Eenvoud in de cloud moet ontwikkelaars naar Google lokken

Google is de nummer drie voor cloudinfrastructuur, maar zit nog ver van marktleider Amazon. Het bedrijf wil die afstand inhalen met nieuwe technologie, meer integratie en tools die zowel on-premise, bij Google als in de cloud van Azure en AWS draaien.

Google Cloud Next is de conferentie waar Google laat zien wat het in huis heeft en wat het van plan is met haar cloudplatform. Klanten leren het bedrijf kennen, partners zoals het Belgische ML6 of het Belgisch-Nederlandse g-company leren er bij.

Zo lanceert de techgigant nu Anthos, de nieuwe naam van het Cloud Services Platform dat vorig jaar in bèta ging: een cloudplatform op basis van Kubernetes dat applicaties zowel on-premise, in de cloud van Google, maar ook op AWS en Azure laat draaien. Dat wil zeggen dat één platform volstaat om iets in een multi-cloudomgeving te laten draaien. Dat is niet alleen uniek naar de concurrentie toe, het laat bedrijven ook toe om bijvoorbeeld on-premise te beginnen en te schalen naar de cloud wanneer dat nodig is. “Het is write once, run anywhere”, zegt Thomas Kurian, CEO van Google Cloud. “Het geeft je de flexibiliteit om apps naar de cloud te brengen wanneer jij dat wil.”

“Eigenlijk zegt Kurian al sinds zijn aantreden dat je je legacy moet waarderen en dat zie je ook met de komst van Anthos, ” zegt Freek van de Griendt, managing partner bij g-company, dat zopas werd overgenomen door Devoteam. “Google brengt veel modernisering naar de markt, maar je kan die ook op legacy infrastructuur toepassen. Google omarmt het feit dat er oudere infrastructuur is en dat je niet op twee jaar alles in de cloud gaat zetten, maar intussen wel veilige en goede oplossingen wil. Dat is in België zeker van toepassing.”

Kubernetes

Tijdens de conferentie stelt Google ook Cloud Run voor, dat in publieke bèta gaat. Hier draaien apps in containers in een serverloze omgeving. Dat laatste betekent dat u niet betaalt voor de hoeveelheid servers die u voor iets nodig hebt, maar wel voor de rekenkracht tijdens een periode. U betaalt daarbij per milliseconde. “Als je dit met een virtuele machine doet, ben je nog altijd zelf verantwoordelijk voor een deel van de infrastructuur”, zegt Oren Teich, director Product Management bij Google. “Sommige klanten vinden dat geweldig, maar er zijn ook klanten die niet willen nadenken over services of geen operations team hebben. Ze willen gewoon hun code gebruiken en laten draaien.”

Cloud Run kan volledig beheerd op GKE (Google Kubernetes Engine) draaien, maar ook elders. De technologie maakt zo veel als mogelijk gebruik van openbron en open standaarden, steunt op de virtualisatietechnolgie Docker en maakt daarbij handig gebruik van het hele ecosysteem daarrond. “Eigenlijk wil Google het met haar infrastructuur zo veilig en eenvoudig mogelijk maken, zodat ontwikkelaars productiever zijn. Je wil je mensen vooral laten focussen op ontwikkeling en testing, niet op de vraag of ze ergens een virtuele machine voor moeten aanmaken,” zegt van de Griendt (g-company).

“Het toont ook dat ze zich bewust zijn dat er ook andere cloudproviders zijn. Voor klanten die met hun bedrijf in Azure zitten, kunnen we nog altijd alles in een container bouwen en die nadien in eender welke omgeving laten draaien, ” vult Simon Logghe, business developer bij ML6 aan. “We merken dat Google veel meer voor multi-cloudomgevingen openstaat dan andere cloudspelers. We werken met ML6 vaak voor de maakindustrie waar on-premise infrastructuur nog sterk aanwezig is. Door de brug met de cloud mogelijk te maken krijg je projecten die je on-premise kan beginnen, maar op quasi dezelfde manier in de cloud kan laten draaien.”

Rond open source kijkt Google naar integraties op haar cloudplatform. Voortaan zal het bedrijf de managed services van MongoDB, Redis Labs, Elastic, Datastax, Neo4 j, InfluxData en Confluent integreren in het Google Cloud Platform. Dat is op zich geen nieuwe technologie, maar het zorgt wel voor meerdere diensten in één omgeving met één ondersteuning en één afrekening. Logghe (ML6): “Elastic gebruiken we bijvoorbeeld zelf in onze projecten en dit maakt het voor ons wel makkelijker. Tot nu toe zat je met een factuur van Google en een van Elastic, dat is nu veel makkelijker. Puur technologisch zijn het vooral bestaande dingen die worden samengevoegd, maar het gebruiksgemak verbetert wel.”

Dat gebruiksgemak voor de cloud zien we ook bij Cloud Code, een aantal plug-ins voor ontwikkelomgevingen zoals Visual Studio en IntelliJ die het makkelijker moeten maken om voor cloudomgevingen te schrijven. Het gaat onder meer om container tools zoals skaffold, jib en Kunectl die ontwikkelaars tijdens het schrijven feedback geven op hun project. Ook hier gaat het deels over het weghalen van overhead zodat een ontwikkelaar kan concentreren op het schrijven van de code die, zoals Google het graag heeft, naadloos in de cloud past.

De cloud en de ontwikkeling daarin makkelijker en toegankelijker maken is de rode draad doorheen Google Cloud Next, en dat is niet zo’n verrassing. Amazon is de alomtegenwoordige reus, Microsoft wist onder Nadella haar decennialange voetafdruk in zakelijke technologie te vertalen naar marktaandeel voor Azure. Google lijkt de kaart te trekken die de ontwikkelaar zo veel mogelijk laat focussen op pure ontwikkeling in de cloud zonder lock-in.

“Microsoft heeft een enorme klantenbasis in België. Veel bedrijven staan wel open voor iets anders, maar weinig CIO’s durven die stap zetten. Vroeger zei men ‘nobody ever got fired for hiring IBM’. Vandaag kan je perfect zeggen ‘nobody ever got fired for hiring Microsoft'”, grapt van der Griendt. “Vaak is het de lock-in rond bepaalde producten zoals Active Directory of Microsofts SQL database. Zo’n dingen wil Google nu doorbreken.”

Democratisering

Tegelijk is het bedrijf op een missie om zaken die enkele jaren geleden nog hoogtechnologische waren te democratiseren, uiteraard met als doel om haar technologie zo breed mogelijk te laten doorsijpelen.

Dat merken ze ook bij ML6 dat zich, zoals de naam aangeeft, toelegt op projecten rond machine learning en AI. “Soms kondigen ze dingen aan waar we enkele jaren geleden een paar weken aan manuren voor nodig hadden, maar die we nu op een dag kunnen realiseren. Dat maakt dat er vandaag veel technologie standaard aanwezig is voor mensen die niet per se veel kennis van data science moeten hebben, ” zegt Logghe.

Maar zorgt die democratisering er dan niet voor dat de expertise van een bedrijf als ML6 minder belangrijk wordt? “We zijn ons daar zeker van bewust maar daarom investeren we ook sterk in onderzoek en ontwikkeling. We hebben mensen die bij ons hun doctoraat doen en veel van wat we doen is het vertalen van academisch onderzoek naar zakelijke applicaties. Ik schat dat we nu 3-4 jaar voorlopen op wat vandaag mainstream is, maar die voorsprong moet je behouden. Daarnaast brengen we ook een meerwaarde door technologie af te stemmen op een specifieke business. Een voorbeeld is Saroléa, een Belgisch bedrijf dat elektrische motorfietsen bouwt. Wij werken voor hen aan de optimalisatie van het batterijverbruik op softwarevlak met behulp van reinforcement learning: het automatisch nemen van beslissingen. Bijvoorbeeld in welke mate je een motor kracht (bij)geeft op een helling of bij tegenwind om zo met een minimum aan energieverbruik optimale prestaties te krijgen. Het zal nog een hele tijd duren vooraleer je zo’n project met standaard applicaties zal kunnen aanpakken.”

ML6 werd in 2016 Global Services Partner van Google voor Machine Learning en is premier partner. Dat laatste betekent dat het bedrijf als een van de eersten toegang krijgt tot nieuwe technologie van Google. “Dat maakt dat we heel snel