Ik surf heel veel, het digitale universum is mijn passie. De laatste tijd ben ik vooral begerig naar applicaties om mijn onverzadigbare smartphone te voeden, maar ik breng ook een groot deel van mijn dag door onder de stralen van een enorm groot computerscherm om de laatste technologische vernieuwingen bij te houden, het web te verkennen, de nieuwste innovaties op te sporen, trends op te snuiven – kortom, om inspiratie op te doen.
Ik moet zeggen dat ik overspoeld word met suggesties van mijn 350 collega’s die dagelijkse links op onze wiki posten, of ze uitwisselen via de verschillende e-maillijsten die binnen onze werkgroepen circuleren. Omdat ik veel te nieuwsgierig ben, heb ik me ingeschreven op al onze groepen en ik kan het niet laten om elke nieuwe link te onderzoeken.
Dit kan van alles zijn: online ervaringen, portfoliosites van creatieve medewerkers, apps geïntegreerd in Facebook, interactieve video, spelletjes, in 3D met css3 of WebGL of Flash, nieuwe web development frameworks of html5, nieuwe sociale netwerken, nieuwe online diensten waaronder API’s die ons in staat stellen om digitale goocheltrucs te doen, enz. Kortom, elke dag zit boordevol ontdekkingen, ik ben dan ook een enorme bofkont.
Maar wanneer ik onze wiki scan, merk ik toch iets eigenaardigs op. Er is vrijwel geen enkele link van een Belgisch project die ook maar een beetje spannend is. Het Belgische web blijft wanhopig saai. Weinig innovatieve projecten. Weinig e-commercesites. Heel af en toe een originele mini-site-ervaring. Geen interessante webservice of API… Kortom, in ons landje is het niet veel soeps op het web.
Onze creatieve medewerkers zijn nochtans vermaard in de reclamewereld, net zoals onze ingenieurs in de sector van de informatietechnologie en communicatie. Hoe is die armoede dan te verklaren? In feite is België het slachtoffer van zijn kleine omvang, van de taalkundige en culturele versnippering van zijn bevolking en de hoge kosten van de abonnementen voor internet en mobiel internet. Een beetje zoals Zwitserland of Luxemburg.
De meeste sites moeten beschikbaar zijn in het Frans, Nederlands, vaak in het Engels en soms zelfs in het Duits. Dit maakt het creëren en updaten van de sites er niet gemakkelijker op. Het content management system (cms) moet worden geconfigureerd met workflows die rekening houden met de beschikbaarheid van de vertalingen van de content, wat de implementatiekosten vaak verhoogt en de updates vertraagt.
Deze versnippering van het publiek heeft vooral een impact op projecten die steunen op community’s zoals sociale netwerken en media, omdat ze geschreven content genereren die afkomstig is van de gebruikers. Dit verhoogt de kosten voor het beheren en modereren van deze community’s. Zeer weinig van zulke projecten hebben een nationale omvang bereikt – of ze hebben hun publiek opgesplitst per taal zoals Netlog deed.
De geringe omvang van ons publiek remt risicovolle investeringen af. Om rendabel te zijn moet een investering die volop in ontwerp en ontwikkeling is, worden gerentabiliseerd op een publiek, een markt. Om in Franstalig België bijvoorbeeld dezelfde roi op een project te bereiken, moeten de penetratiecijfers tien keer hoger zijn dan een project dat wordt ontwikkeld in Frankrijk.
We stellen ons een zelfde project voor met vergelijkbare trekkracht, een online service die 1 % van het internetpubliek aantrekt. In Frankrijk zou het een groot succes kunnen zijn, voldoende financiële middelen kunnen genereren zodat de start-up zich kan ontwikkelen. Met dezelfde 1 % zou dit in België zelfs niet volstaan om de ontwikkelingskosten te dekken en zou het project over de kop kunnen gaan.
Dit verklaart misschien een zekere terughoudendheid van de venture capitalists in ons land, die eerder geneigd zijn om zich te richten op projecten die zijn afgekeken van projecten die hun businessmodel al hebben bewezen in het buitenland, in plaats van op echte vernieuwingen.
Ten slotte de hoge kosten van internetabonnementen, vooral dan voor mobiel internet, en – hoewel de wet het toelaat – het feit dat de mobiele operators het er vreemd genoeg over eens lijken te zijn om de terminals niet te subsidiëren, zorgen ervoor dat de invoering van internet en het frequente gebruik ervan worden afgeremd.
Kortom, als u een webondernemer bent, denk er dan van bij de start van uw project over na om een markt buiten België aan te boren.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier