Autoconstructeurs zitten al heel hun bestaan in een technologierace. Die race wordt de laatste jaren niet enkel onder de motorkap, maar ook aan het dashboard uitgevochten. Zo veel mogelijk technologie die tegelijk zo onopvallend mogelijk moet zijn.
Nieuwe technologie evolueert bij autoconstructeurs in twee snelheden. Usb-aansluitingen zijn pas de laatste jaren gemeengoed in nieuwe wagens terwijl we ze al vijftien jaar in pc’s gebruiken. Anderzijds wordt er actief nagedacht over zelfrijdende wagens en zien we daar al vrij geavanceerde voorbeelden van. Zo ook bij Audi dat in zijn hoofdkwartier in Ingolstadt onder meer demonstreert hoe je een geparkeerde wagen van op afstand uit zijn parkeerplaats laat rijden door hem op je smartphone achteruit en in een bocht te sturen. Dat gebeurt op een rustig tempo en met de nodige sensoren om ongevallen te voorkomen. Zulke technologie biedt een aantal praktische mogelijkheden. Bijvoorbeeld voor wie zich niet in en uit kleine parkeerplaatsen wil persen. Naar infotainment toe denkt het bedrijf onder meer na over een eigen tablet. Die wordt volledig geïntegreerd in de wagen, maar kan daarbuiten los worden gebruikt. De keuze voor Android lijkt voor de hand liggend omdat Audi en Google al een tijdje samenwerken voor de integratie van Google Maps (inclusief Street View) voor de navigatie van moderne Audi’s. “Dat is nog niet voor dit jaar, maar de lancering is wel nabij”, zegt Werner Hamberger van Audi.
Daar tegenover staat dat andere, op het eerste zicht eenvoudige, innovaties relatief traag op gang komen. Zo staat een integratie met streamingdiensten als Spotify nog op de planning. Ook over het infotainmentsysteem dat begin dit jaar op CES werd aangekondigd en in de nieuwe TT is terug te vinden, begon het bedrijf zes jaar geleden al na te denken om twee jaar terug de beslissing te nemen. Al is dat laatste wel een visueel pareltje. Waar je bij Audi doorgaans je navigatie op een opklappend scherm in het midden ziet, is alles hier verwerkt in het dashboardscherm dat één lcd-scherm is dat Google Maps, maar evenzeer de snelheidsmeters digitaal toont aan 60 fps. “De klant mag niet voelen dat het digitaal is”, zegt Stefan Rödlmeier die verantwoordelijk is voor interieurdesign bij de Duitse autoproducent.
De zoektocht naar hoe zo’n systeem er moet uitzien is niet evident. Niet alleen moet het systeem er goed uitzien, er werkten twintig mensen alleen al aan de (door een T30 nVidia-chip gegenereerde) graphics. Het geheel mag bovendien geen storingen, crashes of andere problemen veroorzaken. In totaal werkten er 60 mensen aan de operating body van dat systeem en nog eens honderd mensen en een technisch departement aan de software zelf. Zo’n interactief dashboard springt in het oog, maar ook aan minder zichtbare innovaties werd de laatste jaren gesleuteld. Zo hebben Audi’s vandaag een instrumentencluster die alles omvat. Vroeger was er een instrumentenscherm (dat onder andere problemen kan signaleren), en een apart entertainmentsys-teem. Vandaag zitten beiden verwerkt in het dashboard.
Ook de fabriek is een staaltje van Deutsche grundlichkeit. Achthonderd mensen en achthonderd robotarmen bouwen er jaarlijks tweehonderdduizend wagens. Het interessante daarbij is dat de robotarmen het type wagen meteen herkennen en zich daarop afstemmen. Dat laat toe dat je verschillende type wagens kan bouwen op één lijn. De afwerking zelf gebeurt niet met plastic tussenstukjes, wel met zogenaamde zero-joint lasersolderingen waarbij een speciale stof gericht wordt verwarmd en tussen twee materialen wordt gegoten. Een zogenaamde blue box aan elke wagen bevat de info over de assemblage om fouten achteraf te controleren. Maar ook na de productie controleert een 3D-scanner op gebreken.
Pieterjan Van Leemputten
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier