Ziezo, tijd om uit bed te springen. Ik moet toegeven, het was een vrij bewogen nacht met een drukke hersenactiviteit, aangewakkerd door verschillende ideeën die uitvoerig besproken werden in onze cio-community. Het soort van veelbelovende ideeën die systematisch een kleine glimlach op de lippen van onze cmo toveren wanneer hij me tegenkomt.

Ik hoor de stem nog nagalmen van de “nachtelijke adviseur”, die maar bleef doorhameren: “Over enkele jaren gaan heel wat cio’s ontdekken dat ze eigenlijk voor hun cmo werken. Natuurlijk zullen al die technische en saaie aspecten die beheerd moeten worden er altijd zijn. De cio’s zullen altijd wel een job hebben, maar een die veel minder belangrijk is dan die van de cmo.”

Een echte lastpost, die adviseur! En ik die dacht dat ik een goede baan had! Zijn stem bleef nochtans aandringen: “Een van de belangrijkste taken van de cio is de beste marketing automation-platformen kiezen, zowel hardware als software.” Ik zei bij mezelf: dat is nu eens een inspirerend doel, dit kan zeker een bron van persoonlijke ontplooiing vormen. Maar toch, naar de pijpen van de cmo moeten dansen?

Ik herinner me vaag dat ik geprobeerd heb weerwerk te geven en met argumenten op de proppen te komen. “Het zoveelste nieuwe modeconcept dat slechts één facet laat zien van een beroep dat veel verder reikt dan ten dienste staan van de marketing. Wat doe je met het beheer van alle ‘ities’, zoals availability, security, confidentiality, mobility, business continuity, enz.? Cloud zorgde er al voor dat de taak van de cio sterk ging evolueren. De ‘as-a-service’ moest de rol van de cio al kleiner maken. Aan de ene kant zou de gebruiker al volop geshopt hebben naar beschikbare applicaties, platformen en beschikbare beveiliging in cloud, terwijl de cio een soort raadgever zou worden van de aankopen en garant zou staan voor de veiligheid. We zien nochtans duidelijk dat dit nog niet meteen voor morgen is. Zonder de cio heeft de business minder zelfvertrouwen en is ze zelfs niet in staat om haar behoeften coherent te bepalen om ze consequent in één ondernemingsarchitectuur en techniek te gieten die cloud based is. En denk je dat dit soort aanpak de kosten kan verlagen?”

Hier haalde de ‘nachtelijke adviseur'” me bijna uit mijn onrustige slaap, en hij deed er nog een schepje bovenop: “Weet u, Mijnheer De CIO, over een paar jaar is het budget ‘platformen en applicaties’ van de cmo veel groter dan dat van de cio. De cmo’s zitten dan in de driver seat wat betreft het gebruik van spitstechnologie voor gegevensanalyse. Uw budget zal onvermijdelijk krimpen, want een aanzienlijk deel ervan verhuist geleidelijk aan naar marketing.” In stilte zei ik tegen mezelf: “Als ik zie dat onze cmo steeds meer rechtstreeks wordt benaderd door systeemintegrators en verkopers van platformen, dan moet ik toegeven dat de markt de cmo geleidelijk aan een rol van influencer, en zelfs van it-budget owner toebedeelt. Terwijl de algemene directie vooral de cio opzadelde met de taak om de kosten te doen dalen, hebben de leveranciers waarschijnlijk maar al te goed begrepen dat je beter in zee kunt gaan met de cmo, die gezien wordt als een vector voor groei en inkomsten, en dat hij dus beter in staat is om budgetten vrij te maken.

Toen keek hij me strak aan en vroeg hij of ik al eens van big data had gehoord. Het hoge woord was eruit! Dan volgde de te verwachten speech over massa’s ongestructureerde gegevens die de bedrijven moeten leren beheren om er de belangrijkste succesindicatoren voor hun business uit te halen. “Als het klopt dat big data kan leiden tot de omvorming van de business van gelijk welke onderneming, dan moeten de cio en de cmo beter leren samenwerken op analytisch vlak.” Ik voelde me al meer op mijn gemak met het thema samenwerking en gaf onmiddellijk weerwoord: “Dit is oud nieuws. Het is misschien wel verstandig om te zeggen dat de noodzaak om samen te werken nog groter zal worden door het fenomeen big data, maar we moeten nu ook niet gaan overdrijven. De cio’s hebben zich in het verleden te veel beperkt tot het leveren van tools en technologie, terwijl de cmo’s zich vaak bezighielden met data capture, zonder echt de juiste analysemethoden in te voeren. Gevolg: we bleven te vaak steken bij raw data of gegevens die enigszins bij elkaar gevoegd waren, zonder er echt relevante informatie voor de business uit te halen. Dat betekent niet noodzakelijk dat je nieuwe software moet implementeren of enorme investeringen moet doen. Ondernemingen moeten bovendien leren om beter geïntegreerde analytische systemen te bouwen en ze misschien uit de business teams te halen, waar ze werden bedacht en ontwikkeld. Big data zal nooit louter de vertaling zijn van raw data in een relevante input voor de besluitvorming.

Toen was de ‘nachtelijke adviseur’ ineens verdwenen en bleef ik alleen achter met mijn gedachten en deze vraag: “En als ik nu eens cmo werd? Want de cmo moet blijkbaar een expert in analytics worden!” Maar natuurlijk niet, nu niet te simplistisch worden: er wordt heel wat meer verwacht van een cmo dan dat hij puur analytisch te werk gaat, er zijn heel wat andere aspecten waar zijn emotionele intelligentie en artistieke creativiteit een essentiële rol spelen. Of zou ik me niet beter omvormen tot chief innovation officer, die vernieuwingen aanbrengt waarmee de onderneming het beste kan halen uit deze nieuwe technologie door de krachten van de gebruikers en de technici te bundelen? Want per slot van rekening hebben we ze allebei echt nodig en als we de ene ondergeschikt maken aan de andere, dan blijft dat nooit alleen maar een machtsspelletje dat weinig lonend is voor de onderneming.

Bij deze positieve noot spring ik uit bed, want ik wil op tijd op kantoor zijn…

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content