Binnenkort geen geanimeerde discussies meer op café over nipte buitenspelfases en ballen die al dan niet over de doellijn waren. Daar lijken we op af te stevenen nu technologie het voetbal almaar meer doordrenkt. Of is voetbal toch niet helemaal wiskunde?
Voor Amerikanen lijkt voetbal, ‘soccer’, een conservatieve sport. Het spel onderbreken om technologie te gebruiken ter wille van de correctheid van de scheidsrechterlijke beslissingen, is in onze contreien? geen optie. Dat krampachtige vastklampen aan een ‘smooth flow of the game’ ten nadele van ‘accuracy’ wordt in de Verenigde Staten hoofdschuddend onthaald. In het American Football zijn spelonderbrekingen schering en inslag, sinds zowat tien jaar geleden de spelleiding via het gebruik van videobeelden en andere technologische snufjes kan geholpen of teruggefloten worden. In die tussentijd krijgen de supporters in het stadion en voor de beeldbuis een Coca-Cola-reclamespot voorgeschoteld.
Een iets minder simplistische blik op het voetbal leert dat de bobo’s van de wereldvoetbalbond Fifa wel degelijk op zoek zijn naar technologie om de correctheid en eerlijkheid van het spelletje te verbeteren. Maar toegevingen aan een minder vlot spelverloop kunnen inderdaad niet. De waarde van de technologie wordt precies daarop beoordeeld. Enkele kleinere innovaties hebben zo al een vaste plaats veroverd in het spel en er zitten er nog enkele in de pijplijn.
Oortjes en vlaggen
“We moeten technologie gebruiken als ze onze prestaties verbetert”, zegt scheidsrechter Paul Allaerts, die ook in zijn professionele leven (bij Dexia) met informatietechnologie bezig is. Alle scheidsrechters van de Jupiler Liga hebben momenteel 2 instrumenten in handen die een stevige invloed moeten hebben op hun beslissingen en dus op het voetbal zelf: de oortjes en de elektronische vlaggen.
De oortjes, een draadloos audiosysteem dat werkt via een specifieke radiofrequentie (zoals bij walkietalkies), zijn op maat gemaakt van de oren van de 21 eersteklassescheidsrechters. De Koninklijke Voetbalbond (KBVB) en de Profliga betaalden samen 80.000 euro voor het systeem. De Franse specialist in oplossingen voor radiotransmissie Adeunis-RF is de leverancier. “Via de oortjes staan we in contact met de 2 assistenten en met de vierde official”, vertelt Allaerts. “De drie scheidsrechters op het veld zijn permanent ‘live’ met elkaar verbonden, de vierde official hoort ook alles, maar kan enkel spreken als hij op een knop drukt. Dat omdat er te veel lawaai is aan de dug-outs.”
Ook de elektronische vlaggen staan ten dienste van de snelle communicatie. De scheidsrechter op het veld voelt het getril van een ontvanger op z’n arm wanneer een lijnrechter zijn vlag opsteekt en tegelijkertijd op een knop op de vlaggenstok duwt. De communicatie tussen zender en ontvanger gebeurt via semafoontechnologie (de aloude ‘buzzer’ of ‘pager’). Onder meer het Zwitserse communicatiebedrijfje Ervocom is een producent van de vlaggen. “We gebruiken een licentievrije radiofrequentie binnen 433MHz”, legt Cornell Ziegler van Ervocom uit. “Om interferentie te vermijden en een secure interpretatie van het signaal te verzekeren, hebben we onze eigen coder/decoder ontwikkeld die werkt door middel van een microcontroller.”
Paul Allaerts vindt de hulp van beide systemen een vooruitgang. “Je kan beter onderling overleggen en sneller communiceren. Acht ogen zien meer dan twee. Scheidsrechters werken nu meer dan ooit als team. Wie iets ziet, dat maakt niet uit.”
Intelligente bal
Oortjes en communicatieve vlaggen, het is allemaal handig, maar het meest feilbare element in de hele kwestie, het menselijke oog, is met die technologie nog niet geneutraliseerd. Hoogstens zijn er een paar ogen bijgekomen. Er wordt daarnaast ook duchtig getimmerd en geschaafd aan meer ‘objectieve’ technologie uit de wereld van chips en sensoren. Zo mogen scheidsrechters, spelers en supporters zich waarschijnlijk verheugen op wedstrijden met de ‘intelligente bal’. “Als je naar de innovaties met de ballen in de tenniswereld kijkt, dan zeg ik: dat is schitterend, geef ons dat”, evalueert Paul Allaerts dat idee. “Maar bij het voetbal is het essentieel om in a split of a second de juiste beslissing te kunnen nemen. Het spel stilleggen zoals in het American Football is geen optie. In het voetbal heb je namelijk nog een andere kwestie: hoe gaan we het spel hernemen? Wat doe je als er discussie is over een doelpunt en het spel wordt stilgelegd en na consultatie blijkt de bal uiteindelijk niet binnen te zijn? Een scheidsrechtersbal op de vijfmeterlijn geven? Of verder laten spelen en nadien een beslissing nemen?”
Eén van de recentste ‘balinnovaties’ is ontwikkeld door sportuitrustinggigant Adidas en het Duitse Cairos Technologies. Beide bedrijven testten hun nieuwe bal, de ‘Teamgeist II’, in december 2007 op het WK voor clubs in Japan. De Teamgeist II bevat een chip die midden in de bal bevestigd is met twaalf armen. Rond het doel, op een diepte van 15 à 20 centimeter, zijn flinterdunne kabels gegraven die een magnetisch veld creëren. Dat veld stuurt in ‘realtime’ informatie naar een computer wanneer de bal er in terecht komt. De computer berekent de exacte positie van de bal en stuurt de boodschap ‘goal’ naar de horloge scheidsrechter wanneer de bal effectief over de doellijn was. De boodschap wordt geëncrypteerd zodat er onderweg niets mee kan gebeuren.
Adidas en Cairos Technologies werken al sinds 2003 aan dergelijke doellijntechnologie. Een eerste experiment, op het WK 2005 voor min 17-jarigen in Peru, mislukte schromelijk. Toen gebruikten de bedrijven nog rfid-chips en sensoren rond het veld. Er bleken toen zowel problemen met loskomende chips, als met de nauwkeurigheid van de radiotechnologie. Zo werden ballen die over de dwarslat vlogen soms als doelpunt gerekend. Eén en ander had te maken met extreme weersomstandigheden of nabijgelegen technische apparatuur. Volgens Cairos is dat met de nieuwe technologie opgelost. De tests in Japan waren alvast “veelbelovend”, al werd niet meegedeeld of de technologie al 100 procent accuraat was. Want alleen in dat geval zal de Fifa beslissen om het systeem over voetbalvelden aller landen te verspreiden.
Gat in de markt
Abdellah Hajjab, een Bomenaar van Marokkaanse origine, noemt de technologie van Adidas en Cairos alvast “totaal onbruikbaar”. Hajjab, noem hem maar een ‘uitvinder’, werkt zelf al jaren aan technologie voor de voetbalwereld. “Ik begrijp niet dat ze er zoveel geld in steken. Werken met een magnetisch veld dat onderbroken wordt, is te onnauwkeurig en je hebt geen identificatie. Bovendien kost het systeem zoveel geld dat enkel de rijkste clubs ter wereld een installatie kunnen betalen.” Hajjab bedacht zelf een systeem op basis van gps-technologie. “De eerste stap is een chip in de bal steken, waarbij je probleemloos en erg nauwkeurig in realtime kan zien waar de bal zich bevindt. Geen getalm met camera’s en spelonderbrekingen dus. Nadien kunnen we dat uitbreiden over het hele veld om uiteindelijk zelfs bij de buitenspelkwestie uit te komen.” Het woord is gevallen, buitenspel, door velen beschouwd als de ‘corebusiness’ voor toekomstige voetbalinnovaties. Alleen zijn er tot dusver nog geen killeroplossingen uit de bus gekomen. Zorgt Hajjab voor de langverwachte openbaring? “Bij mij moeten ook spelers chips in hun truitjes dragen. Vanaf dan kan je op de seconde juist beginnen analyseren tot in het oneindige: waar is de bal, waar gaat hij naartoe, waar staan de andere spelers? Trainers zouden de technologie ook kunnen gebruiken om tal van parameters onder de loep te nemen: hoeveel beweegt iemand, waar loopt hij op het veld, hoe snel, dekt hij z’n man goed,…: een kwestie van zuivere wiskunde. Ik heb het gat in de markt, het beste systeem.” Hajjab weet ook hoe hij het commercieel zal aanpakken. Zijn bedrijfje gaat ‘BPPS’ heten: ‘Ball Player Positioning System’. “Bij mij zal de installatiekost erg beperkt zijn, maar ik wil wel een jaarlijkse licentiekost hanteren. Afhankelijk van de competitie – pakweg in Spanje zijn de clubs veel rijker dan in België – zal ik mijn prijzen aanpassen. Maar als je becijfert wat mijn systeem clubs kan opbrengen dankzij de betere analyses die het biedt…”
De Uefa zou, zo claimt Hajjab althans, het systeem al hebben goedgekeurd en hij beweert momenteel ook samen te werken met een niet nader genoemde universiteit. “Nu is het gewoon een kwestie van het systeem wat te verkleinen, het in een bal te steken en een aantal testwedstrijden te organiseren.” Voor de ontwikkeling van een prototype werkt Hajjab samen met enkele ingenieurs, aangezien hij alleen de beschrijving kan leveren (zie kader). “Ik hoop het prototype binnen twee maanden klaar te hebben.”
100 procent
Bij het technologisch oplossen van de buitenspelkwestie stelt Paul Allaerts zich toch enkele vragen. “Vroeger was buitenspel zwart-wit: ofwel was het buitenspel, ofwel niet. Tegenwoordig heb je echter de zeer subjectieve vraag: doet de speler die de bal krijgt toegespeeld mee aan het spel of niet? Dat kan een computer toch niet inschatten?” Al ziet Allaerts een eventuele tussenoplossing. “Misschien moeten ze de computer laten bepalen of het ‘technisch’ buitenspel is en die boodschap overbrengen naar de scheidsrechter? Die kan dan beslissen of de speler ‘meedoet of niet’.”
Allaerts twijfelt er aan dat voetbal op korte termijn volledig doordrongen zal geraken van ict. “Alles zal afhangen van de druk en prioriteiten van bonden en ploegen. Maar uiteindelijk beslissen de grote instanties: Fifa, Uefa,… Bovendien zal de prijs ervoor zorgen dat zulke technologie enkel toepasbaar is in professionele competities. Eén zaak is in ieder geval essentieel: niemand zal investeren in een oplossing die niet voor de volle 100 procent uitsluitsel kan bieden.”
Stefan Grommen
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier