KPN heeft de verkoop van de niet-Nederlandse activiteiten van de it-dienstverlener Getronics aan de Duitse groep Aurelius afgerond. Die verkoop werd afgelopen januari aangekondigd. Ondertussen werd de strategie onthuld.

Aurelius, een Duitse groep die bij ons weinig bekendheid geniet, is gespecialiseerd in de overname van bedrijven binnen sectoren zoals manufacturing, consumptiegoederen en professionele dienstverlening. De groep, die vooral actief is in Europa, heeft met name al Connectis in Zwitserland (integratiediensten en managed it-services) en Thalès CIS in Spanje (it-diensten in Spanje en Argentinië) overgenomen.

In het begin van het jaar kondigde de Nederlandse telecommunicatiegroep KPN aan dat het de activiteiten van Getronics voor Europa, Azië en de Stille Zuidzee aan Aurelius zou verkopen. Daarmee waren ongeveer 2.900 medewerkers gemoeid en een omzet van circa 450 miljoen euro. Ter herinnering: de Nederlandse activiteiten van Getronics werden in 2011 geïntegreerd in KPN, terwijl de Zuid-Amerikaanse dochterondernemingen werden verkocht aan OpenGate Capital, een bedrijf met 2.000 werknemers en een omzet van 115 miljoen euro.

Wereldwijde speler

“We waren een van de enige kandidaten met wie KPN wilde onderhandelen,” aldus Andreas Ziegenhain, ceo van Getronics. “KPN wilde namelijk een sterke partner die in staat was zijn internationale klanten te blijven bedienen. Aurelius streeft evenwel naar een investeringsplatform voor haar dochterondernemingen om de prestaties ervan te verbeteren door zowel financiële als managementmiddelen aan te reiken. De groep streeft ernaar te investeren in datgene wat waarde creëert.” Dit mag wel niet worden verward met een beleggingsvennootschap. “We bieden onze dochterondernemingen een operationele ondersteuning aan en trachten de synergieën tussen ondernemingen te versterken.”

In het precieze geval van Getronics, wil Aurelius een sterke lokale aanwezigheid combineren met een (vrijwel) wereldwijde geografische dekking door de kruisbestuiving tussen haar dochterondernemingen te stimuleren. Het is zo dat België over een toonaangevende competentie beschikt inzake collaboratieve tools, terwijl Zwitserland een bijzondere knowhow heeft opgebouwd op het vlak van unified communications en Groot-Brittannië zeer geavanceerd is inzake cloud. Om het met de gevleugelde woorden van Ziegenhein te zeggen: “The best of both worlds”.

“We hebben het profiel van de ondernemingen uit de top 2000 in Europa geanalyseerd en konden niet anders dan vaststellen dat voor vele van hen hun hoofdkwartier gevestigd is in een van de landen waar we al aanwezig zijn”, merkt Andreas Ziegenain nog op. Vandaar het idee om deze klanten een homogene dienstverlening aan te bieden voor hun verschillende entiteiten, door vooral de lokale relaties te bevorderen. Overigens dringt Getronics aan op een streng it-beheer, op een dienstverlening die de regio Azië-Stille Zuidzee kan bestrijken en op een zeer horizontale, transparante en reactieve management- en beslissingsstructuur. Hierbij mogen we ook een netwerk van partnerschappen niet vergeten, zowel op geografisch vlak (met name voor Frankrijk) als technologisch.

“We hebben ons als ambitie gesteld de omvang over een periode van 3 tot 5 jaar te verdubbelen, op organische wijze of via overnames,” voegt de ceo van Getronics er nog aan toe.

Belux

Binnen de regio Belux, die onder leiding staat van Jean-Claude Vandenbosch, is Getronics van plan verder te bouwen op de expertise die werd verworven op het vlak van collaboration tools, met het initiatief New World of Work, alsook inzake cloud, datacenters en connectiviteitsdiensten. Zo ook zou de klantenportefeuille, vooral op het niveau van de Europese instellingen, ten gunste kunnen komen van andere landen, aangezien dankzij de buitenlandse dochterondernemingen nieuwe deuren kunnen worden geopend in ons land, zoals dit bijvoorbeeld het geval is met BASF, Audi of Monsanto. Zo zou het vermogen van de dochteronderneming om samen te werken met concurrenten, met name voor grote overheidscontracten, het buitenland kunnen inspireren. Hoewel de onderneming een omzet van iets minder dan 100 miljoen euro genereert, “beheren we voor 200 miljoen aan contracten met concullega’s”, vertrouwt Vandenbosch ons toe. Overigens zijn de 3 grote concurrenten, namelijk IBM, HP en AtoS, partners in verschillende consortia.

Bovendien zou de dochteronderneming bepaalde activiteiten met een minder grote toegevoegde waarde (zoals het herstellen van pc’s, of zelfs de installatie ervan) kunnen uitbesteden in ruil voor diensten met een hoge waarde (zoals bewezen wordt door een recent beheercontract voor een Unix-serverspark). Bovendien zou de tewerkstelling amper evolueren en rond een niveau van 850 medewerkers blijven hangen.

Marc Husquinet