Financiële stabiliteit, met een beetje hulp van blockchain
Blockchain is een van die technologieën die u wel voor alles en niets lijkt te kunnen gebruiken. Ja, u kan er overeenkomsten met al uw afspraakjes op zetten, maar waarom zou u? Een project waar het alvast wel handig blijkt: de financiële markt in het oog houden.
Gaan we even een tiental jaar terug in de tijd, naar 2008 en de bankencrisis. Een gebrek aan overzicht, wat overdreven risico’s en brute pech wisten toen heel wat banken in de problemen te brengen. De reddingsoperaties van allerlei overheden kostten vervolgens de belastingbetaler een flinke duit. Het was de inspiratie voor FISMA, het Directoraat-generaal Financiële stabiliteit, financiële diensten en kapitaalmarkten, om nieuwe manieren te zoeken om dit soort crisissen in de toekomst te vermijden.
FISMA kwam op de proppen met een onderzoeksproject rond een specifiek soort financieel product: derivaten en swaps, afspraken tussen verschillende banken. “Banken maken allerlei contracten met elkaar, ” legt Erik Oosthuizen, senior communication expert bij PwC uit. “Een bank gaat natuurlijk niet bewust een deal maken waarmee ze failliet kan gaan. Ze kennen hun tegenpartij wel. Maar een aantal van die producten die verhandeld worden, zijn ook dekkingen van andere transacties (hedges). Er is een hele constellatie van transacties.” Dat hele dominosysteem, zo zagen we bij de bankencrisis, kan met enkele welgemikte steentjes wereldwijd in elkaar stuiken. “Als op een bepaald moment een van die spelers zegt, ik betaal niet meer, dan is dat meestal niet zo erg als het kleinere bedragen zijn. Zo’n bank kan die klap wel opvangen. Gaat het echter om grote bedragen, of erg kleine banken, dan wordt het interessant voor de regulator om te weten: wie is hoeveel schuldig aan wie en wanneer? En hoeveel daar van zijn systemische banken, waarvan men denkt ‘als die in de problemen geraken, dan kan dat een probleem worden voor het hele systeem’, ” aldus Oosthuizen.
Helicopter view
“Het probleem in 2008 was dat iedereen, grote en kleine jongens, hun eigen posities niet goed kenden, ” zegt Marc Sel, emerging technologies leader bij PwC. Met andere woorden: ze vlogen blind. “Dat is onvoorstelbaar, maar het is zo. Ze misten het overzicht. En als ze dan failliet gingen, moesten de overheden bijpassen. Voor een bank werkt dat wel, maar voor Europa natuurlijk niet. Je kan de banken niet blijven redden, dus moet iemand uitvissen wanneer een bank dreigt in de problemen te komen.”
In dit geval dus: FISMA. De Europese overheidsinstelling kwam met haar project bij consultant PwC terecht. Die vond twee belangrijke obstakels in de weg naar een volledig overzicht van de verschillende derivaten, zegt Sel: “Ten eerste, hoe noem je die dingen? Dat is een uitdaging, want een bank creëert bijvoorbeeld een swap, maar je zit met zaken zoals tegenpartij, looptijd, opbrengst. Er zijn een hele hoop parameters om zo’n product te omschrijven, en elke bank heeft daar andere termen voor. De Europese regelgevers benoemen ze dan ook nog eens op hun eigen manier.”
Daarnaast zit de informatie die de regelgever nodig heeft, in verschillende systemen, onder verschillende namen, vaak in databases die niet toegankelijk zijn voor de overheid. “Je zit daar met vertragingen van drie tot zes maanden in de rapportering, ” zegt Sel. “Als je dan een deal hebt die heel slecht kan uitvallen voor een van de twee, eentje waarbij je zegt, ‘als het fout gaat, dan val je om’, dan mag je geen lange doorlooptijd hebben. In een ideale wereld moet je dat in enkele seconden of desnoods een uur, in semi realtime kunnen weten.”
Een blockchainprobleem
En daar, zo zegt Sel, komt de blockchain op de proppen. “Als die informatie niet beschikbaar is op één plaats, creëer dan een digitale dubbelganger op blockchain. Schrijf een regulatie om traders te verplichten hun afspraken te documenteren, gebruik makend van een woordenschat die voor iedereen hetzelfde is. En iedereen die een knoop in de blockchain beheert, heeft toegang. Als er een nieuwe transactie uitgevoerd wordt, is die voor iedereen zichtbaar. En wanneer er zo een bijkomt, kan iedereen meteen de hele ketting afgaan, om zo de totale toestand te kennen.”
Een en ander moet het mogelijk maken voor de regulator om zo vrij snel op de hoogte te zijn van alle verschillende trades, en hun gevolgen. Blijft natuurlijk de vraag of dat echt een ‘blockchainprobleem’ is. “In een ideale wereld zou je kunnen zeggen: stop dat in een database, ” geeft Sel toe. “En dat wordt inderdaad al jaren geprobeerd. Het werkt echter niet, omdat er dan één database zou zijn die gehackt kan worden, en waar iemand over toegangsrechten en een datamodel en zo moet beslissen. Daarom is een gedistribueerd model hier wel degelijk een oplossing. Blockchain is uiteindelijk een gedistribueerde database.”
Om het probleem van terminologie op te lossen, gebruikt het project ondertussen de semantiek van ACTUS (Actusfrf.org), een academisch wiskundig model voor derivaten. Sel: “Dat gaat met algoritmes specifiëren hoe je een derivaat noemt en hoe je de core velden daarvan berekent. Dat is openbaar te vinden op het internet. Dus we hebben voor de demo een paar soorten contracten genomen, en die berekeningen in een smart contract gegoten die de semantiek van ACTUS gebruikt om die trade te beschrijven.”
Hoe werkt het?
De demo van PwC toont hoe dat uiteindelijk in zijn werk moet gaan. De bank of trader die een deal afsluit, gaat dat product in de eerste plaats in een smart contract gieten door gebruik te maken van de ACTUS-formules. Dat alles wordt dan op de blockchain gezet, zodat ze ook naar de tegenpartij wordt gestuurd, en uiteindelijk bij de regulator (FISMA bijvoorbeeld) terecht komt. Zo kan de regulator ook de ketting afgaan en bijvoorbeeld kijken hoeveel het cumulatieve risico van alle deals voor die ene trader is. Met andere woorden, of hij overeind blijft als het mis gaat. “Of, indien hij zou omvallen, hoe erg wordt dat,” zegt Oosthuizen. “Is die trader een kleine speler, dan is dat niet zo erg als hij failliet gaat, maar als het om een systemische bank gaat, dan moet de toezichthouder misschien wel eens met die bank gaan spreken.”
Opvallend: de praktische kant draait voorlopig op enkele Raspberry Pi’s, aangevuld met een laptop. “Die Raspberries zijn gekozen omdat ze weinig kosten, ” zegt Sel. “Je zet er zo eentje bij elke trader om hun contracten in te geven. Maar ze hebben wel het nadeel dat ze over weinig computerkracht beschikken. Je kan er niet mee ‘minen’. Daarom moeten er in het systeem ook enkele gewone computers staan.” De laptop(s) nemen bovendien de visuele check voor zich, die nagaat of alle deelnemers in de blockchain up to date zijn met de laatste versie van de gegevens (de zogeheten consensus van een blockchain).
Blockchain light
Voor wie een beetje bekend is met blockchains als die van Bitcoin, en de gigantische hoeveelheden verwerkingskracht die daarin kruipt, klinkt dat allemaal bijzonder lichtgewicht. “Het gaat hier dan ook om rapportage, ” legt Sel uit. Omdat er niet, zoals bij een munt, ‘dubbele uitgave (double spending)’ transacties moeten worden gedubbelcheckt, is er minder verwerkingskracht nodig. De blokken worden wel aan elkaar gehangen met een hash, maar dat neemt uiteindelijk niet al te veel computerkracht in. “Om de integriteit te garanderen gebruiken we trouwens gewone Ethereum contracten, ” voegt Sel nog toe. “We hebben voor dit project de code van Ethereum gebruikt om een privé-versie van een Ethereum blockchain te bouwen, met onze eigen contracten.”
Hoe gaat dat dan allemaal in de praktijk? Zo ver zijn we nog niet. “Dit is natuurlijk een demo, ” zegt Sel. “Als je dat omzet naar een productievariant, dan zou je iedereen moeten verplichten om een dubbelganger te maken, en de regulator zou dan kunnen meekijken.” Voordat het ingevoerd kan worden, moet alvast de regelgeving aangepast worden. En dat, dat is een kwestie van politieke wil. Wordt (misschien) vervolgd.
Els Bellens
“Het probleem in 2008 was dat iedereen, grote en kleine jongens, hun eigen posities niet goed kenden”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier