur van de consument, en slechts in beperkte mate tot aan die van het kantoor.
Een van de redenen is dat het ontzettend duur is om die koperen lijn in de laatste paar honderd meter, tussen straatcabine en modem, te vervangen voor elk huis of elke kmo. Moet dat op termijn gebeuren ? Ja. Moet dat vandaag ? Niet noodzakelijk als je weet dat Proximus de snelheid van die last mile al een paar keer stevig kon optrekken om aan de breedbandhonger te voldoen. (Zie onze rubriek ‘Een jaar later’ in de actuapagina’s voor de glasvezelplannen van Proximus)
LAST MILE
En zo vormt zich de hamvraag voor iedereen die met fiber to the home bezig is : moet het wel ‘to the home’ zijn ? Iets wat ook voorzitter Aker durft nuanceren, want hij ziet mobiele technologie zoals 5G eerder als partner dan concurrent : “5G is een driver voor fiber. Smart cities, smart homes en smart cars zullen stevig leunen op 5G. Maar wel met een glasvezelnetwerk op de achtergrond om een vlotte offload te garanderen.
Matthias Kurth, voorzitter van CableEurope en dus niet meteen een bondgenoot van FTTH-netwerken, ziet het iets anders.”Voor de last mile zullen er veel meer technologieën opduiken. In plaats van te mikken op een FTTH-internet, moeten we gaan voor een gigabit-internet”, met andere woorden : snelheid is belangrijk, met welke infrastructuur dat gebeurt maakt de digitale Europeaan weinig uit.
“De last mile zal waarschijnlijk draadloos zijn. We kunnen beter nadenken over systemen waarbij we draadloos zeer hoge snelheden kunnen halen.”
Pieterjan Van Leemputten
“We zouden graag hebben dat beleids-makers even hard uitkijken naar fiber als consumenten”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier