Een memo van Bob Metcalfe zette 40 jaar geleden Ethernet op weg, waarvoor hij recent door Netevents werd gefêteerd. De toekomst van Ethernet zelf blijft schitterend.

Vandaag is een Ethernet-interface in een genetwerkt toestel zo goed als een vanzelfsprekendheid. Op het ‘datalink’ niveau – de tweede laag in het OSI datacommunicatiemodel, net boven de fysieke koppelingslaag – zorgt Ethernet ervoor dat toestellen in een (lokaal) netwerk datapakketten met elkaar over een gedeeld medium als een kabel kunnen uitwisselen. Belangrijk hierbij was het mechanisme dat problemen bij de transmissie van die pakketten opving en herstelde, terwijl het formaat en de structuur van het pakket nog steeds fundamenteel zijn.

ALOHA VOOR ETHERNET

Het basisidee voor Ethernet deed Metcalfe op tijdens een verblijf op Hawaï, waar hij het Aloha-net bestudeerde voor zijn doctoraat. Dat netwerk bood client-systemen de mogelijkheid over een radiosysteem (omwille van de vele eilanden) gebruik te maken van een centraal systeem. Hierbij werd het basisprincipe van CSMA – Carrier Sense Multiple Access – ontwikkeld. De CSMA/CD versie (Collision Detection) speelde een belangrijke rol bij de aanvang van Ethernet, voor de opkomst van switches en full-duplex Ethernet.

Vervolgens formuleerde Metcalfe dan in mei 1973 het idee voor Ethernet in zijn memo op het onderzoekscentrum Xerox Parc in Palo Alto. Tegen 1976 had hij samen met zijn assistent David Boggs en anderen een implementatie uitgewerkt, die naast een groot aantal computers ook in staat was een snelle laserprinter in een netwerk te ondersteunen.

Ehernet verwierf vervolgens de steun van Intel en Digital Equipment Corp. (DEC) wat tot de de facto DIX-standaard leidde. In 1985 werd deze dan een formele standaard, in casu IEEEE 802.3. Zelf startte Metcalfe het bedrijf 3Com, dat een bijzonder hoge vlucht nam als producent van Ethernet-netwerkkaarten. Onder meer door al snel gebruik te maken van een goedkoper type kabel (twisted pair in plaats van de oorspronkelijke coax) en later de integratie van de Ethernet-chipset op motherboards, daalde de prijs van Ethernet snel, waardoor de toenmalige concurrerende systemen – token ring (o.a. van IBM) en ARCnet – sneuvelden.

TOEKOMSTVAST

Doorheen de jaren heeft Ethernet blijk gegeven van een opmerkelijk aanpassingsvermogen aan de veranderende ict-noden. Zo stapte Ethernet al snel over van dure coax-kabel naar de goedkopere en meer verspreide twisted pair kabels (in alle mogelijke kwaliteiten, tot Cat. 6, met het oog op hogere snelheden), tot ook glasvezel (en zelfs een draadloze vorm point-to-point versie). Ook de snelheid steeg van de initiële 2,94 Mbps (eerste implementatie) langs de 10 Mbps 10Base-versies en het 100 Mbps Fast Ethernet tot Gigabit Ethernet (met snelheden van 1, 40 en 100 Gigabit). En van een gewone koppeling van toestellen in een lokaal netwerk met gedeeld gebruik van voorzieningen(als opslagsystemen), groeide Ethernet dankzij repeaters, hubs en switches door tot wide area netwerken en zelfs telecomomgevingen. Door behoud van het pakketformaat (sinds de DIX/Ethernet II standaard) en het ‘type field’ (met informatie over het gebruikte protocol) werd compatibiliteit behouden en de inzetbaarheid in erg verschillende omgevingen mogelijk. Zo wordt Ethernet nu zelfs in industriële omgevingen aangewend (zoals Ethernet-gesteunde versies van veldbussen).

Meer nog, Ethernet heeft ook zijn impact op de telecomwereld, na ontwikkelingen op ‘metropolitan’-niveau zoals aangemoedigd door het MEF (Metro Ethernet Forum). Het betreft ‘Carrier Ethernet’ (in een versie CE 2.0 sinds begin 2013) en “vandaag overstijgt het [telecom]verkeer over CE 1.0 omgevingen reeds alle verkeer over Frame Relay, T1 en ATM samen”, aldus Metcalfe. Voorts is er ook al sprake van een Cloud Ethernet Forum.

Kortom, na 40 jaar lijkt het succes van Ethernet blijvend verzekerd, dankzij een flexibele ‘net voldoende en goede standaard’.

Guy Kindermans

Na 40 jaar lijkt het succes van Ethernet blijvend verzekerd, dankzij een flexibele ‘net voldoende en goede standaard’.