Voor haar 40ste verjaardag onthult de Koninklijke Bibliotheek van België haar Belgica-project voor de digitalisering van het federale Belgische erfgoed, waarin informatietechnologie een cruciale rol speelt. Wij hadden een gesprek met de it-verantwoordelijke.
Wat is uw opdracht binnen de Albertina?
XAVIER DELOR: Tijdens het laatste jaar van mijn hogere opleiding informatica heb ik examens afgelegd bij Selor, en een jaar later, in maart 2004, werd ik aangeworven als systeembeheerder. Ik sta momenteel in voor het beheer van de it- en gebruikersinfrastructuur. Er bestaat overigens een afdeling die belast is met de elektronische catalogisering en het beheer van de gedigitaliseerde documenten.
Momenteel loopt er een groot project rond die digitalisering.
XAVIER DELOR: In de nasleep van Europeana heeft de bibliotheek in februari van dit jaar de Belgica-site gelanceerd [zie kader]. In een eerste fase gaat het nog om een bescheiden project, met een gedecentraliseerde digitalisering in elke afdeling van de bibliotheek. Elke afdeling bepaalt immers zelf welke collecties het best online geplaatst kunnen worden of absoluut bewaard moeten blijven. Er bestaan wel algemene beleidsprincipes voor de digitalisering, bijvoorbeeld wat het bestandsformaat betreft, met een formaat voor de archivering, voornamelijk TIFF, en een ander voor de verspreiding, MPEG3 of PDF, de beeldkwaliteit, enz. Voor de manuscripten stellen we onze eigen viewers voor, met het oog op een optimale weergavekwaliteit. We zorgen er wel voor dat de toegankelijke documenten niet bewerkbaar zijn, gezien de auteursrechten.
Voor de kranten werd de digitalisering (met optical character recognition) in 2008 na een openbare aanbesteding uitbesteed aan Belgacom. De afdeling medailles zorgt echter intern voor de digitalisering. De afdeling kaarten en plannen werkt voor de Ferraris-kaarten samen met het Nationaal Geografisch Instituut (NGI). Voor geluidsmateriaal en foto’s wordt er occasioneel een beroep gedaan op een gespecialiseerde externe firma, de rest gebeurt intern. Door de decentralisatie hebben we geen precies zicht op de gedigitaliseerde volumes en het tempo waarmee alles gebeurt. Binnenkort zou de bibliotheek echter een digitaliseringsplan moeten voorstellen.
Overigens is de online raadpleging van sommige gedigitaliseerde documenten enkel toegelaten in de bibliotheek, opnieuw wegens het copyright. De Belgica-site daarentegen is vrij toegankelijk.
Wat zijn rekening houdend met de duurzaamheid de grote trends bij de digitalisering?
XAVIER DELOR: In het algemeen krijgt TIFF de voorkeur voor de brute archivering, naast JPEG voor afbeeldingen; we gebruiken ook klassieke PDF’s, maar nog geen PDF/A voor archivering. Voor de uitwisseling van bestanden (rekenbladen, teksten, …) tussen instellingen, is er nog altijd geen standaardisering rond ODF, en we blijven werken met .doc van Microsoft en binnenkort ook .docx.
Als dragers gebruiken we Worm-schijven en ook tapes. Microfilm zou ook een mogelijkheid kunnen zijn, de bewaring op lange termijn is daarbij gegarandeerd. We zijn er ons wel van bewust dat we op termijn van drager zullen moeten veranderen. Daarbij bestaat er een risico dat de wijziging van drager kan leiden tot een vertraging in de digitaliseringen. Sommige leveranciers denken aan oplossingen in de vorm van een softwarelaag, maar het gaat dan om bedrijfseigen oplossingen, met alle risico’s van dien.
Hoe ziet de interne infrastructuur eruit?
XAVIER DELOR: De bibliotheek telt om en bij de 300 medewerkers, waaronder heel wat personeel voor het onderhoud, de techniek, de dienstverlening aan het publiek, enz. We hebben zo’n 150 km rekken en ongeveer 6 miljoen referenties.
Ons pc-park omvat 250 tot 300 toestellen, zowel bestemd voor het publiek als voor het eigen personeel. Die draaien onder Windows, omwille van de eenvoudige installatie, het beheer en het onderhoud.
Het serverpark telt een tiental toestellen, waarvan de meeste op Windows draaien, met name voor Active Directory, maar er zijn er ook op Unix en Linux voor applicaties zoals de website of de DNS. Als federale wetenschappelijke instelling krijgen we erg interessante voorwaarden van Microsoft. We doen bovendien een beroep op een FOD-Overschrijdend Raamcontract (FOR) met de FOD Personeel en Organisatie, die de aankopen op het vlak van informatie- en communicatietechnologie centraliseert. Daarnaast gebruiken we ook open-sourceprogramma’s, bijvoorbeeld voor het beheer van de activa. De keuze tussen Microsoft en open source is gezien het gebrek aan personeel vooral een kwestie van gebruiksgemak bij de installatie. Het park werd de laatste jaren overigens volledig vernieuwd.
De opslag, die door de digitalisering al gauw een kwestie van Terabytes zal zijn, gebeurt op schijven, met tapes voor de redundantie. Deze disk bays worden beetje bij beetje geïnstalleerd.
Sinds 2007 zijn we bovendien overgeschakeld naar een hybride analoog/ip-telefoonsysteem ter vervanging van de telefooncentrale.
Nog meer projecten in het vooruitzicht?
XAVIER DELOR: Aangezien het serverpark werd vernieuwd, zouden we dit jaar de mailserver moeten vervangen om van Qmail op Solaris over te schakelen naar Exchange. Dat doen we met een externe partner die we nog moeten kiezen, en dat zal gezien het kritieke karakter van het project met omzichtigheid moeten gebeuren. Voorlopig buigen we ons nog over de marktanalyse.
De pc’s draaien nog altijd op Windows XP, en ik denk dat we over 2 jaar zullen overschakelen naar Windows 7. Vista slaan we dus over.
We zouden graag de mobiliteit van het interne personeel verhogen via een mobiel profiel en een file server zodat ze vanaf eender welke pc toegang kunnen krijgen tot hun dossiers. Tegelijk moeten we de gebruikers nog leren hun gegevens te beheren, om te vermijden dat ze het netwerk overbelasten. De virtualisering van de clients is nog niet ter sprake gekomen, net zomin als thin clients. De virtualisering van de servers is ook nog niet aan de orde, aangezien onze toestellen vrij recent zijn.
We gaan ook een afdrukdienst on demand voorstellen, waarbij bezoekers een gedigitaliseerde kaart in A0-formaat kunnen afdrukken op een plotter.
Dit jaar zou voorts de catalogus, momenteel voornamelijk in Vubis, moeten worden vervangen door andere databases zoals Digitool, die momenteel wordt gebruikt voor het wettelijk depot. Het bestek werd toegekend aan Ineo en we zullen starten met de migratie naar een nieuw systeem, dat nadien intern zal worden ingevoerd.
In 2010 zouden we een wifi willen aanbieden in de publieke zones van de Albertina, met toegangsbeveiligingen op basis van de gebruikersprofielen en het soort gebruik. De Albertina strekt zich immers uit over 7,7 ha.
Beschikt u over voldoende middelen voor uw beleid?
XAVIER DELOR: We beschikken over voldoende middelen dankzij een vaste dotatie, en worden voor specifieke projecten bovendien gefinancierd door de Nationale Loterij. Ik kan ook nog zeggen dat de directie bijzonder veel aandacht heeft voor nieuwe technologieën.
Is de openbare sector een goede werkgever voor informatici zoals u?
XAVIER DELOR: Ik heb de afgelopen vijf jaar heel wat interessante ervaring opgedaan, en mag zeker niet klagen over mijn loon. Het enige minpunt zijn de gespecialiseerde opleidingen die zeer duur zijn en dus moeilijk te organiseren, omdat we soms met openbare aanbestedingen moeten werken voor opleidingen.”
Marc Husquinet
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier